Uit Zak-encyclopedie van Moser het Polman-systeem: Ingeval van 3 dammen tegen 1 dam mag de laatste niet meer los gaan staan waardoor 3 om 1 is gewonnen.
Een zelfbedachte variant hierop: Indien er alleen dammen op het bord staan, waarbij de minderheidspartij slechts 1 dam heeft, verliest deze dam het recht om op de open velden te staan (met uitzondering van slaan). Nu is zelfs 1 om 2 dammen gewonnen, mits de meerderheidspartij de lange lijn bezet. Je vangt de dam in een kwadrant.
Een voorbeeld, zwart speelt, wit wint

Variant 1
... (15-20), 25x03 (46-05)a, 49-35 (05-46), 03-09 (46-05), 09-14 Winst
a) verplicht, wegens spelregel Polman
Variant 2
.... (46-28), 49-35 (28-06)b, 25-34 (06-01)c, 24-29! (01-06)d, 29-01 (06-28)e, 35-44 Met tric-trac winst
b) (op (28-50), 35-44 met winst)
c) (op 1-28, 24-20 met winst)
d) (15-20 verliest wegens 1 om 2 met lange lijn)
e) (15-20), 34-45 en op volgende zet 35-44 en 1-6)
Variant 3
... (46-23), 49-25 (23-01), 24-33 (01-45), 25-39 (45-01), 33-06
En vervolgens weer 35-30 en 6-1 met winst
Variant 4
.... (46-37), 49-35 (37-26)f, 24-13 (26-48), 25-19 Winst
f) (op (37-48) 35-30 en winnende vang)
Variant 5
... (46-41), 49-36 (41-36), 25-20 Winst
Variant 6
.... (46-5), 49-35 (5-46), 25-20 Winst
Nadeel systeem:
Toename partijlengte. 25 zetten per uur maakt lange dagen.
Diverse studies van eindspelen veranderen, bv 5 tegen 2 dammen is simpel winst.
Voordeel:
Remisemarge kleiner
Bijkomend idee: Daar remisemarge kleiner is, de 40 zetten regel verhogen naar 60 of 70 zetten voordat remise aangeboden mag worden.
Volgens Moser werd het Polman-systeem destijds – en andere remisebeperkende systemen uit de jaren 20 en 30– als onnodig ervaren. De veel voorkomende remise werd toegedicht aan spelopvattingen en onvoldoende beheersing van de spelsystemen. Aan de dammers dus en niet aan het spel en haar regels. Topspelers hadden om deze redenen dan ook geen interesse in verandering in regels.