Wieger Wesselink wrote: Is dit dezelfde redenatie die Prosman en Clerc hanteren om tot een voorspelling van 50% beslissingen in een NK te komen?
De redenering van Prosman en Clerc is in principe dezelfde als de redenering van de meeste weldenkende mensen. Als in een reeks toptoernooien 50% van de partijen in een beslissing eindigt, mag je dit ook verwachten in een NK, waar de bezetting gemiddeld zwakker is. Voorts hebben zij hun expertise als topspeler gebruikt. Gekeken naar de dynamiek van de puntenoverwinning. Zij hebben ook hun ervaringen met NK's (in het geval van Clerc ronduit indrukwekkend) mee laten wegen.
Daarnaast hebben zij nog allerlei beschikbaar aanvullend materiaal gebruikt, o.a. de resultaten van het Jannes van der Wal Memorial. Vier spelers (H.Jansen, Meijer, Oudshoorn, A. van Leeuwen) die tot dan in NK's een eindeloze reeks onderlinge remises hadden geproduceerd, kwamen bij het doordammen tot meer dan 50% beslissingen.
Ook andere factoren als een mogelijk verschil tussen een toernooi met relatief hoge geldprijzen en een titeltoernooi, het is allemaal besproken en meegenomen.
Jij hebt gezegd bereid te zijn tot een gesprek met Erno en Rob. Dit lijkt mij een goede zaak. Beter dan dat wij via het forum verder speculeren over de wijze waarop zij tot hun oordeel zijn gekomen.
Wieger Wesselink wrote:Dat de helft van de beslissingen in het toptoernooi in Delft aan de puntenoverwinning kan worden toegeschreven lijkt me puur speculatief. Het staat haaks op het gegeven dat slechts 1 op de 6 remisepartijen in een puntenoverwinning is geëindigd.
Even twee dingen niet door elkaar halen. Ik heb gesproken over het totaal percentage van 50% en over 33% bij de wereldtoppers. Van dit laatste percentage kun je inderdaad de helft toeschrijven aan de puntenoverwinning.
Ik geef de uitslagen nog even:
2001
Tsegolev-Tsjizjov 2-2
Tsjegolev-Schwarzman 1-3
Schwarzman-Tsjizjov 2-2
Gantwarg-Schwarzman 2-2
Tsjegolev-Gantwarg 2-2
Gantwarg-Tsjizjov 0-5 1)
2002
Tsjizjov-Samb 5-0
Gantwarg-Tsjizjov 2-2
Clerc-Samb 2-2
Samb-Gantwarg 0-5
Clerc-Gantwarg 1-3
Clerc-Tsjizjov 2-2
2003
Clerc-Tsjizjov 2-2
Tsjizjov-Gantwarg 2-2
Clerc-N'Diaye 2-2
N'Diaye-Tsjizjov 2-2
Clerc-Gantwarg 3-1
Gantwarg-N'Diaye 2-2
2004
Thijssen-Golubeva 5-0 2)
Ndjofang-Samb 2-2
Georgiev-Valneris 2-2
Golubeva-Valneris 2-2
Samb-Georgiev 5-0
Thijssen-Ndjofang 2-2
Ndjofang-Golubeva 2-2
Thijssen-Ndjofang 2-2
Valneris-Samb 2-2
Golubeva-Samb 2-2
Thijssen-Valneris 2-2
Ndjofang-Georgiev 0-5
Georgiev-Golubeva 3-1
Valneris-Ndjofang 0-5
Samb-Thijssen 2-2
Totaal aantal partijen 33. Winst 7. Puntenoverwinning 4. Totaal 11 beslissingen, derhalve 33%. Directe aandeel puntenoverwinning in het aantal beslissingen 36%.
1) De overwinning van Tsjizjov op Gantwarg werd toegeschreven aan het 'aanjaageffect'. Gantwarg liet in nadelige positie een grote afwikkeling na omdat hij die taxeerde als een puntennederlaag. In de oude telling had hij die afwikkeling uiteraard onmiddellijk genomen met remise als resultaat.
2) De blunder van Golubeva is al enkele keren op dit forum getoond. Er stond een puntenoverwinning op het bord voor Thijssen. In een wanhoopspoging dit te voorkomen blunderde zij en verloor.
Twee partijen zijn dus duidelijk toe te schrijven aan het aanjaageffect. Dan wordt het aandeel puntenoverwinning 6 op 11 is 55%. Iets meer dan een verdubbeling van het aantal beslissingen.
Wieger Wesselink wrote:Een NK is inderdaad zwakker bezet dan het toernooi in Delft, maar de krachtsverschillen zijn ook *veel* minder groot.
Dat de krachtsverschillen in een NK veel minder groot zouden zijn dan tussen de bovengenoemde toppers in Delft lijkt mij een vreemde redenering. In het algemeen is het zo, dat hoe sterker de spelers des te meer remises.
Met zes wereldkampioenen, twee Nederlandse kampioenen (die aangetoond hebben tevens tot de wereldtop te behoren, Clerc was vier keer vice-wereldkampioen, Thijssen zesde in het laatste WK) drie van de sterkste Afrikaanse grootmeesters en een elfvoudig wereldkampioene was de gemiddelde bezetting van de bovengenoemde toppers in Delft aanzienlijk sterker dan in een NK. Desalniettemin lag het aantal beslissingen met 33% nog iets hoger dan de 30% in het NK over het afgelopen decennium. Waarbij uiteraard onmiddellijk moet worden aangetekend dat dit laatste percentage sterk werd beinvloed door enkele aanzienlijk zwakkere spelers die zeer veel partijen verloren. Ik heb niet zo gauw het percentage bij de hand van laten we zeggen de door jouw genoemde bovenste acht van NK's. Dat kan uitgezocht worden, maar veel meer dan 15%-20% zal het niet zijn, lijkt me.
Aanvullend materiaal kun je vinden in het genoemde Jannes van der Wal Memorial. En uiteraard in slotstellingen van remise gegeven partijen in NK's. Enkele zijn al op dit forum afgedrukt.
Wieger Wesselink wrote:Bovendien is het een persoonlijk kampioenschap waarin veel meer op het spel staat. Dat zijn al (...) goede redenen waarom je de 50% niet klakkeloos kunt overzetten naar het NK.
Van klakkeloos overzetten is geen sprake. Er is een verwachting uitgesproken op zeer goede gronden. Zie mijn bovenstaande verhaal. Het 'titeltoernooiverhaal' is het ultieme argument van sommigen om hervorming van de puntentelling tegen te houden.
Een magisch argument, passend in de beroemde cirkelredenering. Immers om dit argument te ontzenuwen moet de nieuwe telling ingevoerd worden in het titeltoernooi. En dat 'mag' weer niet omdat van te voren niet exact is vastgesteld wat het effect zal zijn in een titeltoernooi.
Nou, van mij mag het wel, graag zelfs. Dan wordt alles duidelijk.
En Wieger, dan zet ik zonder aarzeling een dure fles cognac op die 50%. Ik denk Clerc ook wel en Prosman ook wel. Maar dat moet je maar eens met hen bespreken.