Wieger Wesselink wrote: Lees ik nu goed dat jij bij je volle verstand durft te beweren dat de ratingverschillen in de toptoernooien in Delft kleiner zijn dan in een NK? Je begint ook nog eens te suggereren dat jouw partijen nauwelijks meetellen in dit geheel, omdat je maar 1x mee hebt gedaan. Prinsen heeft 2x meegedaan, zullen we die ook maar negeren dan? Zeg mij eens, wat heeft dit met eerlijkheid te maken?
Je gaat weer niet in op het feitenmateriaal dat ik presenteerde: Verdubbeling van het aantal beslissingen bij de wereldtoppers in Delft door de puntenoverwinning.
De uitslagen van Prinsen en De Witt waren daaruit verwijderd.
Nu gaat het ineens weer om ratingverschillen. Dit is een afgeleide kwestie. Mijn stelling was: Hoe sterker de gemiddelde bezetting, hoe meer remises.
Golubeva zou in Delft met de oude telling al haar vijf partijen remise hebben gespeeld, zo sterk is zij kennelijk. Nu verloor ze een partij en leed ze een puntennederlaag.
In 2001 zou Tsjegolev met de oude telling zijn drie partijen tegen Gantwarg, Tsjizjov en Schwarzman remise hebben gespeeld. Zo sterk is hij kennelijk nog wel. Nu verloor hij met 3-1 van Schwarzman.
Blijven we deze feiten hardnekkig ontkennen of alsmaar negeren Wieger? Met welk doel?
Wat het NK betreft, veel belangrijker dan het berekenen van de gemiddelde ratingverschillen is het bestuderen van slotstanden. Eerder door jou verworpen als niet relevant, later ben je daar toch een beetje op teruggekomen.
Terecht. Die bestudering zal heel veel duidelijk maken.
Wieger, ik denk dat nu alles wel gezegd is tussen ons. Ik heb met zeer veel moeite een paar antwoorden losgekregen van je. Jij zou minstens een verdubbeling willen in het aantal beslissingen tussen de top acht van het NK. Ik meen dat jij ook een overall percentage van 50% beslissingen acceptabel vindt. Beide durf ik je zonder meer te garanderen, ik heb al gezegd dat ik daar zonder enige aarzeling een dure fles cognac op zet.
Voorts zou jij een beslissingspercentage van 50% willen tussen de wereldtoppers. Het is duidelijk dat de Delftse telling dit niet zal bieden. Op grond van het materiaal dat voorhanden is mag een verdubbeling naar 33% worden verwacht.
Graag zou ik meer zien, 50% blijft ook voor mij een mooi streefcijfer. Liever nog 100%, dan ben je ook verlost van het vroegtijdig remise geven.
De werkwijze om uit te gaan van een gewenst percentage en daar een puntentelling of spelregelhervorming bij te zoeken die het gewenste resultaat oplevert, ziet er op papier aantrekkelijk uit. De praktijk is daarvoor echter veel te complex en weerbarstig.
In dit soort situaties gaat het er veel meer om te zien waar de mogelijkheden tot hervormingen, stappen vooruit, liggen.
In de wetenschap dat een dergelijke hervorming een belangrijke verbetering is, maar nooit een eindpunt. Wanneer het principe van het belonen van materiaalvoordeel aan het slot van de partij eenmaal is erkend, maakt dit aanpassingen in de toekomst (bijvoorbeeld verdere differentiatie of het belonen bij twee schijven voordeel i.p.v. drie) gemakkelijker.
Wat in de discussie met jou ook steeds buiten schot blijft zijn de neveneffecten. Die zijn echt behoorlijk groot en niet te onderschatten.