Re: FD-rubriek met foto
Posted: Sun Jul 24, 2005 13:34
Tsjizjov won het toernooi zonder klassieke overwinning (10-0). Van de vijf partijen in het reguliere toernooi won hij er drie met 7-3 (de zogenaamde majeure puntenoverwinning, met tenminste drie schijven voordeel in het eindspel). In de twee andere partijen kwam hij geen moment in moeilijkheden. De volgende drie diagrammen illustreren hoe dicht hij tegen Prosman, Thijssen en Samb bij de winst was. Tevens hoe enorm groot de remisemarge in de oude telling is wanneer grootmeesters tegen elkaar spelen. Ook mooi is de variatie in de standen van Tsjizjov. Tegen Prosman een subtiele klassieke partij, tegen Thijssen een centrumaanval, tegen Samb een omsingeling van het zwarte centrum.

Diagram 1, Tsjizjov-Prosman 7-3, 2e ronde 4/7/05. Stand na 56.38-33. Deze stelling werd na ragfijn manoevreren door Tsjizjov bereikt. Zwart had niet anders dan een drievoudig offer dat aan het beroemde drievoudige offer van Kominsky in de Woldouby doet denken. 38...23-29. Drie schijven meer en toch zou het in de oude telling 1-1 zijn geworden. Misschien heeft Tsjizjov in het vervolg de winst ergens gemist. Na afloop vertelde hij aan Ab Schreijnders van de Volkskrant dat je op dit niveau om te winnen ook wat geluk moet hebben.

Diagram 2 Thijssen-Tsjizjov 3-7, ronde 4 7/7/05. Stand na 47...18-22.
Zwart kan bogen op beslissend terreinvoordeel. Zou je zeggen... Want na 48.32-28 22x33 49.39x28 29-34 50.28-22 21-27 51.44-39 zou het in de oude telling toch 'gewoon' 1-1 zijn geworden.

Diagram 3 Tsjizjov-Samb 7-3, vijfde ronde 8/7/05. Stand na 42.35-30. Samb had het met 42...20-25 of 11-16 wellicht droog kunnen houden. Na 42...22-28 43.33x22 17x26 44.27-22 kwam hij echter in een zeer nadelig eindspel terecht. Door net als Prosman te vluchten naar een eindspel met drie schijven achter zou het uiteindelijk 7-3 worden, in de oude telling dus gewoon weer 1-1.
Zelfs fanatieke voorstanders van de grote remisemarge kunnen mij hopelijk vergeven dat na de kleurrijke partijen, de vele beslissingen, de spanning en de emotie in Delft, het Axioma Open voor mij een vlak gebeuren was. Om elk misverstand te voorkomen, het was een prachtig georganiseerd evenement met een record aantal deelnemers van 130. Maar in sportief opzicht waren er in de partijen tussen de (12!) grootmeesters weinig krenten in de pap. Zoals gebruikelijk meestal 1-1 met hier en daar een pareltje zoals de combinatie van Hans Jansen tegen Watoetin.

Diagram 1, Tsjizjov-Prosman 7-3, 2e ronde 4/7/05. Stand na 56.38-33. Deze stelling werd na ragfijn manoevreren door Tsjizjov bereikt. Zwart had niet anders dan een drievoudig offer dat aan het beroemde drievoudige offer van Kominsky in de Woldouby doet denken. 38...23-29. Drie schijven meer en toch zou het in de oude telling 1-1 zijn geworden. Misschien heeft Tsjizjov in het vervolg de winst ergens gemist. Na afloop vertelde hij aan Ab Schreijnders van de Volkskrant dat je op dit niveau om te winnen ook wat geluk moet hebben.

Diagram 2 Thijssen-Tsjizjov 3-7, ronde 4 7/7/05. Stand na 47...18-22.
Zwart kan bogen op beslissend terreinvoordeel. Zou je zeggen... Want na 48.32-28 22x33 49.39x28 29-34 50.28-22 21-27 51.44-39 zou het in de oude telling toch 'gewoon' 1-1 zijn geworden.

Diagram 3 Tsjizjov-Samb 7-3, vijfde ronde 8/7/05. Stand na 42.35-30. Samb had het met 42...20-25 of 11-16 wellicht droog kunnen houden. Na 42...22-28 43.33x22 17x26 44.27-22 kwam hij echter in een zeer nadelig eindspel terecht. Door net als Prosman te vluchten naar een eindspel met drie schijven achter zou het uiteindelijk 7-3 worden, in de oude telling dus gewoon weer 1-1.
Zelfs fanatieke voorstanders van de grote remisemarge kunnen mij hopelijk vergeven dat na de kleurrijke partijen, de vele beslissingen, de spanning en de emotie in Delft, het Axioma Open voor mij een vlak gebeuren was. Om elk misverstand te voorkomen, het was een prachtig georganiseerd evenement met een record aantal deelnemers van 130. Maar in sportief opzicht waren er in de partijen tussen de (12!) grootmeesters weinig krenten in de pap. Zoals gebruikelijk meestal 1-1 met hier en daar een pareltje zoals de combinatie van Hans Jansen tegen Watoetin.