als we in onze sport naar de amateurs, dus niet naar de profs en ook niet naar de studerende semiprofs, kijken dan zijn spelers als Gerard Jansen en Mark Podolski van de A-categorie.
Vervolgens heb je een groep spelers met onder andere Gil Salome, Odin Mol, Anton van Berkel en Paul Nitsch. Die noem ik met alle respect, want het zijn stuk voor stuk klassespelers, van de B categorie
Dan daal je weer een aantal treden af en komt je bij een groep spelers waar ik misschien ook toe behoor.
Waar het om gaat, en Baljakin heeft het al een tijdje geleden gezegd, is hoe we van dammen een profsport maken. Dat geeft op de lange termijn meer uitstraling als een of andere Eddie de Eagle die remise schuift tegen de wereldtop.
Je kan er om lachen maar het is triest: waarom vraagt men zich af waarom Tomahawk gestopt is? Zou die zwerver die in de laatste wedstrijd van Westland onder de naam Tomahawk meedeed met tegenstander Hiltex 1 niet het laatste zetje hebben gegeven?
Jan Pieter wrote:Als C-spelers 5 van de 6 partijen remise maken tegen grootmeesters dan is dat inderdaad veel te veel. Maar Bert Zwart, de ex-NK-finalist een C-speler, is dat niet wat te bescheiden?Bert Zwart wrote:Ik speel tegen in mijn laatste 6 partijen tegen grootmeesters vijf keer remise. Daar kan ik trots op zijn, maar dat ben ik niet. Het is ronduit belachelijk.
In zijn algemeenheid lijken de remises die de mindere goden zo nu en dan behalen tegen toppers mij in elk geval niet de oorzaak van het imagoprobleem van de damsport. Integendeel, zou ik zelfs zeggen, als een modale dammer een puntje haalt tegen een wereldtopper dan leidt dat altijd tot juichverhalen met foto in de plaatselijke pers.