Vandaag wederom een aardige partij. Maar nu was ik zelf de kop van jut. In de diagramstand heeft Boudewijn Derkx een veelbelovende stelling bereikt. Zojuist heeft hij 26...14-20 27.25x14 9x20 geruild. Dat was mogelijk, omdat hij opgebouwd heeft vanuit 2 in plaats vanuit 4. In aflevering 6 van de masterclass wordt uitgelegd, waarom het belangrijk is om de formatie 3,4,9,14 achter de hand te houden in een klassieke stand. Zie
http://www.luteyn.net/Masterclass/masterclass6.htm
Een ontzettend ingewikkelde stand is ontstaan. Wit heeft vier tempi ontwikkelingsvoorsprong. Maar na 30-25 is dat geheel verdwenen. Bij het uitspelen van de tempi heeft wit meestal de laatste zet. Daar staat tegenover dat de witte korte vleugel dun is. Als zwart zich weet te bevrijden aan deze vleugel, dan krijgt hij aanvalskansen. In de partij heb ik na langdurig rekenen besloten tot de scherpe zet 28.41-37. Dat geeft allerlei Coup Royal dreigingen, maar dwingt wellicht extra verzwakkingen af in de zwarte stand na het vroeg of laat onvermijdelijke 30-25.
Zwart reageerde met 28...4-9. Dat dreigt eigenlijk met niets direkts. Na 29.30-25 is de afwikkeling 29...18-22x31, 16-21, 7-11 en 8-12x44 te duur. Overwogen werd de riskante opmars 29.45-40 20-25 30.40-34. De gedachte is om de zwarte aanval aan de lange vleugel te blokkeren en zelf iets te realiseren aan de andere vleugel. Algemeen was men van mening dat dit plan in deze situatie niet erg kansrijk is voor wit. Een ander idee voor zwart dan 4-9 is 28...8-12. De achterloop 30-25 is dan verhinderd door de coup royal. Na 28...8-12 29.37-31 20-25 moet wit een pijnlijk tempo maken. Boudewijn was niet zo enthousiast van 8-12, omdat de grote ruil 30.27-21x22x21x27 niet eenvoudig te weerleggen is. Hij heeft het liefst een stuk op 11 om de opsluiting met 11-16 te kunnen nemen. Wit heeft zes tempi ontwikkelingsvoorsprong en dan is zulk randschijvenspel vaak nog wel speelbaar.
In de partij volgde vanuit diagram 1 de zettenreeks 28...4-9 29.30-25 7-11 30.25x14 9x20 31.37-31 8-12. Eerlijk gezegd verraste deze opstelling mij enigszins. Ik hoopte enigszins op 31...3-9 met wederom de dreiging 18-22x44. De zwarte korte vleugel wordt dan wellicht kwetsbaar voor de actie 27-21xx. Het belangrijkste probleem voor wit na 8-12 is het controleren van de kerkhof. Als zwart 23-29 of 24-29 kan spelen, dan komt het vastloopmotief waar wit het van moet hebben niet uit de verf. Na 32.45-40 was zwart 32...2-8 33.40-34 24-29 van plan. Het zetje 34.35-30; 39-34; 30-24 en 27-21x2 is dan niet zo goed voor wit na 11-16.
Bijgevolg kwam ik op het lumineuze idee om 32.39-34 te spelen. Dat blokkeert het hinderlijke 23-29. Na 24-29 kan wit als er niets beters is gewoon naar voren laten slaan en op de tempodwangsituatie aansturen. Zoals eerder verteld is de tempoverhouding nagenoeg gelijk. Echter als wit zowel veld 26 als veld 25 onder controle krijgt, dan gaan er andere tempowetten gelden. Helaas was ik op 32.39-34 vergeten te kijken naar de gevolgen van 32...20-25!! Wanneer we ervan uitgaan, dat de ruil 27-21 het niet is, dan heeft wit geen andere voortzetting dan 33.43-39. Na 33.43-39 kon tot mijn ontsteltenis de akelige zet 33...12-17! Na een half uurtje rekenen toch maar besloten tot het grote avontuur met 33.43-39 12-17 34.38-33 3-9
De tempoverhoudingen zijn best aardig voor wit. Na 35.48-43 9-14 36.43-38 17-22 37.28x17 11x22 38.26-21 is de afwikkeling 22-28, 23-29, 13-18 niet goed genoeg voor zwart. Na 38...14-20 39.45-40 24-30x29x30 21-17 (22x11) 40-35 (11-17 en 6-11) dreigt 13-19. Dus echt een stand om blij mee te worden heeft wit niet. Maar veel vervelender is de mogelijkheid om 15-20 te spelen. Na 35.48-43 9-14 36.43-38 15-20 dreigt 24-29 en 17-21x42. De broodnodige zetjes ingeleid met 37.27-21 of 37.27-22 zitten er niet in. De variant 35.48-42 9-14 36.42-37 15-20 37.45-40 24-29; 17-21 en 14-20x39 is al geen vetpot. Echter gewoon 36...17-22x22 gevolgd door 14-20 is nog veel erger.
In de partij had ik niet gezien, dat 35.48-43 kon. De doorbraak 35...25-30 36.34x25 23-29 37.43-38 29-34 38.39x30 24-29 39.33x24 17-21x42 heeft nog al wat last van de witte reactie 32-28 met tegenaanval. Er volgde 35.45-40 9-14 (of?) 36.48-43 15-20 37.28-22 17x37 38.31x42. Zwart heeft dan een schijf. Maar zijn stand heeft wat voor de hand liggende fouten. Auke gaf aan dat er geen verweer is tegen de opmars 11-17-22. Na 38...11-17 39.43-38 17-22 is de enig speelbare voortzetting 40.26-21 22x31 41.36x27 6-11 42.42-37 11-17 43.21x12 18x7 44.38-32 7-11 45.33-28 24-29 en zwart heeft zijn schijf geconsolideerd. In de partij probeerde zwart het met 38...23-28? 39.33x22 18-23 40.42-37 23-29x17 42.37-31 13-19 43.27-22 19-23 44.40-34 14-19 45.36-31 11-17 46.31-27 6-11 47.43-38 11-16 48.38-32 17-21 49.27-22 21-26 50.32-27 25-30x10 52.22-17 23-29 53.17-12 29x38 54.39-33 38x29 55.12-7 29-33 56.7-2 33-38 57.2x30 38-42 58.30-19 en 4-6 overeengekomen.