Damrust

[Kosmos]

Op de website van Hoofdlijn staat een interessant artikel van Jan de Ruiter (de latere Nikhilananda) over Aris de Heer, de sterkste dammer van de negentiende eeuw.

De Heer A. de Heer zond ons een gemotiveerd schrijven over enkele in dit blad (Sissa) besproken vraagpunten[13]. De geachte schrijver verklaart zich onvoorwaardelijk voor damrust, als zoude het de scherpzinnigheid van het spel verhoogen en geheel en al stemt hij in met den wensch des Heeren Hmbg[14] te s'Bosch, dat als regel worde aangenomen om in problema's het dóór-slaan aan te duiden en waar dit niet geschiedt damrust aan te nemen. Verder wordt op eene handleiding van alter tijd dan die v. Embden gewezen, uitgegeven te Rotterdam[15] waarin het beginsel door-slaan gehuldigt is, doch de groote meerderheid der spelers in ons land is voor damrust. Ten einde vaste regels te verkrijgen is de heer H. er vóór om de regel van v. Embden algemeen te volgen.

Wat wordt er bedoeld met damrust en waar slaat het door-slaan op?

[Hanco Elenbaas]

Deze Jan de Ruiter is een andere dan de swami, Tjalling.
Het is Jan de Ruiter uit Assendelft, spelend voor Zaanstreek. Dezelfde Jan de Ruiter, die in 1992 tweede werd in het kampioenschap van Noord-Holland en zich daarmee plaatste voor de Halve Finale.

[Bommetje]

Ja en daar komt bij dat je de noot vergeten bent te lezen, oelewapper!

12. Een schijf op de damlijn aangekomen mag niet doorslaan maar wordt tot dam gekroond. Een regel die door Van Emden in zijn boek uit 1785 werd gepromoot. Sissa, 16 februari 1873.

[Kosmos]

Goed, volgende vraag:
Hoe zat dat ook alweer met het vierkantje van Presburg (?), weet iemand dat?
Er staat me vaag iets van bij, maar hoe zat het precies?

[Jan Pieter]

Goed, volgende vraag:
Hoe zat dat ook alweer met het vierkantje van Presburg (?), weet iemand dat?

Zwarte schijven op 23, 28, 29, 33.
Waar ook een witte dam staat, wit aan zet kan altijd remise forceren.

Zie: Schaap over de dam, blz. 51.

[Jan Pieter]

Het vierkantje van Presburg staat ook in Beter dammen van Sijbrands/De Schaap op blz. 59.

De Schaap meldt alleen wat wit moet doen wanneer de dam op 5 of 13 staat, maar mbv van een eindspeldatabase is snel te controleren dat wit altijd remise maakt. Plaats achtereenvolgens een dam op 3, 48 en 49, en steeds blijkt dat alle witte zetten remise geven, behalve uiteraard wanneer wit zijn dam weggeeft. Aangezien de witte dam altijd een veld in kwadrant 3 of op de lijn 49-35 kan bereiken, is het bewijs daarmee rond.