Dat is waar, natuurlijk. Maar het is wel iets dat n.a.v. het wk 2005 werd opgemerkt, ik meen (o.a.) door Kees Thijssen: die plusjes tellen maar heel weinig mee... En inderdaad, als je die zwaarder mee zou tellen, dan zou dammen als veroveringsspel belangrijker worden, ten koste van het streven naar een 'gewone' winst - en daar kleven ook weer nadelen aan...Jelmer Martens wrote:Maar Pieter, dat zou toch ook heel vreemd zijn? De plusjes zijn uitgevonden vanwege het grote aantal remises. Vervolgens zou je iemand met weinig remises (hetzelfde aantal wedstrijdpunten, meer overwinningen, dus ook meer verliespartijen, dus minimaal twee remises minder) via de plusjes benadelen?pietervdvorm wrote:Maar ook als (bijv.) in de toekomst het aantal plusjes zwaarder zou tellen dan het aantal overwinningen.
Nu ik erover nadenk: wil je via Delfts van het dammen een consequent veroveringsspel maken, dan moet het wellicht nog radicaler dan Nieuw Delfts. Bij een denksport vind ik het mooi als je wint volgens één principe. Het mat zetten van de koning (schaken) of ervoor zorgen dat je tegenstander geen zet meer kan doen (dammen). Een Ultra-Delfts alternatief zou zijn: ervoor zorgen dat je in de slotstand meer hout op het bord hebt dan je tegenstander. En dan simpelweg hout tellen. Dus heeft wit één dam en zwart niets meer, dan is het 2-0, heeft wit drie dammen en zwart één dam, dan is het 6-2. Een winst door oppositie (schijf tegen schijf) is dan 1-0. Een 4 x 1-dammeneindspel is 8-2 (die dam vang je natuurlijk niet af, want dan is het 4-0). Lijkt me veel logischer! Bij een 4 x 1 -dammeneindspel is immers het houtvoordeel groter dan bij een 2 x 0 - stand, en dat zou daarom ook moeten leiden tot een hogere uitslag. Bovendien veel eleganter: er is immers één principe, het spel heeft één duidelijk doel: hout winnen! Of de tegenstander in de slotstand nog een zet kan spelen, doet er dan niet toe.