Rekenregels rating 2022

[clp]

Sinds 1 juli vorig jaar zijn de Rekenregels KNDB-rating gewijzigd.
Een belangrijke wijziging betreft de bepaling van de versterkingsfactor K in de ratingaanpassing.

• Rn= R0 + K(WP - NP), K is de ratingpuntwaarde van één wedstrijd.

De Irp check is vervallen. Er is geen noodzaak de rating achteraf te corrigeren. Met als voordeel dat de virtuele rating in TB accuraat en actueel is (na nachtverwerking). Nieuw is dat de rating van een nieuwe speler krachtig aangepast kan worden.

• Indien het ratingverschil groter is dan 100 én het aantal gespeelde wedstrijden in het lopende seizoen is 30 of meer, dan wordt de nieuwe rating bepaald op basis van de prestatierating van het lopende seizoen.

Begrippen
WP = som werkelijk behaalde punten (2, 1, 0).
NP = som normpunten, 2 * norm in procenten volgens ratingtabel.
R0 = rating op de voorafgaande ratingdatum.
N0 = aantal gespeelde wedstrijden tot aan de ratingdatum.
Rp = prestatierating gebaseerd op de score (als percentage) tegen de gemiddelde rating van de tegenstanders.
N = aantal gespeelde wedstrijden in de ratingperiode.
Rv = ratingverschil tussen R0 en Rp.
C = Elo klasse interval (200).

Bepaling (2022) correctiefactor K

+-----+--------+-----+------+---------+
|R0   | N0     | N   | Rv   | Factor  |
+-----+--------+-----+------+---------+
|Géén | óf < 25|     |      | Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 30| ≥ 100| Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 10| ≥ 200| K = 12  |
|     | ≥ 125  | ≥ 10| ≥ 150| K = 11  |
|     | ≥ 124  | ≥ 10| ≥ 100| K = 10  |
|     | < 125  |     |      | K = 7.5 |
|     | ≥ 125  |     |      | K = 5   |
+-----+--------+-----+------+---------+

(*) De prestatierating Rp* kan ook worden berekend als ratingaanpassing met:

• Kmax = 4C / 2N, Elo klasse interval C = 200.

Hierin is 2N de maximale score uit N wedstrijden.
De verwachte score (NP) op basis van deze prestatierating benadert de werkelijke score (WP) beter,
omdat de ratingverandering niet gebaseerd is op de gemiddelde tegenstanderrating.

Als R0 niet bepaald is (N0=0) stel dan R0 gelijk aan de gemiddelde rating van de tegenstanders.

Omdat een ratingverschil ≥ 150 bijna niet voorkomt,
en als het voorkomt het verschil tussen K = 10 en K = 12 betrekkelijk klein is,
kan de werkwijze zonder grote gevolgen worden vereenvoudigd tot:

Voorstel vereenvoudigde bepaling K

+-----+--------+-----+------+---------+
|R0   | N0     | N   | %plus| Factor  |
+-----+--------+-----+------+---------+
|Géén | óf < 25|     |      | Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 30| ≥ 10%| K = Kmax|
|     | ≥ 125  | ≥ 10| ≥ 10%| K = 12  |
|     | < 125  |     |      | K = 8   | 
|     | ≥ 125  |     |      | K = 5   |
+-----+--------+-----+------+---------+

%plus = (WP-NP)/2N, plusscore (WP-NP) als percentage van de maximale score 2N.

[Koos van Amerongen]

Hoi Kees,

In de tabel "Bepaling (2022) correctiefactor K" heb je twee regels opgenomen voor het geval N0≥125, en één regel voor het geval N0≥124. Hoe ben je hiertoe gekomen?

Als ik het ratingdocument lees, vind ik alleen de laatste regel, i.e. bij 125 wedstrijden of meer gespeeld, is de correctiefactor altijd 5. De andere regels (met een correctiefactor van 10 en 11) lijken juist alleen te gelden indien N0<125.

Overigens hoop ik dat je gelijk hebt, dan zou er - zoals het er nu voorstaat - nog een mooie ratingstijging in het verschiet liggen voor mijn WSDV-teamgenoten Heike Verheul en Simon Harmsma, en mijzelf .

[clp]

Helaas heb ik geen gelijk. Het moet inderdaad zijn:

Bepaling (2022) correctiefactor K

+-----+--------+-----+------+---------+
|R0   | N0     | N   | Rv   | Factor  |
+-----+--------+-----+------+---------+
|Géén | óf < 25|     |      | Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 30| ≥ 100| Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 10| ≥ 200| K = 12  |
|     | < 125  | ≥ 10| ≥ 150| K = 11  |
|     | < 125  | ≥ 10| ≥ 100| K = 10  |
|     | < 125  |     |      | K = 7.5 |
|     | ≥ 125  |     |      | K = 5   |
+-----+--------+-----+------+---------+

Voorstel vereenvoudigde bepaling K

+-----+--------+-----+------+---------+
|R0   | N0     | N   | %plus| Factor  |
+-----+--------+-----+------+---------+
|Géén | óf < 25|     |      | Rn = Rp*|
|     | < 125  | ≥ 30| ≥ 10%| K = Kmax|
|     | < 125  | ≥ 10| ≥ 10%| K = 12  |
|     | < 125  |     |      | K = 8   | 
|     | ≥ 125  |     |      | K = 5   |
+-----+--------+-----+------+---------+

Overigens heb je wel een punt. Nu is K in beton gegoten als er meer dan 125 wedstrijden zijn gespeeld.
Ik kan me voorstellen dat als een talentvolle speler, R0 < 1400, een redelijk aantal wedstrijden heeft gespeeld in het lopende seizoen, b.v. 20 partijen of meer, en een uitzonderlijke prestatie heeft gehaald, %plus > 10%, dat dan een turbofactor wordt toegepast, b.v. 8, of als N ≥ 40 dan Kmax .

Dit zou ook een mooie opsteker zijn voor Luise Gabbert, nu 145 partijen gespeeld en 22% beter dan verwacht. En uiteraard ook voor Koos en Simon. Heike heeft onvoldoende partijen gespeeld tot nu toe.

                                 K=5,  8 max  max
23 mrt   R0  N0  N Pt Np   %plus  Rv  Rv  K    Rv
Louise 1056 145 39 43 26.05  22%  85 136 10.3 174
Koos   1328 376 23 33 25.78  16%  36  58 17.4 126
Simon  1285 210 38 43 29.56  18%  67 108 10.5 141

[clp]

De prestatierating (Rp) kan bepaald worden op basis van normpunten in plaats van de gemiddelde tegenstanderrating.
Het betreft de gebruikelijke ratingaanpassing in combinatie met een lineaire benadering van de ratingtabel.

Neem het verschil tussen werkelijke punten en normpunten (W - We) en deel dit door de maximale score 2N (Voor Fries dammen is dit N).
Dit is het scorepercentage ±P ten opzichte van 50%.

We stellen nu 100% gelijk aan 800 ratingpunten. Bijvoorbeeld: de verwachting van het ratingverschil D=200 is volgens de ratingtabel gelijk aan 75.8002%. Dit wijkt niet veel af van 200 / 800 + 50% = 75%.

De overeenkomstige ratingprestatie ten opzichte van de eigen rating wordt: 800 x dit percentage (= ±P).
Dit geeft de formule:

• Rp = R0 + 800 * (W - We) / 2N.
  Als R0 niet bestaat, neem dan de gemiddelde tegenstanderrating.

Het voordeel van deze bepaling:

• Geen inverse functie nodig.
• Geen extra remise nodig in geval van 0% of 100% score.
• Niet / minder gevoelig voor extreme afwijkingen van het gemiddelde.
  Omdat het verschil tussen werkelijke- en normpunten per partij wordt berekend,
  in plaats van op basis van een gemiddelde rating. In het algemeen, een gematigder beeld bij extreme uitslagen.
• Methodiek volgens de "Formule ratingaanpassing", met C = 800 / 2N.

[clp]

Alexander won 7 partijen op een rij. Een geweldige prestatie, maar een prestatierating van 2783 is toch wel een beetje overdreven.
In mij voorstel zou dit worden:

Eigen rating ...... 2417
Aantal partijen ...... 7
Werkelijke score .... 14
Verwachte score ..... 12.73
Verwachte score ..... 90.92% (van maximale score)

Rp = ( (14 - 12.73) / (2 * 7)) * 800 + 2417 --> 2490.
   of
Rp = (1 - 90,92%) * 800 + 2417 --> 2490

[clp]

Een nieuwe rating wordt aangepast op basis van de bekende Elo formule:

• Rn = Ro + C * som (WP – NP)
  waar:
• Rn = Nieuwe, aangepaste rating
• Ro = Rating op voorafgaande ratingdatum
• C = Correctiefactor, ook wel K genoemd.
• WP = Werkelijk behaald aantal punten
• NP = normpunten
• som (WP-NP) = de som van de verschillen tussen WP en NP over alle
  in de ratingperiode gespeelde wedstrijden.
• Rp = Prestatierating gebaseerd op de score tegen de gemiddelde rating van de
  tegenstanders. Bij een 0% of 100% score wordt een fictieve remise tegen een speler
  met rating Ro toegevoegd.

De ratinglijst van de KNDB wordt éénmaal per jaar samengesteld. De virtuele rating vinden we in Tournooibase.

Als een speler ten opzichte van zijn rating positief scoort, dan zou de virtuele rating kleiner moeten zijn dan de ratingperformance.
De te lage eigen rating (R0) blijft doorwerken in de nieuwe rating (Rn). Dit geeft het ratingsysteem stabiliteit.

Er is een uitzondering. Als een speler veel speelt, d.w.z ruim meer dan 700 / 2K partijen, dan kan de virtuele rating
onbeperkt stijgen. De ratingaanpassing van Elo is namelijk gebaseerd op een "beperkt" aantal partijen,
zoals aangegeven in de FIDE reglementen (https://handbook.fide.com/chapter/B022024).

Als het aantal wedstrijden (N) voor een speler op een lijst voor een ratingperiode vermenigvuldigd met (2K) (zoals hierboven gedefinieerd) groter is dan 700, dan zal K het grootste gehele getal zijn zodat (2K) x N niet groter is dan 700.

Voor 10x10 dammen is het 2*K, omdat een winstscore twee punten oplevert. Voor schaken en Fries dammen is het gewoon (K).
Het komt kort gezegd hier op neer dat de correctiefactor K niet groter mag zijn dan dan 700 / 2N.

Het komt bijna niet voor dat een speler en positief scoort ten opzichte van zijn eigen rating, en ook nog veel wedstrijden speelt.
Op dit moment heb ik één speler kunnen vinden, Jan van de Veen.

Rating 2023     = 1139
N               = 102
WP              = 145
NP              = 118.41   
Correctiefactor = 5
Stijging        = (145-118.41) * 5 = 132.94
Virtuele rating = 1139 + 133 = 1272
Seiz.pres.      = 1228

Als Jan nog drie kwartalen deze prestatie herhaalt,
dan wordt zijn virtuele rating (4 * 132.94) + 1139 = 1671.

Dit kan eenvoudig voorkomen worden door de FIDE regel toe te passen:

• C = 700 / (2*102) = 3.43.

De virtuele rating van Jan zou dan uitkomen op 1139 + (145-118.41) * 3.43 = 1230.
Dit verschilt maar twee punten van de seizoenprestatierating Rp.