Anonymous wrote:Het motief van het KST2005-eindspel is mooi. Ik zie alleen niet hoe dit motief bereikt wordt. Op de 9e zet kan zwart toch 35-40 spelen in plaats van 45-50? Dan lijkt het me remise. Of zie ik iets over eenzelfde motief na 12-8 als in de hoofdvariant. Alleen is de blokkade op de trictrac in de variant na 12-8 35-40 1-6 45-50 6-33 een rij naar het hoofd?
Ik heb per ongeluk de zetten 39-34 en 12-8 verwisseld. 39-34 voorkomt de bijvariant en is dus eigenlijk logischer.
De zetten 39-34 en 12-8 zijn ook verwisselbaar, omdat wit nu ook wint met een blokkade op de trictrac, zoals in de hoofdvaraint, alleen nu is de blokkade een rij naar onderen verschoven. De dam op 49 heeft weer de functie van kwadrantenbewaker (49-44 gooit de dam terug in de trictrachoek).
Als wit 39-34 speelt ontstaat deze stand. Alle schijven staan nu op 'oneven velden' (velden van de 1e, 3e, 5e, 7e of 9e rij).
De reden waarom 39-34 de voorkeur verdient is dat alle stukken dan op oneven velden staan en dat is na de eerste zet 37-32!! van de compositie ook zo!
Daarom is 37-32! ook zo'n fraaie beginzet. Het is leerzaam om te kijken waarom de onmiddellijke doorbraak met 23-18? 13x22 12-8 niet wint: Dan volgt 22-27!!
Zwart heeft 2 frontschijven, die kunnen plakken.
Op zowel 8-2 34-40 als op 8-3 27-31 moet wit 3 schijven slaan met remise als resultaat!
Er komen nog twee volledig oneven momenten voor in de ontleding (bedie keren zwart aan zet).
Leuk is de damvangst in de motiefstand na 45-50 11-16 50-45: 29-33!!
Een duivelse, slangachtige wending.
Alle stukken staan oneven, op de giftige dam op 16 na, de adder.
Zwart moet de kronkelslag 45x29x38x27 maken.
Er dan steekt de adder
zijn kop boven het gras uit!