Tjalling, de zet 74.27-22 is daadwerkelijk gespeeld en toen stelde Georgiev 6-4 voor Schwarzman voor. Het eindspel van een dam en een schijf tegen een dam dat na 74.27-21? zou ontstaan, had Schwarzman al veel eerder op het bord kunnen brengen. Een deel van het publiek, waaronder ik, dacht dat dat een 6-4 zou opleveren. Beide spelers hadden echter al ver van te voren berekend dat het slechts 5-5 zou worden. Indrukwekkend hoe snel en moeiteloos deze spelers zich aanpassen aan nieuwe eindspelen.Hanco Elenbaas wrote:Nieuwe Puntentelling in Delft Doorslaand Succes
Tjalling Goedemoed
<center> [img]http://fmjd.org/dias/save/11211570469.png[/img] </center>
Hier kwamen de spelers 6 – 4 overeen, waarna Schwarzman bijna een gat in de lucht sprong van blijdschap. Tsja, dat voelt toch net eventjes at lekkerder dan die over-voorspelbare 1 – 1 bij klassiek dammen. Hoe echter gaat wit de minor puntenoverwinning binnenhalen? Wit moet proberen 2 dammen tegen 1 dam te halen. Niet met het botte 74.27-21? 16x27 75.36x22 want dat levert na 35-49 niet meer dan remise op. Ter adstructie: 76.22-18 49-38 77.18-40 38-49 78.40-35 49-16! 79.35-49 16-2!! 80.26-21 2-8 81.21-16 8-17 en het is onmogelijk om zwart van de trictrac te verdrijven. Om een eindspel van 2 dammen tegen 1 dam af te dwingen (6 – 4) moet wit 74.27-22 spelen, daarna 22-17 en vervolgens de schijf ruilen en wit loopt door naar tweede dam.
KRANTENARTIKELEN - 2005
- Henk de Witt
- Posts: 1190
- Joined: Sun Dec 14, 2003 22:45
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Brabants Dagblad, 12 juli 2005
Dammer Verpoest (82): nu potje bridge
door Piet Lauwen
Dinsdag 12 juli 2005 - Wat doen oud-sporters op de dag van vandaag? Hebben ze nog binding met hun sport? Onder het motto ’waar zijn ze gebleven’ haalt het Brabants Dagblad wekelijks een regionale voormalig sporter voor het voetlicht. Dit keer dammer Oscar Verpoest.
<center>
Oscar Verpoest, de beste Belgische dammer uit de historie, achter het bord.
(Foto Jan Verhoeff) </center>
De Belgische sportgeschiedenis heeft nogal wat koppeltjes opgeleverd. De wielerwereld kende de Rikken (Van Steenbergen en Van Looy) de Vlaemingen en de Merkxen. Justine Henin en Kim Clijsters zijn van recen- tere datum. En wat zou de damwereld bij onze zuiderburen zijn geweest zonder de Verpoesten. Hugo schuift nog steeds voor het Tilburgse TDV achter het bord aan rond broer Oscar is het al lang stil.
Oscar Verpoest is inmiddels 82 jaar, maar nog goed bij de tijd. In zijn villa in het West-Brabantse Putte vertelt hij met gevoel voor detail over zijn damloopbaan. Begonnen in 1932 kwam daar in 1996 wegens gezondheidsproblemen een eind aan. „Bij het Belgisch kampioenschap werd ik niet goed en moest ermee stoppen. Hoewel ik het dammen nog wel via de krant en tijdschriften volg, heb ik geen behoefte meer aan het wedstrijdspel. Samen met mijn vrouw bridge ik nog wel.“
Verpoests vader Gustaaf speelde in Antwerpen een aardig partijtje. Samen met Oscar moesten ook zijn broers Paul en Hugo eraan geloven. „Ik had het meteen helemaal te pakken. Eerst leerde ik het meest van de rubriek van Claessens in de Gazet van Antwerpen, later begon ik boekjes te kopen en te studeren. Ik had altijd een boekje bij me en stond in de tram problemen op te lossen.“
Eind dertiger jaren ging Verpoest op zoek naar een damclub. „Je had er verschillende, zoals in Merksem en aan de Lange Nieuwstraat. Bij die laatste club kwamen veel Joodse Nederlanders zoals Buitenkamp en Prijs. In 1939 zijn die echter gevlucht naar Engeland.“
Na de oorlog reisde Verpoest naar Luik om samen met Damoiseaux de zieltogende Belgische dambond nieuw leven in te blazen. In 1946 al resulteerde dat in het Belgische kampioenschap, waarin Vaessen en Verpoest de eerste plaats deelden. Hoewel het was afgesproken, volgde er geen barrage en werd de Waal Vaessen op basis van het SB-systeem tot kampioen uitgeroepen. Maar Verpoest liet daarna duidelijk zien wie de beste Belgische dammer ooit was. Liefst negentien keer veroverde hij tussen 1947 en 1991 de nationale titel.
Naast negen WK’s reisde Verpoest de hele wereld over om aan toernooien deel te nemen. Hoewel het soms moeilijk was om zijn sport met de zaak te combineren. Van huis uit was hij opgegroeid in een zaak in geschenkartikelen met verkoop aan winkels.
Later nam hij die zaak van zijn ouders over. „Daar ben ik in 1970 mee gestopt. De BTW werd toen ingevoerd en in de administratieve beslommeringen had ik geen zin. Vijf jaar later ben ik naar Putte verhuisd. Ik had wat probleempjes met de fiscus. Ze hebben me hier niet gevonden.“
<center></center>
Oscar Verpoest
Oscar Verpoest is 27 december 1922 geboren in Antwerpen en woont tegenwoordig in grensplaats Putte.
De Belg was negen keer deelnemer aan het wereldkampioenschap, negentien keer kampioen van België.
Zijn laatste club was TDV in Tilburg, daarvoor DAVO in Tilburg.
<center>
Oscar Verpoest tegen de Franse kampioen Raoul Delhom
WK Hengelo, 3 mei 1972</center>
Dammer Verpoest (82): nu potje bridge
door Piet Lauwen
Dinsdag 12 juli 2005 - Wat doen oud-sporters op de dag van vandaag? Hebben ze nog binding met hun sport? Onder het motto ’waar zijn ze gebleven’ haalt het Brabants Dagblad wekelijks een regionale voormalig sporter voor het voetlicht. Dit keer dammer Oscar Verpoest.
<center>
Oscar Verpoest, de beste Belgische dammer uit de historie, achter het bord.
(Foto Jan Verhoeff) </center>
De Belgische sportgeschiedenis heeft nogal wat koppeltjes opgeleverd. De wielerwereld kende de Rikken (Van Steenbergen en Van Looy) de Vlaemingen en de Merkxen. Justine Henin en Kim Clijsters zijn van recen- tere datum. En wat zou de damwereld bij onze zuiderburen zijn geweest zonder de Verpoesten. Hugo schuift nog steeds voor het Tilburgse TDV achter het bord aan rond broer Oscar is het al lang stil.
Oscar Verpoest is inmiddels 82 jaar, maar nog goed bij de tijd. In zijn villa in het West-Brabantse Putte vertelt hij met gevoel voor detail over zijn damloopbaan. Begonnen in 1932 kwam daar in 1996 wegens gezondheidsproblemen een eind aan. „Bij het Belgisch kampioenschap werd ik niet goed en moest ermee stoppen. Hoewel ik het dammen nog wel via de krant en tijdschriften volg, heb ik geen behoefte meer aan het wedstrijdspel. Samen met mijn vrouw bridge ik nog wel.“
Verpoests vader Gustaaf speelde in Antwerpen een aardig partijtje. Samen met Oscar moesten ook zijn broers Paul en Hugo eraan geloven. „Ik had het meteen helemaal te pakken. Eerst leerde ik het meest van de rubriek van Claessens in de Gazet van Antwerpen, later begon ik boekjes te kopen en te studeren. Ik had altijd een boekje bij me en stond in de tram problemen op te lossen.“
Eind dertiger jaren ging Verpoest op zoek naar een damclub. „Je had er verschillende, zoals in Merksem en aan de Lange Nieuwstraat. Bij die laatste club kwamen veel Joodse Nederlanders zoals Buitenkamp en Prijs. In 1939 zijn die echter gevlucht naar Engeland.“
Na de oorlog reisde Verpoest naar Luik om samen met Damoiseaux de zieltogende Belgische dambond nieuw leven in te blazen. In 1946 al resulteerde dat in het Belgische kampioenschap, waarin Vaessen en Verpoest de eerste plaats deelden. Hoewel het was afgesproken, volgde er geen barrage en werd de Waal Vaessen op basis van het SB-systeem tot kampioen uitgeroepen. Maar Verpoest liet daarna duidelijk zien wie de beste Belgische dammer ooit was. Liefst negentien keer veroverde hij tussen 1947 en 1991 de nationale titel.
Naast negen WK’s reisde Verpoest de hele wereld over om aan toernooien deel te nemen. Hoewel het soms moeilijk was om zijn sport met de zaak te combineren. Van huis uit was hij opgegroeid in een zaak in geschenkartikelen met verkoop aan winkels.
Later nam hij die zaak van zijn ouders over. „Daar ben ik in 1970 mee gestopt. De BTW werd toen ingevoerd en in de administratieve beslommeringen had ik geen zin. Vijf jaar later ben ik naar Putte verhuisd. Ik had wat probleempjes met de fiscus. Ze hebben me hier niet gevonden.“
<center></center>
Oscar Verpoest
Oscar Verpoest is 27 december 1922 geboren in Antwerpen en woont tegenwoordig in grensplaats Putte.
De Belg was negen keer deelnemer aan het wereldkampioenschap, negentien keer kampioen van België.
Zijn laatste club was TDV in Tilburg, daarvoor DAVO in Tilburg.
<center>
Oscar Verpoest tegen de Franse kampioen Raoul Delhom
WK Hengelo, 3 mei 1972</center>
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Twentsche Courant Tubantia, 12 juli 2005
Even in de ban van Amerika
WESTERHAAR - Op de Vinkenweg in Westerhaar werd zaterdag een All American Saterday gehouden. Alles wat maar enigszins te maken heeft met Amerika, van Chicago Police tot cowboy en van Chrevolet tot Harley Davidson, was hier te bekijken.
Van heinde en ver waren liefhebbers naar Westerhaar gekomen om de tientallen Amerikaanse auto’s, in alle soorten, maten en vooral kleuren te bewonderen. Gif groene en snoepstok roze Chrevolets, compleet met de bekende ‘vleugels’, opzichtig uitgebouwde Fire Birds en statige Pontiacs: ze waren er allemaal. Verder oogstte een Duits echtpaar lof en bewondering voor zijn met Amerikaanse vlagmotieven aangeklede camper.
De wanden, vloeren, stoelen, zelfs de zonnekleppen, het stuur tot de zonnebrilhouder aan toe: alles was voorzien van het bekende roodwitblauwe sterrenmotief.
Veel bezoekers droegen toepasselijke kleding. Zoals een cowboy met een vervaarlijk geweer in de holster en een onverbiddelijk ogende politie-agent. Letterlijk weinig om het lijf had het body painters echtpaar. De mannelijke helft van dit duo kleedde zijn dame ter plekke aan met fraaie verfstreken. Allemaal onder het toeziend oog van, merendeels mannelijke, belangstellenden.
Van een heel andere orde was de zogeheten steile wand waar motoren in razende snelheid omhoog werden gestuwd.
De bij de American Day behorende warenmarkt was heel divers van opzet. Echte cowboylaarzen en hoeden of een heuse Indiaanse dreamcatcher, het was er te kust en te keur te koop. Hoe dan ook. All American Saterday werd druk bezocht. Een bezoeker uit Vriezenveen die op het terras neerstreek met in zijn ene hand een groot glas bier en in de andere hand een flinke hotdog merkte op: ‘zouden ze vaker moeten doen zoiets, man wat is dit genieten.’
Even in de ban van Amerika
WESTERHAAR - Op de Vinkenweg in Westerhaar werd zaterdag een All American Saterday gehouden. Alles wat maar enigszins te maken heeft met Amerika, van Chicago Police tot cowboy en van Chrevolet tot Harley Davidson, was hier te bekijken.
Van heinde en ver waren liefhebbers naar Westerhaar gekomen om de tientallen Amerikaanse auto’s, in alle soorten, maten en vooral kleuren te bewonderen. Gif groene en snoepstok roze Chrevolets, compleet met de bekende ‘vleugels’, opzichtig uitgebouwde Fire Birds en statige Pontiacs: ze waren er allemaal. Verder oogstte een Duits echtpaar lof en bewondering voor zijn met Amerikaanse vlagmotieven aangeklede camper.
De wanden, vloeren, stoelen, zelfs de zonnekleppen, het stuur tot de zonnebrilhouder aan toe: alles was voorzien van het bekende roodwitblauwe sterrenmotief.
Veel bezoekers droegen toepasselijke kleding. Zoals een cowboy met een vervaarlijk geweer in de holster en een onverbiddelijk ogende politie-agent. Letterlijk weinig om het lijf had het body painters echtpaar. De mannelijke helft van dit duo kleedde zijn dame ter plekke aan met fraaie verfstreken. Allemaal onder het toeziend oog van, merendeels mannelijke, belangstellenden.
Van een heel andere orde was de zogeheten steile wand waar motoren in razende snelheid omhoog werden gestuwd.
De bij de American Day behorende warenmarkt was heel divers van opzet. Echte cowboylaarzen en hoeden of een heuse Indiaanse dreamcatcher, het was er te kust en te keur te koop. Hoe dan ook. All American Saterday werd druk bezocht. Een bezoeker uit Vriezenveen die op het terras neerstreek met in zijn ene hand een groot glas bier en in de andere hand een flinke hotdog merkte op: ‘zouden ze vaker moeten doen zoiets, man wat is dit genieten.’
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 11-07-2005
Meer monsterscores dan damremises
Door Pieter de Vries
DELFT, 11 JULI. Een experimentele puntentelling om de vele remises in te dammen. Het leidde tot monsterscores op het damtoernooi in Delft, dat zaterdag werd afgesloten met een rapidsessie. Winnaar werd de Rus Aleksei Tsjizjov.
Om het korfbaluitslagen te noemen gaat wat ver, maar tijdens de vijfde editie van het internationale toernooi in Delft werd afgelopen week voor dambegrippen spectaculair `gescoord'. Geen stand van 2-0 of 1-1 bij een remise, zoals de klassieke puntentelling voorschrijft.
In de grootmeestergroep wordt dit jaar geëxperimenteerd met een `verfijnde Delftse puntentelling' (zie inzet). Dat leidt tot monsterscores als 10-0 voor een winstpartij, 7-3 of 6-4 voor een puntenoverwinning (geen winst, wel materieel voordeel) en 5-5 bij een `zuivere' remise. Het achterliggende idee? Het terugdringen van het hoge aantal remises in het topdammen om de denksport voor spelers én publiek aantrekkelijker te maken.
,,Sport gaat om winnen maar bij de absolute top eindigen zoveel dampartijen in remise'', vertelt coördinator Henk de Witt. Toptoernooien worden vaak geteisterd door het `remisespook' als gevolg van de kleine krachtsverschillen en het feit dat bij dammen een flink materieel voordeel noodzakelijk is voor de winst. Zo kan een ervaren topper, met een achterstand van één dam (dubbele schijf) tegen drie dammen in het eindspel, simpel op remise aansturen.
De hoogste tijd voor verandering, vindt De Witt, gesteund door in Delft aanwezige Russische wereldtoppers als regerend wereldkampioen Aleksander Georgiev en Aleksei Tsjizjov en Nederlands kampioen Kees Thijssen. ,,In 2001 hebben we de Delftse telling voor het eerst toegepast. Dat beviel de grootmeesters goed. Ze beseffen dat een damtoernooi door zoveel remises niet bijzonder is voor de media en sponsors. Dammen is geen kijksport. Als dammers aan het rekenen zijn, gebeurt er soms twintig minuten niks. Dan kun je beter naar groeiend gras kijken.''
Op verzoek van de deelnemers heeft De Witt voor deze lustrumeditie besloten tot een verfijnde Delftse telling, waardoor materieel voordeel nog beter in de score tot uiting komt en de spelers worden gedwongen het maximale uit een partij te halen. ,,Wij willen met deze puntentelling laten zien dat het ook anders kan. Ervaren grootmeesters rekenen ver door en zien een remise al lang van tevoren aankomen, terwijl het publiek denkt dat er nog van alles mogelijk is.'' Door het Delftse systeem neemt de wedstrijdspanning volgens De Witt enorm toe, vooral in het late middenspel. Berekenend afstevenen op een remise is een stuk lastiger. De Witt: ,,Het blijft langer onduidelijk of het `echt' remise (5-5) wordt of dat het door materieel voordeel nog 6-4 of 7-3 wordt.''
In de damwereld woedt al jaren een discussie tussen voor- en tegenstanders van een nieuwe puntentelling, maar tot structurele veranderingen op officiële toernooien als een NK of WK heeft dat niet geleid. ,,Er is jarenlang alleen maar gepraat over veranderingen. De bondsraad wilde in 2003 een nieuwe telling invoeren op het NK: 2-0 bij winst, 1,5-0,5 voor een puntenoverwinning en 0,5-0,5 bij remise.'' Deze telling is officieel erkend door de West-Hollandse dambond. Een eerste stap in de goede richting, meent De Witt. Maar op NK's geldt nog altijd de klassieke puntentelling. ,,Er was verzet van behoudende dammers. Begin 2004 is besloten de nieuwe telling uit te stellen. Dit najaar wordt een enquête gehouden onder de NK-finalisten van de afgelopen drie jaar. De bedoeling is om meer draagvlak te creëren.''
Groot voorstander van een nieuwe puntentelling is achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc, vaste klant bij NK-finales en in Delft toeschouwer. Clerc bepleit veranderingen in ,,het conservatieve bolwerk'', zoals hij de damwereld betitelt. ,,Dammen heeft het imago van een saaie sport waar de partijen altijd gelijk eindigen. Elke sport kent aanpassingen van de regels en evolueert, behalve de damsport. Er moet gewoon wat gebeuren. Daarvan is iedereen in de damwereld doordrongen, maar ze durven niet. Tijdens het laatste NK vielen in de eerste drie ronden nauwelijks beslissingen. Daar komt geen hond naar kijken.''
Om de damsport nieuw leven in te blazen en ,,de remisedood'' te bestrijden, pleit Clerc voor invoering van de puntenoverwinning. Hij beschouwt het door de West-Hollandse dambond gehanteerde telsysteem - met een score van 1,5-0,5 voor een puntenoverwinning - als ,,de meest reële optie'' voor officiële toernooien. ,,Materiaalverschil in de score tot uiting laten komen is rechtvaardiger. Daardoor wordt het eindspel spannender. Bij de klassieke puntentelling weet een topspeler al na veertig zetten dat het remise wordt.'' Dammen wordt door de puntenoverwinning volgens Clerc veel aantrekkelijker voor het publiek. ,,Het bevordert aanvallend spel. Doordat materieel voordeel in de score wordt uitgedrukt, is het voor het publiek duidelijker wie beter heeft gespeeld.''
Bijval krijgt Clerc van Erno Prosman, deelnemer in Delft. ,,In het klassieke puntensysteem kan een topdammer tijdens een toernooi besluiten het een dagje rustig aan te doen en zijn schijven eenvoudig naar een remisestand schuiven. Met de puntenoverwinning kan er nog van alles gebeuren in het eindspel en de scores laten - terecht - zien welke speler beter was. De spelers moeten meer doorrekenen en zorgvuldiger spelen. Dat maakt de partijen attractiever.''
Een systeem dat op het lijf geschreven is van het Russische rekenwonder Tsjizjov, winnaar van negen wereldtitels en tot enkele jaren geleden alleenheerser. Na de zuivere remise (5-5) in de derde ronde tegen zijn landgenoot Aleksander Schwarzman verklaart Tsjizjov zich een enthousiast voorstander van de Delftse puntentelling. ,,Normaal stopt een dampartij op een bepaald moment. Hier is het eindspel veel spannender. Voor mij is dit een goed systeem, want ik speel altijd op winst. Tegen Prosman is het 7-3 in mijn voordeel geworden, terwijl dat anders een remise was. Verdedigen is gevaarlijk in dit systeem. Schijven afruilen om snel remise te maken kan niet meer. De spelers zijn actiever. Er is een nieuwe geest bijgekomen.''
Delftse punten
De afgelopen vier jaar werd de zogeheten Delftse puntentelling gehanteerd. Daarbij wordt een winstpartij beloond met een 5-0 score en is een remise goed voor 2-2. Wanneer een speler niet meer kan winnen maar in het eindspel een materieel voordeel heeft van ten minste drie schijven, is sprake van een `puntenoverwinning': 3-1. Op verzoek van enkele grootmeesters werd dit jaar in het toptoernooi bij de mannen geëxperimenteerd met een verfijnde Delftse telling: 10-0 bij winst en 5-5 in geval van een `zuivere' remise. Een materieel voordeel van drie schijven betekent een 7-3 puntenoverwinning; een voorsprong van twee schijven leidt tot een 6-4 score.
Meer monsterscores dan damremises
Door Pieter de Vries
DELFT, 11 JULI. Een experimentele puntentelling om de vele remises in te dammen. Het leidde tot monsterscores op het damtoernooi in Delft, dat zaterdag werd afgesloten met een rapidsessie. Winnaar werd de Rus Aleksei Tsjizjov.
Om het korfbaluitslagen te noemen gaat wat ver, maar tijdens de vijfde editie van het internationale toernooi in Delft werd afgelopen week voor dambegrippen spectaculair `gescoord'. Geen stand van 2-0 of 1-1 bij een remise, zoals de klassieke puntentelling voorschrijft.
In de grootmeestergroep wordt dit jaar geëxperimenteerd met een `verfijnde Delftse puntentelling' (zie inzet). Dat leidt tot monsterscores als 10-0 voor een winstpartij, 7-3 of 6-4 voor een puntenoverwinning (geen winst, wel materieel voordeel) en 5-5 bij een `zuivere' remise. Het achterliggende idee? Het terugdringen van het hoge aantal remises in het topdammen om de denksport voor spelers én publiek aantrekkelijker te maken.
,,Sport gaat om winnen maar bij de absolute top eindigen zoveel dampartijen in remise'', vertelt coördinator Henk de Witt. Toptoernooien worden vaak geteisterd door het `remisespook' als gevolg van de kleine krachtsverschillen en het feit dat bij dammen een flink materieel voordeel noodzakelijk is voor de winst. Zo kan een ervaren topper, met een achterstand van één dam (dubbele schijf) tegen drie dammen in het eindspel, simpel op remise aansturen.
De hoogste tijd voor verandering, vindt De Witt, gesteund door in Delft aanwezige Russische wereldtoppers als regerend wereldkampioen Aleksander Georgiev en Aleksei Tsjizjov en Nederlands kampioen Kees Thijssen. ,,In 2001 hebben we de Delftse telling voor het eerst toegepast. Dat beviel de grootmeesters goed. Ze beseffen dat een damtoernooi door zoveel remises niet bijzonder is voor de media en sponsors. Dammen is geen kijksport. Als dammers aan het rekenen zijn, gebeurt er soms twintig minuten niks. Dan kun je beter naar groeiend gras kijken.''
Op verzoek van de deelnemers heeft De Witt voor deze lustrumeditie besloten tot een verfijnde Delftse telling, waardoor materieel voordeel nog beter in de score tot uiting komt en de spelers worden gedwongen het maximale uit een partij te halen. ,,Wij willen met deze puntentelling laten zien dat het ook anders kan. Ervaren grootmeesters rekenen ver door en zien een remise al lang van tevoren aankomen, terwijl het publiek denkt dat er nog van alles mogelijk is.'' Door het Delftse systeem neemt de wedstrijdspanning volgens De Witt enorm toe, vooral in het late middenspel. Berekenend afstevenen op een remise is een stuk lastiger. De Witt: ,,Het blijft langer onduidelijk of het `echt' remise (5-5) wordt of dat het door materieel voordeel nog 6-4 of 7-3 wordt.''
In de damwereld woedt al jaren een discussie tussen voor- en tegenstanders van een nieuwe puntentelling, maar tot structurele veranderingen op officiële toernooien als een NK of WK heeft dat niet geleid. ,,Er is jarenlang alleen maar gepraat over veranderingen. De bondsraad wilde in 2003 een nieuwe telling invoeren op het NK: 2-0 bij winst, 1,5-0,5 voor een puntenoverwinning en 0,5-0,5 bij remise.'' Deze telling is officieel erkend door de West-Hollandse dambond. Een eerste stap in de goede richting, meent De Witt. Maar op NK's geldt nog altijd de klassieke puntentelling. ,,Er was verzet van behoudende dammers. Begin 2004 is besloten de nieuwe telling uit te stellen. Dit najaar wordt een enquête gehouden onder de NK-finalisten van de afgelopen drie jaar. De bedoeling is om meer draagvlak te creëren.''
Groot voorstander van een nieuwe puntentelling is achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc, vaste klant bij NK-finales en in Delft toeschouwer. Clerc bepleit veranderingen in ,,het conservatieve bolwerk'', zoals hij de damwereld betitelt. ,,Dammen heeft het imago van een saaie sport waar de partijen altijd gelijk eindigen. Elke sport kent aanpassingen van de regels en evolueert, behalve de damsport. Er moet gewoon wat gebeuren. Daarvan is iedereen in de damwereld doordrongen, maar ze durven niet. Tijdens het laatste NK vielen in de eerste drie ronden nauwelijks beslissingen. Daar komt geen hond naar kijken.''
Om de damsport nieuw leven in te blazen en ,,de remisedood'' te bestrijden, pleit Clerc voor invoering van de puntenoverwinning. Hij beschouwt het door de West-Hollandse dambond gehanteerde telsysteem - met een score van 1,5-0,5 voor een puntenoverwinning - als ,,de meest reële optie'' voor officiële toernooien. ,,Materiaalverschil in de score tot uiting laten komen is rechtvaardiger. Daardoor wordt het eindspel spannender. Bij de klassieke puntentelling weet een topspeler al na veertig zetten dat het remise wordt.'' Dammen wordt door de puntenoverwinning volgens Clerc veel aantrekkelijker voor het publiek. ,,Het bevordert aanvallend spel. Doordat materieel voordeel in de score wordt uitgedrukt, is het voor het publiek duidelijker wie beter heeft gespeeld.''
Bijval krijgt Clerc van Erno Prosman, deelnemer in Delft. ,,In het klassieke puntensysteem kan een topdammer tijdens een toernooi besluiten het een dagje rustig aan te doen en zijn schijven eenvoudig naar een remisestand schuiven. Met de puntenoverwinning kan er nog van alles gebeuren in het eindspel en de scores laten - terecht - zien welke speler beter was. De spelers moeten meer doorrekenen en zorgvuldiger spelen. Dat maakt de partijen attractiever.''
Een systeem dat op het lijf geschreven is van het Russische rekenwonder Tsjizjov, winnaar van negen wereldtitels en tot enkele jaren geleden alleenheerser. Na de zuivere remise (5-5) in de derde ronde tegen zijn landgenoot Aleksander Schwarzman verklaart Tsjizjov zich een enthousiast voorstander van de Delftse puntentelling. ,,Normaal stopt een dampartij op een bepaald moment. Hier is het eindspel veel spannender. Voor mij is dit een goed systeem, want ik speel altijd op winst. Tegen Prosman is het 7-3 in mijn voordeel geworden, terwijl dat anders een remise was. Verdedigen is gevaarlijk in dit systeem. Schijven afruilen om snel remise te maken kan niet meer. De spelers zijn actiever. Er is een nieuwe geest bijgekomen.''
Delftse punten
De afgelopen vier jaar werd de zogeheten Delftse puntentelling gehanteerd. Daarbij wordt een winstpartij beloond met een 5-0 score en is een remise goed voor 2-2. Wanneer een speler niet meer kan winnen maar in het eindspel een materieel voordeel heeft van ten minste drie schijven, is sprake van een `puntenoverwinning': 3-1. Op verzoek van enkele grootmeesters werd dit jaar in het toptoernooi bij de mannen geëxperimenteerd met een verfijnde Delftse telling: 10-0 bij winst en 5-5 in geval van een `zuivere' remise. Een materieel voordeel van drie schijven betekent een 7-3 puntenoverwinning; een voorsprong van twee schijven leidt tot een 6-4 score.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC, 25 november 2000
HET PUBLIEK
JAAP BLOEMBERGEN
Een bezoek aan een damtoernooi is een verademing voor een gemiddelde sportverslaggever.
De onwetende individu wordt aller hartelijkst welkom geheten. De knusse ontvangstruimte is meestal een achterzaaltje van een gemeentehuis of een bibliotheek in de periferie van Nederland: het mekka van de damsport. Het schuiven met de schijven is verder voorbehouden aan Oost-Europeanen en Centraal-Afrikanen. Ze zijn elkaars vrienden en houden de marginale denksport gezamenlijk in stand. Ze zitten dromerig achter de speeltafel en houden zich verre van psychologische oorlogsvoering. Ze voelen zich verheven boven de vijandige sfeer bij het schaken. Ton Sijbrands is een uitzondering op deze regel. Hij weigert al jaren te praten met Rob Clerc. De principiële Sijbrands verlaagt zich ook niet tot commerciële activiteiten, zoals Harm Wiersma. Sijbrands is een doemdenker met een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Hij is de verpersoonlijking van de jaren zestig en zeventig. Heeft u heimwee naar die periode? Bezoek dan een damtoernooi in Huissen, Hoogezand of Zoutelande. Daar zie je nog sporters met een boterhamzakje op een parkeerplaats wandelen. Daar tref je nog toeschouwers op sandalen en geitenharen sokken. In de geest van Jannes van der Wal, die een vroege dood is gestorven. Hij was de vleesgeworden dammer. Zorgvuldig formulerend. Eeuwig discussiërend over de overvloed aan remises. Nooit te beroerd een diepzinnig gesprek te voeren. Dammen als eerste levensbehoefte.
HET PUBLIEK
JAAP BLOEMBERGEN
Een bezoek aan een damtoernooi is een verademing voor een gemiddelde sportverslaggever.
De onwetende individu wordt aller hartelijkst welkom geheten. De knusse ontvangstruimte is meestal een achterzaaltje van een gemeentehuis of een bibliotheek in de periferie van Nederland: het mekka van de damsport. Het schuiven met de schijven is verder voorbehouden aan Oost-Europeanen en Centraal-Afrikanen. Ze zijn elkaars vrienden en houden de marginale denksport gezamenlijk in stand. Ze zitten dromerig achter de speeltafel en houden zich verre van psychologische oorlogsvoering. Ze voelen zich verheven boven de vijandige sfeer bij het schaken. Ton Sijbrands is een uitzondering op deze regel. Hij weigert al jaren te praten met Rob Clerc. De principiële Sijbrands verlaagt zich ook niet tot commerciële activiteiten, zoals Harm Wiersma. Sijbrands is een doemdenker met een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Hij is de verpersoonlijking van de jaren zestig en zeventig. Heeft u heimwee naar die periode? Bezoek dan een damtoernooi in Huissen, Hoogezand of Zoutelande. Daar zie je nog sporters met een boterhamzakje op een parkeerplaats wandelen. Daar tref je nog toeschouwers op sandalen en geitenharen sokken. In de geest van Jannes van der Wal, die een vroege dood is gestorven. Hij was de vleesgeworden dammer. Zorgvuldig formulerend. Eeuwig discussiërend over de overvloed aan remises. Nooit te beroerd een diepzinnig gesprek te voeren. Dammen als eerste levensbehoefte.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 31-03-2003
Thijssen is na acht pogingen eindelijk nationaal damkampioen
Door Pieter de Vries
AMSTERDAM, 31 MAART. Dammer Kees Thijssen (27), die al jaren als een grote belofte geldt, is de nieuwe nationale kampioen. Na acht keer eerder zonder succes te hebben deelgenomen aan het Nederlands kampioenschap, maakte hij zaterdag de hooggespannen verwachtingen eindelijk waar. De remise die hij in de slotronde speelde tegen Gérard Jansen, zijn naaste belager voor de eindoverwinning, was voldoende voor zijn eerste titel.
De speler van landskampioen Hiltex, gastheer van `Amsterdammen 2003', won dit toernooi vijf partijen en speelde acht keer remise. ,,Dik verdiend'', noemde achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc, die als vierde eindigde, de ongeslagen status van Thijssen dit toernooi. ,,Hij was absoluut de beste. Vroeger wilde Kees altijd de perfecte partij spelen en dan kwam hij in tijdnood. Hij verdeelt zijn tijd nu beter en speelt realistischer. Hopelijk is dit een doorbraak in zijn carrière.''
De kampioen dankte zijn succes vooral aan de mentale ontwikkeling die hij de afgelopen twee jaar heeft doorgemaakt. ,,Ik ben volwassener en praktischer in mijn spel geworden. Vroeger viel ik na een paar overwinningen altijd terug. Met mijn hoofd in de wolken liep ik daarna tegen een nederlaag aan. Ik neem nu minder risico's tegen de toppers. Met een remise tegen Clerc of Jansen ben ik tevreden. Zo ben ik ongeslagen gebleven'', aldus Thijssen.
Anders dan bij vorige kampioenschappen verslapte de concentratie van Thijssen tijdens dit toernooi niet. Dit komt volgens de bewoner van een `isoleercel' van vier bij vier meter in Diemen omdat hij gezonder is gaan leven. Hij is gestopt met roken en drinkt wat minder biertjes, waardoor hij frisser achter het bord zit.
Bovendien is zijn lichamelijke conditie beter. Thijssen fietste dit toernooi elke dag naar Amsterdam en ging 's avonds met trainingsmaatje Martin Dolfing (25), de onttroonde titelverdediger, zwemmen in het Amsterdamse Zuiderbad. ,,Daardoor kon ik mijn concentratie ook beter vasthouden. Vroeger was mijn hoofd tijdens een kampioenschap op sommige dagen helemaal leeg en dan verloor ik'', herinnerde Thijssen zich.
Dolfing erkende het belang van de gezondere levensstijl van Thijssen voor de `stijgende lijn' in diens spel. ,,Kees was altijd al een kanshebber en kwam vaak flitsend uit de startblokken. Normaal viel hij terug, maar nu wist hij zijn niveau vast te houden. Over het hele toernooi genomen is hij de beste geweest in het benutten van kansen. Er gebeuren hem geen ongelukjes meer en dat komt door zijn levensritme'', wist de schuchtere, ongrijpbare Groninger.
Na zijn spectaculaire winst vorig jaar werd Dolfing, die leerde dammen bij Het Noorden in Groningen, al vergeleken met Jannes van der Wal, dat andere `damgenie'. Maar die kwalificatie wees hij resoluut van de hand.
,,Sijbrands en Wiersma zijn geniaal, ik niet. Ik ben geestelijk geblokkeerd en ontwikkel me niet meer als mens'', liet Dolfing tijdens het toernooi weten.
Zijn teleurstellende prestaties op dit Nederlands kampioenschap weet hij aan `mentale zwakte'. ,,Ik was geestelijk niet ingesteld op dit toernooi. Ik ben de interesse in het dammen een beetje kwijt. Ik moet nu eerst werken aan de wederopbouw van mijn leven. Het dammen komt voorlopig op de tweede plaats'', vertelde Dolfing dit weekeinde met horten en stoten. Zijn toekomst als dammer noemt hij ongewis. ,,Misschien moet ik het NK een jaartje laten rusten.''
Hoe onzeker en sceptisch de `twijfelaar uit Groningen' ook tegen zijn eigen damprestaties aankijkt, van sparringpartner Thijssen kreeg Dolfing alle lof toegezwaaid. De kampioen besefte dat zijn succes deels ook te danken was aan de vele uren die hij in de voorbereiding op het NK samen met Dolfing doorbracht met het analyseren van partijen. ,,Ik train nu twee jaar samen met Martin. Vorig jaar was hij kampioen en dit jaar ik. Dat is een vruchtbare samenwerking gebleken.''
Hoe vruchtbaar zal in mei moeten blijken tijdens het wereldkampioenschap in Zwartsluis, waar Thijssen debuteert. Hoewel hij het (internationaal) sterk bezette Bijlmer-toernooi al tweemaal won (1999 en 2001), dicht hij zich in Zwartsluis geen rol van betekenis toe. ,,Ik weet eigenlijk niet wat ik er te zoeken heb, want ik kom net kijken'', verklaarde Thijssen, voordat zijn oma, een uurtje voor de officiële prijsuitreiking, hem een gesloten enveloppe toestak. ,,Hier Kees, pas er goed op jongen!'' ,,Oh, het prijzengeld'', lachte de parttime receptionist.
Door een goede prestatie bij het wereldkampioenschap kan de damcarrière van de Brabander - zeven jaar geleden verhuisde hij naar Diemen voor een (later afgebroken) studie Engels aan de Universiteit van Amsterdam - in een stroomversnelling komen. ,,Ik zou er het liefst mijn beroep van willen maken. Ik zie mezelf nu als een semi-prof.''
Als Thijssen in mei aan het Zwartewater zijn `lijnen, vlakken, posities en combinaties' beter uitbeeldt op het bord dan een van zijn Nederlandse voorbeelden, Sijbrands, en andere fullprofs als Tsjizjov en Gantwarg, hoeft zijn oma hem niets meer toe te stoppen. Thijssen: ,, Een kantoorbaantje van negen tot vijf is toch ook niks voor mij.''
Thijssen is na acht pogingen eindelijk nationaal damkampioen
Door Pieter de Vries
AMSTERDAM, 31 MAART. Dammer Kees Thijssen (27), die al jaren als een grote belofte geldt, is de nieuwe nationale kampioen. Na acht keer eerder zonder succes te hebben deelgenomen aan het Nederlands kampioenschap, maakte hij zaterdag de hooggespannen verwachtingen eindelijk waar. De remise die hij in de slotronde speelde tegen Gérard Jansen, zijn naaste belager voor de eindoverwinning, was voldoende voor zijn eerste titel.
De speler van landskampioen Hiltex, gastheer van `Amsterdammen 2003', won dit toernooi vijf partijen en speelde acht keer remise. ,,Dik verdiend'', noemde achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc, die als vierde eindigde, de ongeslagen status van Thijssen dit toernooi. ,,Hij was absoluut de beste. Vroeger wilde Kees altijd de perfecte partij spelen en dan kwam hij in tijdnood. Hij verdeelt zijn tijd nu beter en speelt realistischer. Hopelijk is dit een doorbraak in zijn carrière.''
De kampioen dankte zijn succes vooral aan de mentale ontwikkeling die hij de afgelopen twee jaar heeft doorgemaakt. ,,Ik ben volwassener en praktischer in mijn spel geworden. Vroeger viel ik na een paar overwinningen altijd terug. Met mijn hoofd in de wolken liep ik daarna tegen een nederlaag aan. Ik neem nu minder risico's tegen de toppers. Met een remise tegen Clerc of Jansen ben ik tevreden. Zo ben ik ongeslagen gebleven'', aldus Thijssen.
Anders dan bij vorige kampioenschappen verslapte de concentratie van Thijssen tijdens dit toernooi niet. Dit komt volgens de bewoner van een `isoleercel' van vier bij vier meter in Diemen omdat hij gezonder is gaan leven. Hij is gestopt met roken en drinkt wat minder biertjes, waardoor hij frisser achter het bord zit.
Bovendien is zijn lichamelijke conditie beter. Thijssen fietste dit toernooi elke dag naar Amsterdam en ging 's avonds met trainingsmaatje Martin Dolfing (25), de onttroonde titelverdediger, zwemmen in het Amsterdamse Zuiderbad. ,,Daardoor kon ik mijn concentratie ook beter vasthouden. Vroeger was mijn hoofd tijdens een kampioenschap op sommige dagen helemaal leeg en dan verloor ik'', herinnerde Thijssen zich.
Dolfing erkende het belang van de gezondere levensstijl van Thijssen voor de `stijgende lijn' in diens spel. ,,Kees was altijd al een kanshebber en kwam vaak flitsend uit de startblokken. Normaal viel hij terug, maar nu wist hij zijn niveau vast te houden. Over het hele toernooi genomen is hij de beste geweest in het benutten van kansen. Er gebeuren hem geen ongelukjes meer en dat komt door zijn levensritme'', wist de schuchtere, ongrijpbare Groninger.
Na zijn spectaculaire winst vorig jaar werd Dolfing, die leerde dammen bij Het Noorden in Groningen, al vergeleken met Jannes van der Wal, dat andere `damgenie'. Maar die kwalificatie wees hij resoluut van de hand.
,,Sijbrands en Wiersma zijn geniaal, ik niet. Ik ben geestelijk geblokkeerd en ontwikkel me niet meer als mens'', liet Dolfing tijdens het toernooi weten.
Zijn teleurstellende prestaties op dit Nederlands kampioenschap weet hij aan `mentale zwakte'. ,,Ik was geestelijk niet ingesteld op dit toernooi. Ik ben de interesse in het dammen een beetje kwijt. Ik moet nu eerst werken aan de wederopbouw van mijn leven. Het dammen komt voorlopig op de tweede plaats'', vertelde Dolfing dit weekeinde met horten en stoten. Zijn toekomst als dammer noemt hij ongewis. ,,Misschien moet ik het NK een jaartje laten rusten.''
Hoe onzeker en sceptisch de `twijfelaar uit Groningen' ook tegen zijn eigen damprestaties aankijkt, van sparringpartner Thijssen kreeg Dolfing alle lof toegezwaaid. De kampioen besefte dat zijn succes deels ook te danken was aan de vele uren die hij in de voorbereiding op het NK samen met Dolfing doorbracht met het analyseren van partijen. ,,Ik train nu twee jaar samen met Martin. Vorig jaar was hij kampioen en dit jaar ik. Dat is een vruchtbare samenwerking gebleken.''
Hoe vruchtbaar zal in mei moeten blijken tijdens het wereldkampioenschap in Zwartsluis, waar Thijssen debuteert. Hoewel hij het (internationaal) sterk bezette Bijlmer-toernooi al tweemaal won (1999 en 2001), dicht hij zich in Zwartsluis geen rol van betekenis toe. ,,Ik weet eigenlijk niet wat ik er te zoeken heb, want ik kom net kijken'', verklaarde Thijssen, voordat zijn oma, een uurtje voor de officiële prijsuitreiking, hem een gesloten enveloppe toestak. ,,Hier Kees, pas er goed op jongen!'' ,,Oh, het prijzengeld'', lachte de parttime receptionist.
Door een goede prestatie bij het wereldkampioenschap kan de damcarrière van de Brabander - zeven jaar geleden verhuisde hij naar Diemen voor een (later afgebroken) studie Engels aan de Universiteit van Amsterdam - in een stroomversnelling komen. ,,Ik zou er het liefst mijn beroep van willen maken. Ik zie mezelf nu als een semi-prof.''
Als Thijssen in mei aan het Zwartewater zijn `lijnen, vlakken, posities en combinaties' beter uitbeeldt op het bord dan een van zijn Nederlandse voorbeelden, Sijbrands, en andere fullprofs als Tsjizjov en Gantwarg, hoeft zijn oma hem niets meer toe te stoppen. Thijssen: ,, Een kantoorbaantje van negen tot vijf is toch ook niks voor mij.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 28-04-2000
Boterhandelaar debuteert met jetlag op NK
Door onze redacteur HANS KLIPPUS
HENGELO, 28 APRIL. In het stadhuis van Hengelo wordt om de nationale titel gedamd. Het is een gemêleerd gezelschap in de statige Burgerzaal. ,,Er wordt te veel op remises gehakt.''
Mari van Ballegooijen is de oudste deelnemer bij het NK dammen. Maar hij is ook één van de vier debutanten. De 48-jarige Brabander staat in Hengelo stijf onderaan. In elf ronden verloor hij zeven keer. ,,Ondanks al die nederlagen heb ik er nog steeds lol in'', zegt Van Ballegooijen. ,,Punten zeggen me niets. Ik doe mee om mooie partijen te spelen. Want er wordt in het dammen veel te veel op remises gehakt.''
Van Ballegooijen zit in de elfde ronde tegenover Paul Oudshoorn. Het is warm in de speelzaal op de tweede etage van het stadhuis van Hengelo. Uit voorzorg zijn de gordijnen gesloten. Buiten op de terrassen op het plein genieten de mensen van de zon. Af en toe klinkt geschreeuw van luidruchtige jongelui tot de stilteruimte door. Daar beneden weet niemand dat hier om het Nederlands damkampioenschap wordt gestreden.
De partij tegen Oudshoorn levert Van Ballegooijen zijn vijfde punt in het kampioenschap op. Zo heeft hij in ieder geval meer succes geboekt dan ene Joost Hooijberg, die ooit bij een NK slechts drie punten behaalde. Van Ballegooijen kreeg die naam de afgelopen anderhalve week regelmatig te horen. Nu is dat afgelopen. ,,Ik heb met vijf nederlagen op rij eventjes in een behoorlijke impasse gezeten.''
Het was voor iedereen - niet in het minst voor hemzelf - een grote verrassing dat Van Ballegooijen zich in februari voor de finale van het NK plaatste. Hij kwam via de provinciale kampioenschappen van Brabant in de halve finales. Dát was zijn doel. Maar de koelbloedige Van Ballegooijen steeg boven zichzelf uit en drong door tot het grote NK. In Hengelo is hij met Jan-Mente Drent de enige deelnemer zonder grootmeester- of meestertitel. ,,Ik ben blij dat Van Ballegooijen de finale heeft gehaald'', zegt Siep Buurke, voorlichter van de dambond KNDB. ,,Hij toont aan dat een modale dammer zo ver kan komen.'' Buurke deed ooit zelf mee aan de halve finale. ,,Ik weet zeker dat ik geen mindere speler ben dan Mari.''
Van Ballegooijen is exporthandelaar in boter en melkpoeder. Daarom was zijn voorbereiding op het Nederlands kampioenschap anders dan die van zijn tegenstanders. De zakenman uit Wijk en Aalburg vloog in de twee weken voor het toernooi de wereld rond - Singapore, Australië, Verenigde Staten, Canada. ,,Zo zat ik met een jetlag bij de eerste ronde.'' Maar Van Ballegooijen zorgde wel meteen voor de grootste verrassing van het kampioenschap. Hij won in de openingsronde van de talentvolle Martin Dolfing. ,,Ongelooflijk! Het waren puur de zenuwen. Dolfing is normaal twee klassen beter dan Van Ballegooijen'', zegt titelhouder Rob Clerc, die voor de 25ste keer aan het NK meedoet.
Clerc heeft geconstateerd dat Van Ballegooijen veel te zwak is voor het NK. ,,Ik denk ook dat het een eenmalige actie is. We zullen hem niet meer terugzien'', zegt de damprof uit Zoetermeer. ,,Maar ik gun hem zijn succes. Hij heeft zich op een legale manier geplaatst. Bovendien is het een aardige man.'' Je kunt Van Ballegooijen er best bijhebben, stelt Clerc. ,,Al is het alleen maar om het winstpercentage op te vijzelen'', zegt de zevenvoudige Nederlandse kampioen grijnzend.
Van Ballegooijen heeft tijdens het dammen en 's avonds in het spelershotel niet de indruk gekregen dat de andere deelnemers hem met een scheef oog bekijken. ,,Ik denk dat ik de nodige sympathie heb verworven door principieel mijn eigen spel te blijven spelen.'' Van Ballegooijen is niet ontevreden over zijn prestaties bij het NK. ,,Alleen mijn partij tegen Gérard Jansen was een aanfluiting. Ik hielp toen mijn eigen openingsvariant om zeep. Ik stond al na dertien zetten op verlies.''
Martin Dolfing is in Hengelo ook een debutant. Maar wel één met andere ambities dan Van Ballegooijen. De 22-jarige Dolfing heeft voor de toekomst zijn zinnen op de nationale titel gezet. Het is zelfs nog mogelijk dat dat al tijdens zijn eerste NK gaat gebeuren. Want Dolfing herstelde zich uitstekend van het verlies tegen Van Ballegooijen. Hij bracht in de tiende ronde de dagenlange koploper Ron Heusdens de eerste nederlaag toe en won in de elfde ronde ook van veteraan Scholma. Met drie anderen (Clerc, Heusdens en Van Leeuwen) staat Dolfing nu op de tweede plaats, één punt achter leider Hans Jansen. Morgen is de laatste ronde.
Groninger Dolfing wordt door kenners vergeleken met de legendarische Jannes van der Wal. Wat betreft uiterlijk heeft hij zeker iets van zijn overleden streekgenoot. Dolfing zit tegen Scholma achter het bord in een slobbertrui die veel te warm voor de tijd van het jaar is. Net als Van der Wal wekt Dolfing de indruk een twijfelaar te zijn. ,,Ik zie veel overeenkomsten. Alleen is Dolfing een bescheiden en aardig persoon en kon Jannes weleens mensen afblaffen'', zegt KNDB-voorlichter Buurke. ,,Ik zie er nog geen Van der Wal in'', stelt Clerc resoluut. ,,Dolfing is zeker een groot talent. Maar ik vraag me af of hij de mentale hardheid heeft om een topdammer te worden. Als je hem een grote mond geeft, valt hij om.''
Maar Dolfing leert snel bij. Zo speelde hij in Hengelo voor het eerst van zijn leven met zijn collega-dammers ter ontspanning een partijtje voetbal. Mede-debutant Mari van Ballegooijen deed niet mee. ,,Ik maak me met het dammen al moe genoeg.'' De Brabander zegt het mooi te vinden met een jonge speler als Dolfing in één toernooi uit te kunnen komen. ,,Aan de ene kant heb je iemand als ik, een zakenman, die alles in de wereld al heeft gezien. Aan de andere kant heb je zo'n jongen als Dolfing. Hij is een filosoof, die nog zoekende is in het leven.''
Boterhandelaar debuteert met jetlag op NK
Door onze redacteur HANS KLIPPUS
HENGELO, 28 APRIL. In het stadhuis van Hengelo wordt om de nationale titel gedamd. Het is een gemêleerd gezelschap in de statige Burgerzaal. ,,Er wordt te veel op remises gehakt.''
Mari van Ballegooijen is de oudste deelnemer bij het NK dammen. Maar hij is ook één van de vier debutanten. De 48-jarige Brabander staat in Hengelo stijf onderaan. In elf ronden verloor hij zeven keer. ,,Ondanks al die nederlagen heb ik er nog steeds lol in'', zegt Van Ballegooijen. ,,Punten zeggen me niets. Ik doe mee om mooie partijen te spelen. Want er wordt in het dammen veel te veel op remises gehakt.''
Van Ballegooijen zit in de elfde ronde tegenover Paul Oudshoorn. Het is warm in de speelzaal op de tweede etage van het stadhuis van Hengelo. Uit voorzorg zijn de gordijnen gesloten. Buiten op de terrassen op het plein genieten de mensen van de zon. Af en toe klinkt geschreeuw van luidruchtige jongelui tot de stilteruimte door. Daar beneden weet niemand dat hier om het Nederlands damkampioenschap wordt gestreden.
De partij tegen Oudshoorn levert Van Ballegooijen zijn vijfde punt in het kampioenschap op. Zo heeft hij in ieder geval meer succes geboekt dan ene Joost Hooijberg, die ooit bij een NK slechts drie punten behaalde. Van Ballegooijen kreeg die naam de afgelopen anderhalve week regelmatig te horen. Nu is dat afgelopen. ,,Ik heb met vijf nederlagen op rij eventjes in een behoorlijke impasse gezeten.''
Het was voor iedereen - niet in het minst voor hemzelf - een grote verrassing dat Van Ballegooijen zich in februari voor de finale van het NK plaatste. Hij kwam via de provinciale kampioenschappen van Brabant in de halve finales. Dát was zijn doel. Maar de koelbloedige Van Ballegooijen steeg boven zichzelf uit en drong door tot het grote NK. In Hengelo is hij met Jan-Mente Drent de enige deelnemer zonder grootmeester- of meestertitel. ,,Ik ben blij dat Van Ballegooijen de finale heeft gehaald'', zegt Siep Buurke, voorlichter van de dambond KNDB. ,,Hij toont aan dat een modale dammer zo ver kan komen.'' Buurke deed ooit zelf mee aan de halve finale. ,,Ik weet zeker dat ik geen mindere speler ben dan Mari.''
Van Ballegooijen is exporthandelaar in boter en melkpoeder. Daarom was zijn voorbereiding op het Nederlands kampioenschap anders dan die van zijn tegenstanders. De zakenman uit Wijk en Aalburg vloog in de twee weken voor het toernooi de wereld rond - Singapore, Australië, Verenigde Staten, Canada. ,,Zo zat ik met een jetlag bij de eerste ronde.'' Maar Van Ballegooijen zorgde wel meteen voor de grootste verrassing van het kampioenschap. Hij won in de openingsronde van de talentvolle Martin Dolfing. ,,Ongelooflijk! Het waren puur de zenuwen. Dolfing is normaal twee klassen beter dan Van Ballegooijen'', zegt titelhouder Rob Clerc, die voor de 25ste keer aan het NK meedoet.
Clerc heeft geconstateerd dat Van Ballegooijen veel te zwak is voor het NK. ,,Ik denk ook dat het een eenmalige actie is. We zullen hem niet meer terugzien'', zegt de damprof uit Zoetermeer. ,,Maar ik gun hem zijn succes. Hij heeft zich op een legale manier geplaatst. Bovendien is het een aardige man.'' Je kunt Van Ballegooijen er best bijhebben, stelt Clerc. ,,Al is het alleen maar om het winstpercentage op te vijzelen'', zegt de zevenvoudige Nederlandse kampioen grijnzend.
Van Ballegooijen heeft tijdens het dammen en 's avonds in het spelershotel niet de indruk gekregen dat de andere deelnemers hem met een scheef oog bekijken. ,,Ik denk dat ik de nodige sympathie heb verworven door principieel mijn eigen spel te blijven spelen.'' Van Ballegooijen is niet ontevreden over zijn prestaties bij het NK. ,,Alleen mijn partij tegen Gérard Jansen was een aanfluiting. Ik hielp toen mijn eigen openingsvariant om zeep. Ik stond al na dertien zetten op verlies.''
Martin Dolfing is in Hengelo ook een debutant. Maar wel één met andere ambities dan Van Ballegooijen. De 22-jarige Dolfing heeft voor de toekomst zijn zinnen op de nationale titel gezet. Het is zelfs nog mogelijk dat dat al tijdens zijn eerste NK gaat gebeuren. Want Dolfing herstelde zich uitstekend van het verlies tegen Van Ballegooijen. Hij bracht in de tiende ronde de dagenlange koploper Ron Heusdens de eerste nederlaag toe en won in de elfde ronde ook van veteraan Scholma. Met drie anderen (Clerc, Heusdens en Van Leeuwen) staat Dolfing nu op de tweede plaats, één punt achter leider Hans Jansen. Morgen is de laatste ronde.
Groninger Dolfing wordt door kenners vergeleken met de legendarische Jannes van der Wal. Wat betreft uiterlijk heeft hij zeker iets van zijn overleden streekgenoot. Dolfing zit tegen Scholma achter het bord in een slobbertrui die veel te warm voor de tijd van het jaar is. Net als Van der Wal wekt Dolfing de indruk een twijfelaar te zijn. ,,Ik zie veel overeenkomsten. Alleen is Dolfing een bescheiden en aardig persoon en kon Jannes weleens mensen afblaffen'', zegt KNDB-voorlichter Buurke. ,,Ik zie er nog geen Van der Wal in'', stelt Clerc resoluut. ,,Dolfing is zeker een groot talent. Maar ik vraag me af of hij de mentale hardheid heeft om een topdammer te worden. Als je hem een grote mond geeft, valt hij om.''
Maar Dolfing leert snel bij. Zo speelde hij in Hengelo voor het eerst van zijn leven met zijn collega-dammers ter ontspanning een partijtje voetbal. Mede-debutant Mari van Ballegooijen deed niet mee. ,,Ik maak me met het dammen al moe genoeg.'' De Brabander zegt het mooi te vinden met een jonge speler als Dolfing in één toernooi uit te kunnen komen. ,,Aan de ene kant heb je iemand als ik, een zakenman, die alles in de wereld al heeft gezien. Aan de andere kant heb je zo'n jongen als Dolfing. Hij is een filosoof, die nog zoekende is in het leven.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 13-04-2004
Rocker leidt bij damstrijd
Door Pieter de Vries
HUISSEN, 13 APRIL. Het NK dammen in Huissen heeft na acht ronden een verrassende koploper: Marino Barkel (29). De `rocker' wacht nog een loodzwaar programma.
Na zijn gewonnen partij in de achtste ronde van het Nederlands damkampioenschap, tegen Auke Scholma, beloonde Marino Barkel zich, naast 't Koelhuis, vroeger onderdeel van de plaatselijke veiling maar sinds 1980 het onderkomen van damvereniging Huissen, met een biertje in de middagzon. Tot zijn verbazing gaat hij na de remise van medekoploper en achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc alleen aan de leiding.
,,Dit had ik nooit verwacht. Ik zag dit toernooi vooraf als een soort vakantie, want ik moest er hoognodig tussenuit'', vertelt de 29-jarige dammer uit Vriezenveen. Barkel staat bekend om zijn snelle spel waarmee hij tegenstanders in tijdnood brengt. Dit is pas zijn tweede NK, waarop hij zich naar eigen zeggen nauwelijks heeft voorbereid. Urenlange analyses van partijen waren niet aan hem besteed; conditietrainingen evenmin. ,,Ik heb thuis niet gek veel gedaan, alleen wat gezwommen. Daardoor ben ik onbevangen aan dit NK begonnen.''
Terwijl hij een tweede fles bier in zijn handen krijgt gedrukt, vertelt Barkel met een sigaretje in de hand dat hij ,,moe in zijn hoofd'' naar Huissen is gekomen. ,,Er zat mist in mijn kop. De eerste twee ronden (tweemaal remise, red.) heb ik het rustig aan gedaan. Ik moest uitrusten. Nu zit ik fysiek en mentaal lekkerder in mijn vel'', weet Barkel, die wegens zijn lange krullende haar, zijn bierbuikje en voorliefde voor rockmuziek al tot de `rocker' is bestempeld.
De liefhebber van U2 en The Doors wijst dat predikaat glimlachend van de hand. ,,Dat is een beetje overdreven. Het is negen jaar geleden dat ik in een band speelde. Ik speel alleen thuis nog gitaar, gewoon voor mezelf.''
Over zijn titelkansen maakt Barkel zich weinig illusies. Hem wacht in de resterende vijf speelronden nog een loodzwaar programma. Te beginnen met zijn partij van vandaag tegen titelhouder Kees Thijssen, die op de derde plaats staat. Barkel ziet Thijssen en Clerc als de grootste kanshebbers, hoewel zijn andere tegenstanders in de slotrondes Alexander Baljakin, Hans Jansen en Ron Heusdens ook zwaargewichten zijn, althans vergeleken met de relatief onbekende Barkel.
,,Het wordt nog heel zwaar. Ik krijg alle toppers nog en ga ervan uit dat ik nog een partij verlies. Maar ik word er niet zenuwachtig van.'' Met een houding van `ik zie wel waar het schip strandt' geniet hij na van zijn vierde winstpartij. Twee daarvan kwamen ,,met geluk'' tot stand, geeft Barkel toe. Hij neemt nog een slok. ,,Ik drink tijdens dit toernooi nog te veel biertjes. Dat moet ik eigenlijk niet doen'', onderstreept hij zijn rol van underdog.
Volgens Clerc (48) heeft die rol op dit toernooi in het voordeel van Barkel gewerkt. ,,Marino won van spelers die tegen hem snel op de winst speelden. Hij krijgt nog zware tegenstanders, maar zijn voordeel is dat iedereen van hem wil winnen'', meent Clerc, die eerder dit toernooi aangaf dat het ,,schandalig voor de damsport is dat hij op zijn leeftijd nog aan kop stond.''
Maar daarvan is hij nu toch verlost? Clerc, met een scheve lach die zijn ambities dit toernooi verraden: ,,Gelukkig speel ik in de voorlaatste ronde nog tegen Marino.''
<center>
Marino Barkel</center>
Clerc betreurt de geringe aanwas van jeugdspelers. Het deelnemersveld kent al jaren min of meer dezelfde gezichten. ,,De gemiddelde leeftijd gaat omhoog. Er zijn hier veel veertigers en dat is geen goede zaak voor het dammen'', vindt Clerc. Voor het geld gaan mensen niet dammen, weet de inwoner van Zoetermeer. Met 1.500 euro voor de winnaar is de prijzenpot van dit NK slecht gevuld.
Dammen kampt met een imagoprobleem, mede door het `remisespook'. Clerc en zijn collega's pleiten voor een andere puntentelling zoals een `voordeelremise' bij materieel voordeel (geen 1-1 stand maar 2-1 of 3-1, red.) in het eindspel. Maar de gedane voorstellen strandden op conservatisme binnen de damwereld.
Ook Thijssen is voorstander van de voordeelremise. ,,Dan wordt het wat spannender. Al die remises zijn niet goed voor de sport. Bij het NK heb je altijd hetzelfde selecte groepje deelnemers. Ik ben zelf inmiddels ook een routinier'', lacht de 28-jarige Amsterdammer, die aan zijn tiende NK bezig is.
Het budget voor dit toernooi betitelt Thijssen als nihil. ,,Vijftienhonderd euro voor de winnaar is erg weinig. We leveren twee weken lang een behoorlijke inspanning en daar mag best wat tegenover staan. Auke Scholma wilde dat we dit NK uit protest zouden boycotten. Ik ben het met hem eens, maar ik ben een mak schaap.''
Rocker leidt bij damstrijd
Door Pieter de Vries
HUISSEN, 13 APRIL. Het NK dammen in Huissen heeft na acht ronden een verrassende koploper: Marino Barkel (29). De `rocker' wacht nog een loodzwaar programma.
Na zijn gewonnen partij in de achtste ronde van het Nederlands damkampioenschap, tegen Auke Scholma, beloonde Marino Barkel zich, naast 't Koelhuis, vroeger onderdeel van de plaatselijke veiling maar sinds 1980 het onderkomen van damvereniging Huissen, met een biertje in de middagzon. Tot zijn verbazing gaat hij na de remise van medekoploper en achtvoudig Nederlands kampioen Rob Clerc alleen aan de leiding.
,,Dit had ik nooit verwacht. Ik zag dit toernooi vooraf als een soort vakantie, want ik moest er hoognodig tussenuit'', vertelt de 29-jarige dammer uit Vriezenveen. Barkel staat bekend om zijn snelle spel waarmee hij tegenstanders in tijdnood brengt. Dit is pas zijn tweede NK, waarop hij zich naar eigen zeggen nauwelijks heeft voorbereid. Urenlange analyses van partijen waren niet aan hem besteed; conditietrainingen evenmin. ,,Ik heb thuis niet gek veel gedaan, alleen wat gezwommen. Daardoor ben ik onbevangen aan dit NK begonnen.''
Terwijl hij een tweede fles bier in zijn handen krijgt gedrukt, vertelt Barkel met een sigaretje in de hand dat hij ,,moe in zijn hoofd'' naar Huissen is gekomen. ,,Er zat mist in mijn kop. De eerste twee ronden (tweemaal remise, red.) heb ik het rustig aan gedaan. Ik moest uitrusten. Nu zit ik fysiek en mentaal lekkerder in mijn vel'', weet Barkel, die wegens zijn lange krullende haar, zijn bierbuikje en voorliefde voor rockmuziek al tot de `rocker' is bestempeld.
De liefhebber van U2 en The Doors wijst dat predikaat glimlachend van de hand. ,,Dat is een beetje overdreven. Het is negen jaar geleden dat ik in een band speelde. Ik speel alleen thuis nog gitaar, gewoon voor mezelf.''
Over zijn titelkansen maakt Barkel zich weinig illusies. Hem wacht in de resterende vijf speelronden nog een loodzwaar programma. Te beginnen met zijn partij van vandaag tegen titelhouder Kees Thijssen, die op de derde plaats staat. Barkel ziet Thijssen en Clerc als de grootste kanshebbers, hoewel zijn andere tegenstanders in de slotrondes Alexander Baljakin, Hans Jansen en Ron Heusdens ook zwaargewichten zijn, althans vergeleken met de relatief onbekende Barkel.
,,Het wordt nog heel zwaar. Ik krijg alle toppers nog en ga ervan uit dat ik nog een partij verlies. Maar ik word er niet zenuwachtig van.'' Met een houding van `ik zie wel waar het schip strandt' geniet hij na van zijn vierde winstpartij. Twee daarvan kwamen ,,met geluk'' tot stand, geeft Barkel toe. Hij neemt nog een slok. ,,Ik drink tijdens dit toernooi nog te veel biertjes. Dat moet ik eigenlijk niet doen'', onderstreept hij zijn rol van underdog.
Volgens Clerc (48) heeft die rol op dit toernooi in het voordeel van Barkel gewerkt. ,,Marino won van spelers die tegen hem snel op de winst speelden. Hij krijgt nog zware tegenstanders, maar zijn voordeel is dat iedereen van hem wil winnen'', meent Clerc, die eerder dit toernooi aangaf dat het ,,schandalig voor de damsport is dat hij op zijn leeftijd nog aan kop stond.''
Maar daarvan is hij nu toch verlost? Clerc, met een scheve lach die zijn ambities dit toernooi verraden: ,,Gelukkig speel ik in de voorlaatste ronde nog tegen Marino.''
<center>
Marino Barkel</center>
Clerc betreurt de geringe aanwas van jeugdspelers. Het deelnemersveld kent al jaren min of meer dezelfde gezichten. ,,De gemiddelde leeftijd gaat omhoog. Er zijn hier veel veertigers en dat is geen goede zaak voor het dammen'', vindt Clerc. Voor het geld gaan mensen niet dammen, weet de inwoner van Zoetermeer. Met 1.500 euro voor de winnaar is de prijzenpot van dit NK slecht gevuld.
Dammen kampt met een imagoprobleem, mede door het `remisespook'. Clerc en zijn collega's pleiten voor een andere puntentelling zoals een `voordeelremise' bij materieel voordeel (geen 1-1 stand maar 2-1 of 3-1, red.) in het eindspel. Maar de gedane voorstellen strandden op conservatisme binnen de damwereld.
Ook Thijssen is voorstander van de voordeelremise. ,,Dan wordt het wat spannender. Al die remises zijn niet goed voor de sport. Bij het NK heb je altijd hetzelfde selecte groepje deelnemers. Ik ben zelf inmiddels ook een routinier'', lacht de 28-jarige Amsterdammer, die aan zijn tiende NK bezig is.
Het budget voor dit toernooi betitelt Thijssen als nihil. ,,Vijftienhonderd euro voor de winnaar is erg weinig. We leveren twee weken lang een behoorlijke inspanning en daar mag best wat tegenover staan. Auke Scholma wilde dat we dit NK uit protest zouden boycotten. Ik ben het met hem eens, maar ik ben een mak schaap.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 18-04-2005
Met medewerking van een benevelde dammer
Door Pieter de Vries
GRONINGEN, 18 APRIL. Kees Thijssen (29) won zaterdag voor de derde keer op rij de Nederlandse damtitel. Het wachten is op de internationale doorbraak, mogelijk in oktober al bij het WK in Amsterdam.
Het is dringen op de slotdag van het Nederlands kampioenschap dammen, wanneer de ontknoping nadert. In het benauwde speelzaaltje van sportcentrum Kardinge staat een veertigtal toeschouwers opeengepakt achter de zeven speeltafels. De meeste ogen zijn gericht op het bord waar titelhouder Kees Thijssen en een van zijn naaste belagers voor de eindzege, Alexander Baljakin, gebogen tegenover elkaar zitten. Even na half drie is de voor Thijssen benodigde remise een feit. Na het behalen van zijn derde Nederlandse titel op rij schudt de 29-jarige Brabander zichtbaar opgelucht zijn opponent de hand.
Baljakin, vooraf met Thijssen bestempeld tot belangrijkste titelkandidaat, loopt in gedachten verzonken weg. Ontevreden over zijn spel, maar wel bereid tot een korte terugblik op twee weken dammen in Groningen, waar het honderdjarige Damgenootschap Het Noorden gastheer was. De in Arnhem woonachtige Wit-Rus mompelt wat over ,,slaap- en concentratieproblemen''. ,,Ik was niet helemaal fit tijdens de voorbereiding. Kees was ook niet in topvorm, maar had wat meer geluk dan de anderen.''
Thijssen oogt een stuk frisser en opgewekter. In de voorbereiding op zijn elfde NK had hij veel gezwommen en gefietst. Tijdens het toernooi nam hij dagelijks een duik in het zwembad. Lachend: ,,Ik heb nog energie over.'' Thijssen betitelt de slotpartij tegen de internationaal zeer ervaren Baljakin als ,,lastig''. ,,Ik was wel zenuwachtig. Ik had nog een remise nodig en dan wil je er zo snel mogelijk van af zijn. Met het gevaar dat je beneden je kunnen speelt.''
Maar Thijssen kwam niet in problemen tegen Baljakin. Met vier overwinningen en negen remises bleef hij als enige ongeslagen. De feitelijke beslissing was een dag eerder al gevallen, vertelt Thijssen. Met dank aan Marino Barkel, zijn tegenstander in de voorlaatste speelronde. Met een stevige `kegel' van de drank, een souvenir van een avondje stappen in Groningen, nam Barkel vrijdag achter het bord plaats. Voor Thijssen was het een koud kunstje de nog benevelde Barkel te verslaan, waarmee hij twee punten voorsprong nam op de concurrentie. ,,Marino is een ongeleid projectiel. Van hem kun je alles verwachten.''
<center>
Kees Thijssen</center>
Barkel trok vorig jaar al de aandacht op het NK in Huissen, waar hij halverwege het toernooi verrassend aan de leiding ging. Doodleuk vertelde hij het NK als ,,een soort vakantie'' te zien. Zijn ontspannen wedstrijdbenadering, lange krullenbos, bierbuikje en voorliefde voor rockmuziek leverden Barkel de bijnaam De Rocker op.
Ook Thijssen nam het in het verleden niet zo nauw met de discipline. Toen hij gestopt was met roken en drinken, raakte zijn damcarrière na zijn eerste nationale titel (2003) in een stroomversnelling. Voor het treffen met Barkel had Thijssen gedaan wat hij moest doen: op tijd naar bed en geen alcohol. ,,Met de discipline zit het nog wel goed.''
Die discipline heeft hij hard nodig, wil hij in oktober een rol van betekenis spelen bij het WK in zijn woonplaats Amsterdam. In Nederland is Thijssens reputatie met drie achtereenvolgende damtitels gevestigd. Ondanks ,,slordigheden en fouten'' in zijn spel en een ,,gebrek aan ritme en scherpte'' in de openingsfase van het NK, hield hij de concurrentie op afstand. Maar de confrontatie met Russische topdammers als Tsjiszjov en Georgiev is een ander verhaal. Op de ladder naar de wereldtop bevindt Thijssen zich naar eigen zeggen een trede lager dan de Russen.
,,Ik ben stabieler geworden in mijn spel vergeleken met een paar jaar geleden. Deze titel geeft hoop voor het WK, maar ik moet een stap omhoog om van de Russen te kunnen winnen.'' Het bereiken van een goede stand tijdens een partij is het probleem niet, aldus ,,perfectionist'' Thijssen. Vaak schort het aan de afwerking en het `rekenwerk'. ,,Ik speel vooral op gevoel. In het vooruitdenken kan ik nog beter worden.''
Thijssen wil in Amsterdam zijn zesde plaats bij het WK van 2003 verbeteren. Belangrijkste doel op de wat langere termijn is de wereldtitel. ,,Dat wordt hard werken, maar ik heb alle tijd van de wereld'', lacht Thijssen. In 2003 zegde hij zijn parttime-baan op. In het bezit van de A-status en bijbehorende toelage van sportkoepel NOC*NSF kan hij zich nu volledig richten op het dammen. Hoewel zijn ambities zijn verschoven naar het wereldtoneel, hecht Thijssen wel degelijk waarde aan zijn derde nationale titel. ,,Dé uitdaging voor mij is om op het NK nog eens een kunstwerkje neer te zetten. Een constant toernooi zonder fouten. Vergelijk met met een schilderij zonder één foute penseelstreek.''
Vraag is welk WK-`doek' Thijssen zal vervaardigen. Johan Krajenbrink, `demonstrateur' bij het NK en derde bij het WK in Moskou (2000), dicht Thijssen ,,redelijk hoge kansen'' toe. ,,Kees heeft nu meer routine en discipline. Hij is gelijkmatiger in zijn spel. Hij heeft wel eens beter gespeeld dan op dit NK; toch wint hij. Hij kan hoog eindigen, maar het hangt af van mentale aspecten. Een goede conditie is de sleutel tot succes.''
Thijssen geniet voorlopig even na van zijn titel en het prijzengeld van 1.500 euro. Geen astronomisch bedrag voor een twee weken durende krachtsinspanning, maar de kampioen is gewend aan het beperkte NK-budget. Ook dit jaar was het voor de organisatie een hele klus sponsors te vinden. Met als gevolg dat de spelers een kamer moesten delen in het hotel. Thijssen had behoefte aan privacy en had geen zin om met ,,jonkies'' op de kamer te liggen. Uit eigen zak betaalde hij bij voor een eenpersoonskamer. ,,Dat heeft me een paar honderd euro gekost. Maar met het prijzengeld maak ik nog winst.''
Met medewerking van een benevelde dammer
Door Pieter de Vries
GRONINGEN, 18 APRIL. Kees Thijssen (29) won zaterdag voor de derde keer op rij de Nederlandse damtitel. Het wachten is op de internationale doorbraak, mogelijk in oktober al bij het WK in Amsterdam.
Het is dringen op de slotdag van het Nederlands kampioenschap dammen, wanneer de ontknoping nadert. In het benauwde speelzaaltje van sportcentrum Kardinge staat een veertigtal toeschouwers opeengepakt achter de zeven speeltafels. De meeste ogen zijn gericht op het bord waar titelhouder Kees Thijssen en een van zijn naaste belagers voor de eindzege, Alexander Baljakin, gebogen tegenover elkaar zitten. Even na half drie is de voor Thijssen benodigde remise een feit. Na het behalen van zijn derde Nederlandse titel op rij schudt de 29-jarige Brabander zichtbaar opgelucht zijn opponent de hand.
Baljakin, vooraf met Thijssen bestempeld tot belangrijkste titelkandidaat, loopt in gedachten verzonken weg. Ontevreden over zijn spel, maar wel bereid tot een korte terugblik op twee weken dammen in Groningen, waar het honderdjarige Damgenootschap Het Noorden gastheer was. De in Arnhem woonachtige Wit-Rus mompelt wat over ,,slaap- en concentratieproblemen''. ,,Ik was niet helemaal fit tijdens de voorbereiding. Kees was ook niet in topvorm, maar had wat meer geluk dan de anderen.''
Thijssen oogt een stuk frisser en opgewekter. In de voorbereiding op zijn elfde NK had hij veel gezwommen en gefietst. Tijdens het toernooi nam hij dagelijks een duik in het zwembad. Lachend: ,,Ik heb nog energie over.'' Thijssen betitelt de slotpartij tegen de internationaal zeer ervaren Baljakin als ,,lastig''. ,,Ik was wel zenuwachtig. Ik had nog een remise nodig en dan wil je er zo snel mogelijk van af zijn. Met het gevaar dat je beneden je kunnen speelt.''
Maar Thijssen kwam niet in problemen tegen Baljakin. Met vier overwinningen en negen remises bleef hij als enige ongeslagen. De feitelijke beslissing was een dag eerder al gevallen, vertelt Thijssen. Met dank aan Marino Barkel, zijn tegenstander in de voorlaatste speelronde. Met een stevige `kegel' van de drank, een souvenir van een avondje stappen in Groningen, nam Barkel vrijdag achter het bord plaats. Voor Thijssen was het een koud kunstje de nog benevelde Barkel te verslaan, waarmee hij twee punten voorsprong nam op de concurrentie. ,,Marino is een ongeleid projectiel. Van hem kun je alles verwachten.''
<center>
Kees Thijssen</center>
Barkel trok vorig jaar al de aandacht op het NK in Huissen, waar hij halverwege het toernooi verrassend aan de leiding ging. Doodleuk vertelde hij het NK als ,,een soort vakantie'' te zien. Zijn ontspannen wedstrijdbenadering, lange krullenbos, bierbuikje en voorliefde voor rockmuziek leverden Barkel de bijnaam De Rocker op.
Ook Thijssen nam het in het verleden niet zo nauw met de discipline. Toen hij gestopt was met roken en drinken, raakte zijn damcarrière na zijn eerste nationale titel (2003) in een stroomversnelling. Voor het treffen met Barkel had Thijssen gedaan wat hij moest doen: op tijd naar bed en geen alcohol. ,,Met de discipline zit het nog wel goed.''
Die discipline heeft hij hard nodig, wil hij in oktober een rol van betekenis spelen bij het WK in zijn woonplaats Amsterdam. In Nederland is Thijssens reputatie met drie achtereenvolgende damtitels gevestigd. Ondanks ,,slordigheden en fouten'' in zijn spel en een ,,gebrek aan ritme en scherpte'' in de openingsfase van het NK, hield hij de concurrentie op afstand. Maar de confrontatie met Russische topdammers als Tsjiszjov en Georgiev is een ander verhaal. Op de ladder naar de wereldtop bevindt Thijssen zich naar eigen zeggen een trede lager dan de Russen.
,,Ik ben stabieler geworden in mijn spel vergeleken met een paar jaar geleden. Deze titel geeft hoop voor het WK, maar ik moet een stap omhoog om van de Russen te kunnen winnen.'' Het bereiken van een goede stand tijdens een partij is het probleem niet, aldus ,,perfectionist'' Thijssen. Vaak schort het aan de afwerking en het `rekenwerk'. ,,Ik speel vooral op gevoel. In het vooruitdenken kan ik nog beter worden.''
Thijssen wil in Amsterdam zijn zesde plaats bij het WK van 2003 verbeteren. Belangrijkste doel op de wat langere termijn is de wereldtitel. ,,Dat wordt hard werken, maar ik heb alle tijd van de wereld'', lacht Thijssen. In 2003 zegde hij zijn parttime-baan op. In het bezit van de A-status en bijbehorende toelage van sportkoepel NOC*NSF kan hij zich nu volledig richten op het dammen. Hoewel zijn ambities zijn verschoven naar het wereldtoneel, hecht Thijssen wel degelijk waarde aan zijn derde nationale titel. ,,Dé uitdaging voor mij is om op het NK nog eens een kunstwerkje neer te zetten. Een constant toernooi zonder fouten. Vergelijk met met een schilderij zonder één foute penseelstreek.''
Vraag is welk WK-`doek' Thijssen zal vervaardigen. Johan Krajenbrink, `demonstrateur' bij het NK en derde bij het WK in Moskou (2000), dicht Thijssen ,,redelijk hoge kansen'' toe. ,,Kees heeft nu meer routine en discipline. Hij is gelijkmatiger in zijn spel. Hij heeft wel eens beter gespeeld dan op dit NK; toch wint hij. Hij kan hoog eindigen, maar het hangt af van mentale aspecten. Een goede conditie is de sleutel tot succes.''
Thijssen geniet voorlopig even na van zijn titel en het prijzengeld van 1.500 euro. Geen astronomisch bedrag voor een twee weken durende krachtsinspanning, maar de kampioen is gewend aan het beperkte NK-budget. Ook dit jaar was het voor de organisatie een hele klus sponsors te vinden. Met als gevolg dat de spelers een kamer moesten delen in het hotel. Thijssen had behoefte aan privacy en had geen zin om met ,,jonkies'' op de kamer te liggen. Uit eigen zak betaalde hij bij voor een eenpersoonskamer. ,,Dat heeft me een paar honderd euro gekost. Maar met het prijzengeld maak ik nog winst.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 10-04-2001
Stilte aan het Zwartewater
Door PIETER DE VRIES
ZWARTSLUIS, 10 APRIL. In Zwartsluis wordt deze maand de finale van het NK dammen gehouden. De organiserende vereniging De Schuivende Schijf is opgericht in 1934.
Een kwartier voor aanvang van de tweede ronde zet Harm Wiersma zijn BMW op een vrijwel verlaten parkeerplaats voor Hotel Zwartewater. De huidige Europese kampioen en oud-wereldkampioen is de enige speler die elke dag op en neer rijdt vanuit zijn woonplaats Goutum. ,,Het is drie kwartier rijden, dat is prima te doen'', zegt de besnorde Fries, die op uitnodiging van de dambond KNDB deelneemt aan de finale van het Nederlands kampioenschap.
Op hetzelfde moment loopt Anton Kosior, debuterend finalist, met een trosje bananen over het parkeerterrein op weg naar de Wapenzaal. Evenals de overige twaalf deelnemers logeert Kosior twee weken in de Kop van Overijssel. Het verstilde polderlandschap vormt een ideale omgeving voor het damtoernooi in Zwartsluis.
Zwartsluis ligt op de plek waar het Meppelerdiep en het Zwartewater samenkomen. Acht kilometer verderop ligt de hanzestad Hasselt. De sluizen zijn karakteristiek voor het dorp dat tot bloei kwam door de turfwinning en de gunstige ligging op de handelsroute naar Drenthe en Groningen.
In de lobby van het hotel geeft voorzitter Johan Huls van het organisatiecomité toe dat Wiersma een hoger startgeld dan de andere dammers ontvangt. ,,Anders was Harm niet gekomen voor dit toernooi en hij is natuurlijk een publiekstrekker'', verklaart Huls.
Wiersma heeft jarenlang niet deelgenomen aan het toernooi, behalve in 1998 toen hij het NK voor de zevende maal won. Voor de hoofdprijs van 5.000 gulden hoeft hij het niet te doen. Wiersma is samen met Rob Clerc (acht nationale titels) de enige deelnemer die kan rondkomen van het dammen.
,,Golfer Tiger Woods verdient met één slag even veel als het prijzengeld hier'', zegt finalist Ron Heusdens voordat hij de speelzaal ingaat. Net als de meeste spelers heeft deze amateur twee weken vakantie moeten opnemen voor de nationale titelstrijd.
Voor de Wapenzaal staat een bord dat de bezoekers en hotelgasten om stilte verzoekt bij het betreden van het (rookvrije) speelzaaltje. Wanneer de wedstrijd van start gaat, heerst een doodse stilte in de ruimte. De rust wordt verstoord door het gerinkel van koffiekopjes, het geschuif van damstenen, het gekuch van spelers en het getik van de tijdklokken.
Achter de zeven speeltafels zitten de spelers, sommigen met een appeltje of mandarijntje naast zich, in diep gepeins verzonken achter de damborden. Voor het uitzicht vanuit de Wapenzaal over het Zwarte Water en het lege polderlandschap hebben de dammers geen oog. Ze lopen langs de tafels van de andere spelers en werpen een vluchtige blik op de borden.
Paul Oudshoorn neemt geregeld een rookpauze. De dammer neemt snel een paar trekjes, kijkt in opperste concentratie glazig voor zich uit en schiet snel de speelruimte weer in om geen kostbare denktijd te verliezen. Andere finalisten die een sanitaire stop maken, lijken ook gehypnotiseerd. Rob Clerc dreigt twee keer de verkeerde deur te nemen.
Coördinator Henk Boers: ,,De spelers hebben al hun aandacht nodig bij de wedstrijd. In bepaalde situaties wordt vijftien tot twintig zetten vooruitgedacht. Het kleinste foutje kan fataal zijn'', verklaart hij het enigszins wereldvreemde gedrag van de spelers. Organisator Huls: ,,Dammers zijn Einzelgängers, in zichzelf gekeerd maar wel goed bij de tijd. Vroeger waren er meer excentriekelingen.''
Aan het begin van de tweede ronde kijkt een handjevol grijzende toeschouwers naar de verrichtingen van de top-14 van Nederland. ,,Bij de opening waren ongeveer honderd mensen, dat is veel voor dammen. Het is geen kijksport'', geeft Boers toe. Hij heeft wel ideeën om de damsport aantrekkelijker te maken voor het publiek. ,,Het speeltempo moet omhoog, bijvoorbeeld door de spelers maximaal twintig seconden denktijd per zet te geven. Dat gaat ten koste van de kwaliteit van het spel, maar dan is er meer spektakel.''
Volgens de huidige regels moeten de dammers na vier uur spelen vijftig zetten hebben gedaan. Naarmate de tijdscontrole nadert neemt de spanning toe, evenals het aantal toeschouwers dat oploopt tot vijftien. Sommige spelers komen in tijdnood en maken fouten in de beslissende fase waarin de meesten onderling remise afspreken.
Even na vieren zitten de dammers na hun partij gebroederlijk rondom een kartonnen doos met oude damschijven. Ze analyseren met hun tegenstander de partij. Wiersma, die als enige speler twee partijen heeft gewonnen, verlaat de Wapenzaal iets later na zijn partij tegen de jonge Jeroen van den Akker. ,,Ik moest hard werken om te winnen. Als je jong bent heb je meer energie, je bent sneller en hebt een betere concentratie'', zegt Wiersma die in 1967 op veertienjarige leeftijd debuteerde op het NK.
Wiersma rijdt na de wedstrijd weer terug naar Goutum. Rob Clerc, drie weken geleden vierde op het WK in Moskou, verblijft het hele toernooi in Zwartsluis. De dammer uit Zoetermeer heeft genoeg afleiding. ,,Ik kan hier tennissen, zwemmen of de omgeving bekijken. Gisteren ben ik nog in Hasselt geweest. Mooi stadje. Maar na het toernooi wil ik voorlopig geen dambord meer zien.''
Stilte aan het Zwartewater
Door PIETER DE VRIES
ZWARTSLUIS, 10 APRIL. In Zwartsluis wordt deze maand de finale van het NK dammen gehouden. De organiserende vereniging De Schuivende Schijf is opgericht in 1934.
Een kwartier voor aanvang van de tweede ronde zet Harm Wiersma zijn BMW op een vrijwel verlaten parkeerplaats voor Hotel Zwartewater. De huidige Europese kampioen en oud-wereldkampioen is de enige speler die elke dag op en neer rijdt vanuit zijn woonplaats Goutum. ,,Het is drie kwartier rijden, dat is prima te doen'', zegt de besnorde Fries, die op uitnodiging van de dambond KNDB deelneemt aan de finale van het Nederlands kampioenschap.
Op hetzelfde moment loopt Anton Kosior, debuterend finalist, met een trosje bananen over het parkeerterrein op weg naar de Wapenzaal. Evenals de overige twaalf deelnemers logeert Kosior twee weken in de Kop van Overijssel. Het verstilde polderlandschap vormt een ideale omgeving voor het damtoernooi in Zwartsluis.
Zwartsluis ligt op de plek waar het Meppelerdiep en het Zwartewater samenkomen. Acht kilometer verderop ligt de hanzestad Hasselt. De sluizen zijn karakteristiek voor het dorp dat tot bloei kwam door de turfwinning en de gunstige ligging op de handelsroute naar Drenthe en Groningen.
In de lobby van het hotel geeft voorzitter Johan Huls van het organisatiecomité toe dat Wiersma een hoger startgeld dan de andere dammers ontvangt. ,,Anders was Harm niet gekomen voor dit toernooi en hij is natuurlijk een publiekstrekker'', verklaart Huls.
Wiersma heeft jarenlang niet deelgenomen aan het toernooi, behalve in 1998 toen hij het NK voor de zevende maal won. Voor de hoofdprijs van 5.000 gulden hoeft hij het niet te doen. Wiersma is samen met Rob Clerc (acht nationale titels) de enige deelnemer die kan rondkomen van het dammen.
,,Golfer Tiger Woods verdient met één slag even veel als het prijzengeld hier'', zegt finalist Ron Heusdens voordat hij de speelzaal ingaat. Net als de meeste spelers heeft deze amateur twee weken vakantie moeten opnemen voor de nationale titelstrijd.
Voor de Wapenzaal staat een bord dat de bezoekers en hotelgasten om stilte verzoekt bij het betreden van het (rookvrije) speelzaaltje. Wanneer de wedstrijd van start gaat, heerst een doodse stilte in de ruimte. De rust wordt verstoord door het gerinkel van koffiekopjes, het geschuif van damstenen, het gekuch van spelers en het getik van de tijdklokken.
Achter de zeven speeltafels zitten de spelers, sommigen met een appeltje of mandarijntje naast zich, in diep gepeins verzonken achter de damborden. Voor het uitzicht vanuit de Wapenzaal over het Zwarte Water en het lege polderlandschap hebben de dammers geen oog. Ze lopen langs de tafels van de andere spelers en werpen een vluchtige blik op de borden.
Paul Oudshoorn neemt geregeld een rookpauze. De dammer neemt snel een paar trekjes, kijkt in opperste concentratie glazig voor zich uit en schiet snel de speelruimte weer in om geen kostbare denktijd te verliezen. Andere finalisten die een sanitaire stop maken, lijken ook gehypnotiseerd. Rob Clerc dreigt twee keer de verkeerde deur te nemen.
Coördinator Henk Boers: ,,De spelers hebben al hun aandacht nodig bij de wedstrijd. In bepaalde situaties wordt vijftien tot twintig zetten vooruitgedacht. Het kleinste foutje kan fataal zijn'', verklaart hij het enigszins wereldvreemde gedrag van de spelers. Organisator Huls: ,,Dammers zijn Einzelgängers, in zichzelf gekeerd maar wel goed bij de tijd. Vroeger waren er meer excentriekelingen.''
Aan het begin van de tweede ronde kijkt een handjevol grijzende toeschouwers naar de verrichtingen van de top-14 van Nederland. ,,Bij de opening waren ongeveer honderd mensen, dat is veel voor dammen. Het is geen kijksport'', geeft Boers toe. Hij heeft wel ideeën om de damsport aantrekkelijker te maken voor het publiek. ,,Het speeltempo moet omhoog, bijvoorbeeld door de spelers maximaal twintig seconden denktijd per zet te geven. Dat gaat ten koste van de kwaliteit van het spel, maar dan is er meer spektakel.''
Volgens de huidige regels moeten de dammers na vier uur spelen vijftig zetten hebben gedaan. Naarmate de tijdscontrole nadert neemt de spanning toe, evenals het aantal toeschouwers dat oploopt tot vijftien. Sommige spelers komen in tijdnood en maken fouten in de beslissende fase waarin de meesten onderling remise afspreken.
Even na vieren zitten de dammers na hun partij gebroederlijk rondom een kartonnen doos met oude damschijven. Ze analyseren met hun tegenstander de partij. Wiersma, die als enige speler twee partijen heeft gewonnen, verlaat de Wapenzaal iets later na zijn partij tegen de jonge Jeroen van den Akker. ,,Ik moest hard werken om te winnen. Als je jong bent heb je meer energie, je bent sneller en hebt een betere concentratie'', zegt Wiersma die in 1967 op veertienjarige leeftijd debuteerde op het NK.
Wiersma rijdt na de wedstrijd weer terug naar Goutum. Rob Clerc, drie weken geleden vierde op het WK in Moskou, verblijft het hele toernooi in Zwartsluis. De dammer uit Zoetermeer heeft genoeg afleiding. ,,Ik kan hier tennissen, zwemmen of de omgeving bekijken. Gisteren ben ik nog in Hasselt geweest. Mooi stadje. Maar na het toernooi wil ik voorlopig geen dambord meer zien.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 13-03-2001
Damtoernooi ontaardt in klucht
Door onze correspondent COEN VAN ZWOL
MOSKOU, 13 MAART. Het wereldkampioenschap dammen in Moskou eindigt nog chaotischer dan het begon. Geen prijzengeld, geen tijdklokken en op de valreep een `coup'.
Na acht uur vergaderen is de zweetlucht in de ongeventileerde speelzaal van hotel Oezkoje nog penetranter dan tijdens een doorsnee-speeldag. Het loopt tegen de avond en de jaarvergadering van de werelddamfederatie (FMJD) bereikt het kookpunt. Het bestuur van de afwezige president Wouter van Beek is afgetreden. Nederland dreigt uit de federatie te stappen. De Rus Klimasjev, een kogelronde man in crèmekleurig pak, maait met zijn vuist door de lucht. ,,Ik heb het gehad met jullie!'', brult hij. ,,Het wereldkampioenschap dammen is voorbij! Morgen schop ik jullie het hotel uit.''
<center>
Roman Klimasjev</center>
Het is zaterdag en het WK dammen 2000 in Moskou dreigt nog chaotischer te eindigen dan het begon. En het leek zo'n aardig idee het toernooi nu eens niét in Nederland te houden. Letland stelde zich kandidaat, maar de Letten kregen onderling ruzie. Dus werd het Moskou. Roman Klimasjov, de voorzitter van de Russische dambond, zou het wel even regelen. Topdammer Harm Wiersma zag af van deelname wegens de onduidelijkheid over het prijzengeld. Daarover is ook na vijftien speeldagen niets bekend. ,,De Russen voeren gewichtige telefoongesprekken met vijf banken, dus wie weet'', zegt de Nederlandse teamcoach Paul Oudshoorn hoopvol. Maar op meer dan een diploma hoeft de aanstaande wereldkampioen niet te rekenen.
,,Bar en boos, deze organisatie'', zucht hoofdarbiter Henk Fokkink. Het Nederlandse smaldeel heeft vrijwel alles meegenomen naar Moskou - borden, schijven, vlaggetjes, notatieformulieren. De Russen beloofden per e-mail de tijdklokken te regelen. Fokkink: ,,Komen we aan, vragen ze: waar zijn de klokken?'' Uiteindelijk werden er wat antieke klokken bijeen gescharreld en kon het toernooi beginnen. Zonder de deelnemers uit West-Afrika en Curaçao overigens, want die wachtten thuis op hun visa. Inmiddels zijn ook zij gearriveerd. Ze spelen hun achterstallige partijen tijdens de rustdagen.
Hotel Oezkoje kijkt uit over de buitenwijk Jasenevo, vroeger een bastion van KGB'ers en militairen. De metrohalte ligt twintig minuten klauteren over sneeuwhopen en duistere binnenplaatsen. Daarna is het nog een half uur rijden naar het centrum. De meeste dammers hebben daarom van Moskou alleen ingesneeuwde torenflats gezien. Ze zijn veroordeeld tot hotelkamertjes in Sovjet-stijl, een verlaten lobby waar twee televisies elkaar tegenspreken, en de Russische keuken. ,,Rare vis, vette soep'', zo vat coach Oudshoorn het menu samen. De coach is waterdrager, want consumpties voor de spelers zijn ook niet voorhanden. ,,Rob Clerc drinkt liters tijdens zijn partijen. Je kan hem dat chloormengsel dat uit de kraan komt moeilijk voorzetten. Ik sjouw wat af.''
Een prettige bijkomstigheid van de chaos is dat de dammers in de eerste rondes van het toernooi danig uit hun evenwicht zijn en fout op fout stapelen. Het percentage remises, de gesel van het moderne dammen, is laag. Na de voorlaatste speelronden leidt de Rus Tsjizjov, die sinds 1988 een abonnement heeft op de wereldtitel, met 21 punten. De Let Valneris volgt op één punt achterstand. Clerc heeft nog een kleine kans: hij speelt in de laatste ronde tegen Tsjizjov.
Afgelopen weekeinde deelden de spelers het hotel met de bobo's van het internationale dammen, die hun jaarvergadering houden. De FMJD telt 45 leden, maar serieus gedamd wordt er slechts in Nederland, West-Afrika, Brazilië en de voormalige Sovjet-Unie. Nederland heeft het geld én de organisatie, Rusland de wereldkampioenen.
Maar weinig topspelers kunnen leven van het dammen, en verdienen bij met columns in dagbladen. Sponsors, spelers, publiek: op alle punten bevindt het dammen zich in een neerwaartse spiraal. De bond verdoet intussen de tijd met intriges, die in hotel Oezkoje een amusant, maar zinloos schouwspel opleveren. Hoofdarbiter Fokkink vergelijkt de situatie met het schaken, dat wordt gedomineerd door maffiose types uit de voormalige Sovjet-Unie. ,,Helaas hebben onze maffiosi bijna geen geld.''
Neem Roman Klimasjov, voorzitter van de Russische dambond. Deze kale, moddervette verschijning loopt doorgaans in glimmende trainingsbroek door het hotel, het elastiek ter hoogte van zijn borstbeen. Van organisatorisch falen wil hij niets weten. Het gaat juist hartstikke goed. Klimasjov blijkt op de jaarvergadering van FMJD een coup te hebben beraamd. Rond de tafel zitten plots delegaties uit Oezbekistan, Armenië en Georgië. ,,Ik heb die mensen nog nooit gezien'', zegt Theo van den Hoek van de Nederlandse dambond. De nieuwelingen eisen stemrecht. Dat verhoudt zich moeizaam met het statuut, dat bepaalt dat alleen landen die hun contributie betalen, mogen stemmen. Dat zijn er zes. Estland tovert vijfhonderd gulden tevoorschijn, Oekraïne een cheque. ,,Ik vraag me af of die gedekt is'', mompelt Van den Hoek.
Zo zijn er dan acht stemmers, maar ook wanbetaler Klimasjov en zijn vrienden eisen stemrecht. Verhitte verklaringen in het Engels, Frans en Russisch volgen. Uiteindelijk besluit de Poolse voorzitter dat iedereen mag stemmen, want: ,,Ik ben vader van drie kinderen en wil naar huis.''
Met 13 wanbetalers vóór en 7 betalers tegen neemt de vergadering een motie van wantrouwen tegen het bestuur aan. Dat levert prompt de portefeuilles in. Daarna stelt de tevreden Klimasjov voor de baantjes te verdelen. Voor zichzelf had hij een vice-presidentschap in gedachten. Zijn kompaan Hodja Doerdejev uit Turkmenistan wil best voorzitter van Azië worden.
Dan wordt het de zuinig zwijgende Van den Hoek toch te gek. Als er baantjes worden verdeeld, stapt Nederland uit de dambond. Het pandemonium is compleet. ,,Ga dan weg. Daar is het gat van de deur'', roept Doerdejev, een ambitieuze tapijtenhandelaar met plastic zonnebril. Hij heeft zojuist uitgelegd dat Turkmenistan de rol van Nederland als wereldcentrum van het dammen wil overnemen. Vierduizend dammers zou de woestijnrepubliek tellen. ,,Ongelooflijk veel jong talent.'' President Turkmenbasi, de grote roerganger, heeft een marmeren Dampaleis laten bouwen, beweert Doerdejev. De Nederlanders houden het erop dat de Turkmeense dambond bestaat uit Doerdejev en zijn zonen.
Een dag later, als de grootste opwinding voorbij is, klinkt in de ruimte naast de speelzaal een daverende ovatie. De werelddamfederatie heeft zojuist Roman Klimasjov bedankt voor zijn voortreffelijke toernooi. Glunderend gaat de Rus op de foto met de Nederlanders. Van den Hoek: ,,Nou ja, hij moet mijn ticket voor de terugreis nog betalen, dus vandaar.''
Damtoernooi ontaardt in klucht
Door onze correspondent COEN VAN ZWOL
MOSKOU, 13 MAART. Het wereldkampioenschap dammen in Moskou eindigt nog chaotischer dan het begon. Geen prijzengeld, geen tijdklokken en op de valreep een `coup'.
Na acht uur vergaderen is de zweetlucht in de ongeventileerde speelzaal van hotel Oezkoje nog penetranter dan tijdens een doorsnee-speeldag. Het loopt tegen de avond en de jaarvergadering van de werelddamfederatie (FMJD) bereikt het kookpunt. Het bestuur van de afwezige president Wouter van Beek is afgetreden. Nederland dreigt uit de federatie te stappen. De Rus Klimasjev, een kogelronde man in crèmekleurig pak, maait met zijn vuist door de lucht. ,,Ik heb het gehad met jullie!'', brult hij. ,,Het wereldkampioenschap dammen is voorbij! Morgen schop ik jullie het hotel uit.''
<center>
Roman Klimasjev</center>
Het is zaterdag en het WK dammen 2000 in Moskou dreigt nog chaotischer te eindigen dan het begon. En het leek zo'n aardig idee het toernooi nu eens niét in Nederland te houden. Letland stelde zich kandidaat, maar de Letten kregen onderling ruzie. Dus werd het Moskou. Roman Klimasjov, de voorzitter van de Russische dambond, zou het wel even regelen. Topdammer Harm Wiersma zag af van deelname wegens de onduidelijkheid over het prijzengeld. Daarover is ook na vijftien speeldagen niets bekend. ,,De Russen voeren gewichtige telefoongesprekken met vijf banken, dus wie weet'', zegt de Nederlandse teamcoach Paul Oudshoorn hoopvol. Maar op meer dan een diploma hoeft de aanstaande wereldkampioen niet te rekenen.
,,Bar en boos, deze organisatie'', zucht hoofdarbiter Henk Fokkink. Het Nederlandse smaldeel heeft vrijwel alles meegenomen naar Moskou - borden, schijven, vlaggetjes, notatieformulieren. De Russen beloofden per e-mail de tijdklokken te regelen. Fokkink: ,,Komen we aan, vragen ze: waar zijn de klokken?'' Uiteindelijk werden er wat antieke klokken bijeen gescharreld en kon het toernooi beginnen. Zonder de deelnemers uit West-Afrika en Curaçao overigens, want die wachtten thuis op hun visa. Inmiddels zijn ook zij gearriveerd. Ze spelen hun achterstallige partijen tijdens de rustdagen.
Hotel Oezkoje kijkt uit over de buitenwijk Jasenevo, vroeger een bastion van KGB'ers en militairen. De metrohalte ligt twintig minuten klauteren over sneeuwhopen en duistere binnenplaatsen. Daarna is het nog een half uur rijden naar het centrum. De meeste dammers hebben daarom van Moskou alleen ingesneeuwde torenflats gezien. Ze zijn veroordeeld tot hotelkamertjes in Sovjet-stijl, een verlaten lobby waar twee televisies elkaar tegenspreken, en de Russische keuken. ,,Rare vis, vette soep'', zo vat coach Oudshoorn het menu samen. De coach is waterdrager, want consumpties voor de spelers zijn ook niet voorhanden. ,,Rob Clerc drinkt liters tijdens zijn partijen. Je kan hem dat chloormengsel dat uit de kraan komt moeilijk voorzetten. Ik sjouw wat af.''
Een prettige bijkomstigheid van de chaos is dat de dammers in de eerste rondes van het toernooi danig uit hun evenwicht zijn en fout op fout stapelen. Het percentage remises, de gesel van het moderne dammen, is laag. Na de voorlaatste speelronden leidt de Rus Tsjizjov, die sinds 1988 een abonnement heeft op de wereldtitel, met 21 punten. De Let Valneris volgt op één punt achterstand. Clerc heeft nog een kleine kans: hij speelt in de laatste ronde tegen Tsjizjov.
Afgelopen weekeinde deelden de spelers het hotel met de bobo's van het internationale dammen, die hun jaarvergadering houden. De FMJD telt 45 leden, maar serieus gedamd wordt er slechts in Nederland, West-Afrika, Brazilië en de voormalige Sovjet-Unie. Nederland heeft het geld én de organisatie, Rusland de wereldkampioenen.
Maar weinig topspelers kunnen leven van het dammen, en verdienen bij met columns in dagbladen. Sponsors, spelers, publiek: op alle punten bevindt het dammen zich in een neerwaartse spiraal. De bond verdoet intussen de tijd met intriges, die in hotel Oezkoje een amusant, maar zinloos schouwspel opleveren. Hoofdarbiter Fokkink vergelijkt de situatie met het schaken, dat wordt gedomineerd door maffiose types uit de voormalige Sovjet-Unie. ,,Helaas hebben onze maffiosi bijna geen geld.''
Neem Roman Klimasjov, voorzitter van de Russische dambond. Deze kale, moddervette verschijning loopt doorgaans in glimmende trainingsbroek door het hotel, het elastiek ter hoogte van zijn borstbeen. Van organisatorisch falen wil hij niets weten. Het gaat juist hartstikke goed. Klimasjov blijkt op de jaarvergadering van FMJD een coup te hebben beraamd. Rond de tafel zitten plots delegaties uit Oezbekistan, Armenië en Georgië. ,,Ik heb die mensen nog nooit gezien'', zegt Theo van den Hoek van de Nederlandse dambond. De nieuwelingen eisen stemrecht. Dat verhoudt zich moeizaam met het statuut, dat bepaalt dat alleen landen die hun contributie betalen, mogen stemmen. Dat zijn er zes. Estland tovert vijfhonderd gulden tevoorschijn, Oekraïne een cheque. ,,Ik vraag me af of die gedekt is'', mompelt Van den Hoek.
Zo zijn er dan acht stemmers, maar ook wanbetaler Klimasjov en zijn vrienden eisen stemrecht. Verhitte verklaringen in het Engels, Frans en Russisch volgen. Uiteindelijk besluit de Poolse voorzitter dat iedereen mag stemmen, want: ,,Ik ben vader van drie kinderen en wil naar huis.''
Met 13 wanbetalers vóór en 7 betalers tegen neemt de vergadering een motie van wantrouwen tegen het bestuur aan. Dat levert prompt de portefeuilles in. Daarna stelt de tevreden Klimasjov voor de baantjes te verdelen. Voor zichzelf had hij een vice-presidentschap in gedachten. Zijn kompaan Hodja Doerdejev uit Turkmenistan wil best voorzitter van Azië worden.
Dan wordt het de zuinig zwijgende Van den Hoek toch te gek. Als er baantjes worden verdeeld, stapt Nederland uit de dambond. Het pandemonium is compleet. ,,Ga dan weg. Daar is het gat van de deur'', roept Doerdejev, een ambitieuze tapijtenhandelaar met plastic zonnebril. Hij heeft zojuist uitgelegd dat Turkmenistan de rol van Nederland als wereldcentrum van het dammen wil overnemen. Vierduizend dammers zou de woestijnrepubliek tellen. ,,Ongelooflijk veel jong talent.'' President Turkmenbasi, de grote roerganger, heeft een marmeren Dampaleis laten bouwen, beweert Doerdejev. De Nederlanders houden het erop dat de Turkmeense dambond bestaat uit Doerdejev en zijn zonen.
Een dag later, als de grootste opwinding voorbij is, klinkt in de ruimte naast de speelzaal een daverende ovatie. De werelddamfederatie heeft zojuist Roman Klimasjov bedankt voor zijn voortreffelijke toernooi. Glunderend gaat de Rus op de foto met de Nederlanders. Van den Hoek: ,,Nou ja, hij moet mijn ticket voor de terugreis nog betalen, dus vandaar.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 25-08-2003
Eenheid dambond weer hersteld
(ANP)
BERLIJN, 25 Aug. Met de verkiezing van de Nederlander Pieter Hildering in de nieuwe functie van `executive vice-president' binnen het bestuur van de werelddambond (FMJD) is de eenheid in de damwereld weer hersteld. Tijdens het buitengewone congres van de FMJD dit weekeinde in Berlijn, werd de Oekraïner Ivan Sjovkoplias unaniem gekozen als voorzitter. Het congres was een vervolg op de bijeenkomst in mei in Zwartsluis die in grote chaos eindigde. De aanwezige bonden accepteerden in Berlijn alsnog de kandidatuur van de Oekraïner. Met name de Russische en de Wit-Russische bond bleken bereid in te binden.
<center>
Pieter Hildering en Iwan Sjovkoplias</center>
Eenheid dambond weer hersteld
(ANP)
BERLIJN, 25 Aug. Met de verkiezing van de Nederlander Pieter Hildering in de nieuwe functie van `executive vice-president' binnen het bestuur van de werelddambond (FMJD) is de eenheid in de damwereld weer hersteld. Tijdens het buitengewone congres van de FMJD dit weekeinde in Berlijn, werd de Oekraïner Ivan Sjovkoplias unaniem gekozen als voorzitter. Het congres was een vervolg op de bijeenkomst in mei in Zwartsluis die in grote chaos eindigde. De aanwezige bonden accepteerden in Berlijn alsnog de kandidatuur van de Oekraïner. Met name de Russische en de Wit-Russische bond bleken bereid in te binden.
<center>
Pieter Hildering en Iwan Sjovkoplias</center>
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad 30-03-1994
Aardappelschijfjes deden dienst als damstenen
Door onze redacteur GUIDO DE VRIES
HUISSEN, 30 MAART. Piet Levels weet het absoluut zeker: In elke Huissense familie hebben ze een dambord. Er is volgens hem niet één uitzondering. Het Gelderse stadje is een waar dambastion, het nationale Mekka van deze denksport. En dat is met name te danken, zegt hij, aan een plaatselijke gepensioneerde kapper, de nu bijna tachtigjarige Jo Hendriksen.
"Hendriksen was in 1934 niet alleen mede-oprichter van de DV Huissen", vertelt Levels, "hij nam ook de jeugd-opleiding meteen verschrikkelijk goed ter hand. En in zijn enthousiasme ging hij zó ver, dat hij altijd een aantal borden in zijn zaak had staan. De wachtende klanten moedigde hij aan de schijven te hanteren, samen een partijtje te spelen. Af en toe gaf hij dan, de schaar of de scheerkwast nog in zijn vuist, een nuttige tip aan de betrokkenen. Want hij was een goeie dammer."
Architect Levels zit in de organisatie van de nationale titelstrijd, die momenteel wordt afgewerkt in de plaats waar ze thuis hoort. Huissen dus. De inwoners spreken van Husen, "en dat is geen dialekt", verduidelijkt de 61-jarige Levels. Want Huissen was eeuwen lang in Duitse handen, het was eigendom van de graven van Kleef en de vorsten van Pruisen. Het heette aanvankelijk Hüsen, later Huesen. Dat veranderde toen de gemeente op 1 juni 1816 na veel en lang gepraat en heen en weer geschuif werd overgedragen aan het Koninkrijk der Nederlanden.
De gemeente mag een bijzondere historie hebben, deze eeuw kreeg het 15.000 tellende stadje toch méér aandacht dankzij het dammen. "Over naar Huissen", kon men de afgelopen decennia vaak op de radio horen - of beter nog: "Over naar Husen, naar onze verslaggever bij het Nederlandse kampioenschap dammen." Want het Gelderse oord is herhaaldelijk gastheer geweest van het Nederlands kampioenschap, dat de plaatselijke DV bij deze editie vijftig mille kost. Geld dat er is gekomen door sponsorhulp, onder meer vergaard door burgemeester drs. R.J. Persoon, die daarvoor persoonlijk de boer op ging.
Huissen is min of meer damgek. Voorzitter Niels van de uit circa honderd leden bestaande DV schat dat tachtig procent van de bevolking zich het wel en wee van de vereniging aantrekt. En er desnoods de portemonnee voor trekt. Een oudere toeschouwer in Het Koelhuis, het strijdtoneel van het NK, zegt dat vooral de tuinders in wat hij noemt "Het Westland van de Betuwe" royaal zijn als het de onvolprezen DV betreft. Dat bleek volgens hem weer eens bij de actie 'De eerste kermiscent is voor de DV Huissen', die al sinds 1949 bestaat. "Ze hebben dit jaar liefst zeven mille opgehaald", lacht hij. Die guldens komen onder meer de jeugd ten goede, die training krijgt van Alexander Baljakin. Deze Rus maakt ook deel uit van het eerste team van Huissen, dat in 1960 de hegemonie van de westelijke teams doorbrak door Nederlands clubkampioen te worden en sindsdien nog zeven keer 's lands beste was. "Afgelopen jaar kwamen we net tekort tegen Hiltex Amsterdam", herinnert NK-organisator Levels zich. "Geen wonder eigenlijk, want die vereniging had zich enorm versterkt met twee Russische oud-wereldkampioenen."
Het zestigjarige DV Huissen contracteerde ooit, voor even, de beroemde Senegalese analfabeet Baba Sy en thans telt de uit tien man bestaande hoofdploeg slechts twee niet-Huissenaren, Baljakin en Rob Clerc. "De rest is echt eigen teelt", meldt Levels, die veel verwacht van de huidige jeugd, van wie bijvoorbeeld de broertjes Mark en Freddy Kemperman (al opgenomen in de hoofdmacht) veelbelovend zijn. En bij de pupillen maakt ene Gérard Willemsen eveneens grote indruk. Levels voegt daar trots aan toe dat twee Huissenaren thans met twaalf concurrenten meestrijden om de Nederlandse titel, Geert van Aalten - in 1975 werd hij in Amsterdam jeugdwereldkampioen - en Gérard Jansen. Het zijn twee bekende achternamen in Huissen. Hun voorvaders zaten immers ook al achter het bord. In hun tijd timmerde damstad Huissen al aan de weg door (in 1934) de WK-match tussen de befaamde Piet Roozenburg en Wim Huisman te organiseren, waarvoor de publieke belangstelling al bijzonder groot was. "Logisch, want elke Huissenaar heeft een aangeboren liefde voor het damspel", weet Levels.
En hij verwijst naar vroeger, naar de tijden dat hij en zijn generatiegenoten door hun ouders het land op werden gestuurd om te werken. "Als het even kon", legt Levels uit, "als moe niet keek, dan pletten we daar tussen de bonestaken een stukje grond en tekenden met een stok een dambord uit. We sneden aardappels doormidden: het ene deel diende als witte schijven, de omgedraaide met schil vormden de zwarte. Op het speelveld was geen zwart of wit aangebracht, maar dat maakte niet uit. We wisten natuurlijk heel goed hoe dat allemaal zat. Want we kwamen uit Huissen, meneer, dus waren we goeie dammers. Zo simpel lag dat."
Aardappelschijfjes deden dienst als damstenen
Door onze redacteur GUIDO DE VRIES
HUISSEN, 30 MAART. Piet Levels weet het absoluut zeker: In elke Huissense familie hebben ze een dambord. Er is volgens hem niet één uitzondering. Het Gelderse stadje is een waar dambastion, het nationale Mekka van deze denksport. En dat is met name te danken, zegt hij, aan een plaatselijke gepensioneerde kapper, de nu bijna tachtigjarige Jo Hendriksen.
"Hendriksen was in 1934 niet alleen mede-oprichter van de DV Huissen", vertelt Levels, "hij nam ook de jeugd-opleiding meteen verschrikkelijk goed ter hand. En in zijn enthousiasme ging hij zó ver, dat hij altijd een aantal borden in zijn zaak had staan. De wachtende klanten moedigde hij aan de schijven te hanteren, samen een partijtje te spelen. Af en toe gaf hij dan, de schaar of de scheerkwast nog in zijn vuist, een nuttige tip aan de betrokkenen. Want hij was een goeie dammer."
Architect Levels zit in de organisatie van de nationale titelstrijd, die momenteel wordt afgewerkt in de plaats waar ze thuis hoort. Huissen dus. De inwoners spreken van Husen, "en dat is geen dialekt", verduidelijkt de 61-jarige Levels. Want Huissen was eeuwen lang in Duitse handen, het was eigendom van de graven van Kleef en de vorsten van Pruisen. Het heette aanvankelijk Hüsen, later Huesen. Dat veranderde toen de gemeente op 1 juni 1816 na veel en lang gepraat en heen en weer geschuif werd overgedragen aan het Koninkrijk der Nederlanden.
De gemeente mag een bijzondere historie hebben, deze eeuw kreeg het 15.000 tellende stadje toch méér aandacht dankzij het dammen. "Over naar Huissen", kon men de afgelopen decennia vaak op de radio horen - of beter nog: "Over naar Husen, naar onze verslaggever bij het Nederlandse kampioenschap dammen." Want het Gelderse oord is herhaaldelijk gastheer geweest van het Nederlands kampioenschap, dat de plaatselijke DV bij deze editie vijftig mille kost. Geld dat er is gekomen door sponsorhulp, onder meer vergaard door burgemeester drs. R.J. Persoon, die daarvoor persoonlijk de boer op ging.
Huissen is min of meer damgek. Voorzitter Niels van de uit circa honderd leden bestaande DV schat dat tachtig procent van de bevolking zich het wel en wee van de vereniging aantrekt. En er desnoods de portemonnee voor trekt. Een oudere toeschouwer in Het Koelhuis, het strijdtoneel van het NK, zegt dat vooral de tuinders in wat hij noemt "Het Westland van de Betuwe" royaal zijn als het de onvolprezen DV betreft. Dat bleek volgens hem weer eens bij de actie 'De eerste kermiscent is voor de DV Huissen', die al sinds 1949 bestaat. "Ze hebben dit jaar liefst zeven mille opgehaald", lacht hij. Die guldens komen onder meer de jeugd ten goede, die training krijgt van Alexander Baljakin. Deze Rus maakt ook deel uit van het eerste team van Huissen, dat in 1960 de hegemonie van de westelijke teams doorbrak door Nederlands clubkampioen te worden en sindsdien nog zeven keer 's lands beste was. "Afgelopen jaar kwamen we net tekort tegen Hiltex Amsterdam", herinnert NK-organisator Levels zich. "Geen wonder eigenlijk, want die vereniging had zich enorm versterkt met twee Russische oud-wereldkampioenen."
Het zestigjarige DV Huissen contracteerde ooit, voor even, de beroemde Senegalese analfabeet Baba Sy en thans telt de uit tien man bestaande hoofdploeg slechts twee niet-Huissenaren, Baljakin en Rob Clerc. "De rest is echt eigen teelt", meldt Levels, die veel verwacht van de huidige jeugd, van wie bijvoorbeeld de broertjes Mark en Freddy Kemperman (al opgenomen in de hoofdmacht) veelbelovend zijn. En bij de pupillen maakt ene Gérard Willemsen eveneens grote indruk. Levels voegt daar trots aan toe dat twee Huissenaren thans met twaalf concurrenten meestrijden om de Nederlandse titel, Geert van Aalten - in 1975 werd hij in Amsterdam jeugdwereldkampioen - en Gérard Jansen. Het zijn twee bekende achternamen in Huissen. Hun voorvaders zaten immers ook al achter het bord. In hun tijd timmerde damstad Huissen al aan de weg door (in 1934) de WK-match tussen de befaamde Piet Roozenburg en Wim Huisman te organiseren, waarvoor de publieke belangstelling al bijzonder groot was. "Logisch, want elke Huissenaar heeft een aangeboren liefde voor het damspel", weet Levels.
En hij verwijst naar vroeger, naar de tijden dat hij en zijn generatiegenoten door hun ouders het land op werden gestuurd om te werken. "Als het even kon", legt Levels uit, "als moe niet keek, dan pletten we daar tussen de bonestaken een stukje grond en tekenden met een stok een dambord uit. We sneden aardappels doormidden: het ene deel diende als witte schijven, de omgedraaide met schil vormden de zwarte. Op het speelveld was geen zwart of wit aangebracht, maar dat maakte niet uit. We wisten natuurlijk heel goed hoe dat allemaal zat. Want we kwamen uit Huissen, meneer, dus waren we goeie dammers. Zo simpel lag dat."
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad, 12-04-1999
Clerc viert titel met zap-avond
Acht jaar na zijn laatste titel werd Rob Clerc weer eens Nederlands kampioen dammen. Het was zijn zevende hoofdprijs. De 43-jarige dammer uit Zoetermeer deelde bij het NK in Huissen met ingang van de slotronde de koppositie met Mark Kemperman en Arjan van Leeuwen. Zij kwamen in hun laatste partij tot remise, terwijl Clerc van generatiegenoot Auke Scholma won en zo alleen bovenaan eindigde. ,,Ik heb geprofiteerd van de spanning bij mijn concurrenten'', zei Clerc na afloop. ,,Zij zijn er waarschijnlijk van geschrokken dat ze kampioen konden worden. Van Leeuwen speelde in de voorlaatste ronde remise tegen Barkel, maar elke willekeurige hoofdklasser wint met zo'n stand.''
Kemperman (tegen Hans Jansen) en Van Leeuwen (tegen Salomé) kwamen zaterdag al relatief snel een puntendeling overeen. Clerc putte daar extra stimulans uit. ,,Ik moest tegen Scholma één belangrijk besluit nemen. Ik kon met een bepaalde zet veel risico nemen of gewoon blijven doorspelen. Toen ben ik even bij de andere borden gaan kijken. Ik zag dat het daar zeer waarschijnlijk remise zou worden. Dus hoefde ik niet alles of niets te spelen. In het slechtste geval zou ik ook gelijkspelen en zou er een herkamp met de twee anderen volgen.''
Valt er voor dammers niets tegen de spanning te doen?
Clerc: ,,We kregen tijdens het NK te horen dat er in de toekomst waarschijnlijk dopingcontroles zullen worden gehouden. Iedereen dacht dat het een 1-aprilgrap was. Dat was dus niet zo. Volgens mij is het onzin om iets in te nemen. Betablokkers of zo. Met alleen maar rustig worden red je het ook niet. Ik weet dat Harm Wiersma een keer concentratiepillen heeft geslikt, maar toen kon hij geen schijf meer recht op het bord krijgen.''
Hoe voelt u zich na twee zware weken?
,,Ik ben helemaal uitgeput. Ik probeer te relaxen, maar dat is moeilijk. Want je hebt twee weken onder grote spanning geleefd. Toen ik zaterdagavond thuiskwam, heb ik aan één stuk door zitten zappen. Daar heb ik echt van genoten. We zaten tijdens het NK in een dorpshotel en dat had geen televisie op de kamers.''
Clerc viert titel met zap-avond
Acht jaar na zijn laatste titel werd Rob Clerc weer eens Nederlands kampioen dammen. Het was zijn zevende hoofdprijs. De 43-jarige dammer uit Zoetermeer deelde bij het NK in Huissen met ingang van de slotronde de koppositie met Mark Kemperman en Arjan van Leeuwen. Zij kwamen in hun laatste partij tot remise, terwijl Clerc van generatiegenoot Auke Scholma won en zo alleen bovenaan eindigde. ,,Ik heb geprofiteerd van de spanning bij mijn concurrenten'', zei Clerc na afloop. ,,Zij zijn er waarschijnlijk van geschrokken dat ze kampioen konden worden. Van Leeuwen speelde in de voorlaatste ronde remise tegen Barkel, maar elke willekeurige hoofdklasser wint met zo'n stand.''
Kemperman (tegen Hans Jansen) en Van Leeuwen (tegen Salomé) kwamen zaterdag al relatief snel een puntendeling overeen. Clerc putte daar extra stimulans uit. ,,Ik moest tegen Scholma één belangrijk besluit nemen. Ik kon met een bepaalde zet veel risico nemen of gewoon blijven doorspelen. Toen ben ik even bij de andere borden gaan kijken. Ik zag dat het daar zeer waarschijnlijk remise zou worden. Dus hoefde ik niet alles of niets te spelen. In het slechtste geval zou ik ook gelijkspelen en zou er een herkamp met de twee anderen volgen.''
Valt er voor dammers niets tegen de spanning te doen?
Clerc: ,,We kregen tijdens het NK te horen dat er in de toekomst waarschijnlijk dopingcontroles zullen worden gehouden. Iedereen dacht dat het een 1-aprilgrap was. Dat was dus niet zo. Volgens mij is het onzin om iets in te nemen. Betablokkers of zo. Met alleen maar rustig worden red je het ook niet. Ik weet dat Harm Wiersma een keer concentratiepillen heeft geslikt, maar toen kon hij geen schijf meer recht op het bord krijgen.''
Hoe voelt u zich na twee zware weken?
,,Ik ben helemaal uitgeput. Ik probeer te relaxen, maar dat is moeilijk. Want je hebt twee weken onder grote spanning geleefd. Toen ik zaterdagavond thuiskwam, heb ik aan één stuk door zitten zappen. Daar heb ik echt van genoten. We zaten tijdens het NK in een dorpshotel en dat had geen televisie op de kamers.''
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
NRC Handelsblad 17-04-1998
Gérard Jansen: Ik heb recht op de damtitel
Door onze correspondent KARIN DE MIK
Met nog twee te spelen partijen leidt Gérard Jansen bij het Nederlands kampioenschap dammen. De verrassende koploper heeft één punt voorsprong op naaste concurrent Harm Wiersma.
HOOGEZAND, 17 APRIL. Zesvoudig Nederlands damkampioen Rob Clerc fluisterde in de speelzaal naar zijn opponent Gérard Jansen: "Remise?". De met wit spelende Jansen ging akkoord. De twee schudden elkaars hand en gingen daarna op fluistertoon door met het analyseren van de gespeelde partij. Er werd druk gebaard boven het bord, gewezen naar damvelden en geschoven met stenen. Jansen was niet ontevreden met het gelijkspel. "Ik stond er iets minder voor dan Clerc. Op het eind heb ik nogal moeten verdedigen. Clerc is één van de sterkte spelers die meedoen en heeft net als ik een aanvallend speltype."
Jansen (33) is de verrassende koploper bij het nationale damkampioenschap in Hoogezand. Na elf partijen, waarvan hij er vijf won, leidt hij met zestien punten. Zesvoudig wereldkampioen Harm Wiersma, die na vijf jaar weer meedoet aan een Nederlands kampioenschap, naderde Jansen gisteren tot op één punt, na twee achtereenvolgende zeges.
"Het wordt nu spannend", verklaarde Gérard Jansen, die niet zeker zegt te zijn van zijn eerste nationale damtitel. "Ik ben heel voorzichtig, maar ook nuchter." Druk voelt de Huissenaar niet. Jansen: "Die ligt nog steeds bij Wiersma. Hij moét winnen, want hij staat nog achter. Hij loopt niet in omdat ik iets laat liggen, maar omdat zijn tegenstanders van hem verliezen." Niettemin noemt Jansen de opmars van Wiersma - hij won van de eerste acht partijen er slechts één - opmerkelijk. "Het is goed voor het toernooi, al had ik liever vier punten voor gestaan", zegt Jansen, die vindt dat hij gezien zijn goede en constante prestaties de afgelopen jaren, zo langzamerhand wel recht heeft op de titel.
<center>
Gérard Jansen, Kampioen van Europa, terug uit Moskou op Schiphol,
23 december 1987</center>
"Jansen behoort tot de wereldtop", weet organisator Siep Buurke. "Hij is al jaren één van Nederlands grootste talenten." Jansen debuteerde in 1986 met een vijfde plaats bij het WK. Het jaar daarop werd hij Europees kampioen in Moskou. Hoewel hij daarna goed bleef presteren, wist hij nooit meer een kampioenschap op zijn naam te brengen. Twee jaar geleden eindigde hij op een gedeelde eerste plaats, maar hij moest de Nederlandse titel na een herkamp aan Erno Prosman laten. "Ik ben er altijd dichtbij geweest", zegt hij. "Drie jaar geleden werd ik tweede. Ik ben wel altijd aan de top gebleven en ook dat is niet makkelijk." Hij acht zichzelf sterk genoeg om een toernooi te winnen. "Maar wil dat lukken dan moet je ook wat geluk hebben, want de krachtsverschillen op dit niveau zijn gering."
<center>
Gérard Jansen, 7 mei 1991, Werelddamtoernooi Hierden </center>
Jansen steekt in Hoogezand in topvorm. "En je weet nooit wanneer je die hebt of niet." Aan de speltechnische voorbereiding lag het niet. Daaraan deed Jansen, die zichzelf een buitenbeentje in het damcircuit noemt, niet. Hij had geen tijd voor het uitgebreid analyseren van partijen, want Jansen heeft een full-timebaan op de voorraadadministratie bij Shell. Een week voor het toernooi draaide hij nog extra uren.
"Veel zetten zitten hier", zegt Jansen als hij op zijn hoofd wijst. "Ik heb vooral mentaal naar dit toernooi toegeleefd, al heb ik wel een paar partijen van mijn tegenstanders uitgeprint en bekeken om te zien hoe ze de laatste jaren spelen. Ik zit momenteel lekker in mijn vel. Wat ook meespeelt is dat ik de eerste twee partijen won. Als je wint gaat alles gemakkelijk."
Zijn leven verandert niet veel als hij kampioen wordt. "Dan ga ik maandag weer gewoon aan het werk." Zou een nationale titel geen inspiratie zijn om wederom een gooi te doen naar de Europese- of wereldtitel? Jansen: "Het klinkt misschien vreemd, maar ik heb die ambities niet. Tien jaar geleden nog wel. Toen werd ik tiende op het WK, maar nu hoef ik niet meer zo nodig nummer één van de wereld te worden. Als ik me maar kan meten met dammers van eenzelfde niveau. Ik vind het spel nog steeds heel leuk. Er zit zoveel in. Geen partij is hetzelfde. Dammen is voor mij een beetje een verslaving."
<center>
16 april 1987, NK in Nijverdal</center>
Gérard Jansen: Ik heb recht op de damtitel
Door onze correspondent KARIN DE MIK
Met nog twee te spelen partijen leidt Gérard Jansen bij het Nederlands kampioenschap dammen. De verrassende koploper heeft één punt voorsprong op naaste concurrent Harm Wiersma.
HOOGEZAND, 17 APRIL. Zesvoudig Nederlands damkampioen Rob Clerc fluisterde in de speelzaal naar zijn opponent Gérard Jansen: "Remise?". De met wit spelende Jansen ging akkoord. De twee schudden elkaars hand en gingen daarna op fluistertoon door met het analyseren van de gespeelde partij. Er werd druk gebaard boven het bord, gewezen naar damvelden en geschoven met stenen. Jansen was niet ontevreden met het gelijkspel. "Ik stond er iets minder voor dan Clerc. Op het eind heb ik nogal moeten verdedigen. Clerc is één van de sterkte spelers die meedoen en heeft net als ik een aanvallend speltype."
Jansen (33) is de verrassende koploper bij het nationale damkampioenschap in Hoogezand. Na elf partijen, waarvan hij er vijf won, leidt hij met zestien punten. Zesvoudig wereldkampioen Harm Wiersma, die na vijf jaar weer meedoet aan een Nederlands kampioenschap, naderde Jansen gisteren tot op één punt, na twee achtereenvolgende zeges.
"Het wordt nu spannend", verklaarde Gérard Jansen, die niet zeker zegt te zijn van zijn eerste nationale damtitel. "Ik ben heel voorzichtig, maar ook nuchter." Druk voelt de Huissenaar niet. Jansen: "Die ligt nog steeds bij Wiersma. Hij moét winnen, want hij staat nog achter. Hij loopt niet in omdat ik iets laat liggen, maar omdat zijn tegenstanders van hem verliezen." Niettemin noemt Jansen de opmars van Wiersma - hij won van de eerste acht partijen er slechts één - opmerkelijk. "Het is goed voor het toernooi, al had ik liever vier punten voor gestaan", zegt Jansen, die vindt dat hij gezien zijn goede en constante prestaties de afgelopen jaren, zo langzamerhand wel recht heeft op de titel.
<center>
Gérard Jansen, Kampioen van Europa, terug uit Moskou op Schiphol,
23 december 1987</center>
"Jansen behoort tot de wereldtop", weet organisator Siep Buurke. "Hij is al jaren één van Nederlands grootste talenten." Jansen debuteerde in 1986 met een vijfde plaats bij het WK. Het jaar daarop werd hij Europees kampioen in Moskou. Hoewel hij daarna goed bleef presteren, wist hij nooit meer een kampioenschap op zijn naam te brengen. Twee jaar geleden eindigde hij op een gedeelde eerste plaats, maar hij moest de Nederlandse titel na een herkamp aan Erno Prosman laten. "Ik ben er altijd dichtbij geweest", zegt hij. "Drie jaar geleden werd ik tweede. Ik ben wel altijd aan de top gebleven en ook dat is niet makkelijk." Hij acht zichzelf sterk genoeg om een toernooi te winnen. "Maar wil dat lukken dan moet je ook wat geluk hebben, want de krachtsverschillen op dit niveau zijn gering."
<center>
Gérard Jansen, 7 mei 1991, Werelddamtoernooi Hierden </center>
Jansen steekt in Hoogezand in topvorm. "En je weet nooit wanneer je die hebt of niet." Aan de speltechnische voorbereiding lag het niet. Daaraan deed Jansen, die zichzelf een buitenbeentje in het damcircuit noemt, niet. Hij had geen tijd voor het uitgebreid analyseren van partijen, want Jansen heeft een full-timebaan op de voorraadadministratie bij Shell. Een week voor het toernooi draaide hij nog extra uren.
"Veel zetten zitten hier", zegt Jansen als hij op zijn hoofd wijst. "Ik heb vooral mentaal naar dit toernooi toegeleefd, al heb ik wel een paar partijen van mijn tegenstanders uitgeprint en bekeken om te zien hoe ze de laatste jaren spelen. Ik zit momenteel lekker in mijn vel. Wat ook meespeelt is dat ik de eerste twee partijen won. Als je wint gaat alles gemakkelijk."
Zijn leven verandert niet veel als hij kampioen wordt. "Dan ga ik maandag weer gewoon aan het werk." Zou een nationale titel geen inspiratie zijn om wederom een gooi te doen naar de Europese- of wereldtitel? Jansen: "Het klinkt misschien vreemd, maar ik heb die ambities niet. Tien jaar geleden nog wel. Toen werd ik tiende op het WK, maar nu hoef ik niet meer zo nodig nummer één van de wereld te worden. Als ik me maar kan meten met dammers van eenzelfde niveau. Ik vind het spel nog steeds heel leuk. Er zit zoveel in. Geen partij is hetzelfde. Dammen is voor mij een beetje een verslaving."
<center>
16 april 1987, NK in Nijverdal</center>