Hanco Elenbaas wrote:
Michiel Kroesbergen vs Martin Dolfing, Brunssum 2001.
Op de achtergrond de kersverse Hagenees Bé 'Hoss' Eggens.
Artikel uit Haagsche Courant van 02-09-2002
Damkampioen Dolfing: een tweede Jannes van der Wal
VELP | Het was geen gevestigde naam die gisteren de nationale damtitel van Harm Wiersma overnam. Routiniers als Gerard Jansen (tweede) en Rob Clerc (derde) moesten Martin Dolfing voor laten gaan.
De 24-jarige Groninger leverde daarmee een puike prestatie. In de afgelopen twee weken liet hij in Velp bij vlagen subliem spel zien. "Dit toernooi is natuurlijk wel een beetje gedevalueerd", zei de nieuwe titelhouder over het ontbreken van cracks als Ton Sijbrands (heeft al jaren geen trek meer in een NK) en Wiersma (te druk met zijn leven als LPF-politicus). "Maar op zich is het wel logisch dat een jonger iemand hier Nederlands kampioen wordt".
In zijn eerste twee NK's legde Dolfing beslag op de vierde plaats, nu kon niemand tippen aan zijn vier zeges en negen remises. "Ik heb hier goed gepresteerd omdat mijn spel de laatste weken een metamorfose heeft ondergaan. Ik damde veel agressiever en levendiger. Ik wil graag op winst spelen, maar niet als mijn winstplan een lek bevat".
Behalve zijn spel onderging ook het hoofd van Dolfing een metamorfose. Het lange vaak wat onverzorgd aandoende haar is vervangen door een ultrakort modelletje.
Toch blijft Dolfing een betrekkelijk buitenbeentje. In de wandelgangen wordt hij de 'tweede Jannes van der Wal' genoemd. Hij lijkt wel wat op zijn veel te vroeg overleden stadgenoot, die in de jaren tachtig wereldkampioen werd. Brilletje, iel postuur, paar nerveuze trekken achter het bord, briljant spel natuurlijk, maar ook vreemde nukken.
Gisteren verscheen hij voor de laatste ronde pas in de speelzaal nadat de klokken al een minuut of acht in werking waren gesteld. Op sokken, want de schoenen had hij zoals nagenoeg het hele toernooi achtergelaten op zijn hotelkamer.
Dolfing (werkt niet, studeert evenmin) gruwt al bij de gedachte aan knellende voeten: "Ik heb altijd zo weinig mogelijk aan. Het liefst dam ik ook in een korte broek, maar ik weet niet of ze het leuk vinden als ik hier zo rond zou lopen". |GPD
Dolfing (24) kampioen met autoriteit
de Volkskrant, Sport, 2 september 2002
Wedstrijdverslag
Van onze dammedewerker Egbert van Hattem
Martin Dolfing (24) is de nieuwe damkampioen van Nederland. Ondanks zijn jeugdige leeftijd speelde de Groninger gedurende de hele finale met autoriteit. Zaterdag boekte hij tegen Cor van Dusseldorp overtuigend zijn vierde overwinning en gisteren in de slotronde mocht Hans Jansen geen moment op winst hopen.
'Subtiele spelers' als Tsjizjov, Georgiev en Hans Jansen spreken Martin Dolfing aan, die zelf nog nooit een trainer heeft gehad. Bij een clubgenoot brengt hij doorgaans uren door achter de uitgebreide dam-database met alle belangrijke grootmeesterpartijen. Wie zijn magnetische zakdambordje ooit heeft gezien, kan daarop nauwelijks nog donkere vakken ontwaren.
Bij de jeugd veroverde Dolfing nooit de hoogste prijzen omdat de spanningen hem te groot werden als het er echt om ging. 'Nu pak ik mijn tegenstanders krachtdadiger aan dan de vorige twee keer dat ik aan het Nederlands kampioenschap meedeed', zegt Dolfing.
'Het laatste halfjaar heb ik eigenlijk niet veel getraind, maar ik ben mentaal en tactisch wel veranderd.'
Zijn speelstijl omschrijft Dolfing als 'actief realistisch' maar dertien ronden lang op de toppen van de zenuwen presteren zijn hem zichtbaar zwaar gevallen. Dolfing: 'Daar moet ik nog iets aan doen. Toch zie ik enorm uit naar het Europese kampioenschap waarvoor ik me nu geplaatst heb. Het wordt mijn eerste officiële internationale toernooi. De tijd is er rijp voor.'
Rob Clerc noemt de overwinning van Dolfing terecht. Om tot een wereldtopper uit te groeien zal er volgens de achtvoudige titelhouder nog wel wat moeten gebeuren. Clerc: 'Dolfing is nog niet veelzijdig genoeg. Hij streeft te veel naar overzicht en ik ben bang dat hij daar op wereldniveau te weinig partijen mee kan beslissen. Een uitbreiding van het repertoire is nodig en het is overduidelijk dat hij dat in zich heeft.'
Clerc werd zelf derde en was tevreden over zijn toernooi, al had hij de bordkansen tegen Sven Winkel graag benut om naast Dolfing bovenaan te eindigen. Op de tweede plaats eindigde Huissenaar Gérard Jansen die lange tijd goede vooruitzichten had op de eindoverwinning.
Jansen: 'Het is al de zesde keer dat ik tweede word. Zaterdag verloor ik van Kees Thijssen omdat ik te geforceerd op winst uit was. Ik ging steeds slechter spelen en deed toen een zet waarna het helemaal over was.'
Copyright: Hattem, Egbert van
Martin Dolfing en Jacob Ganzevoort
Artikel uit Brabants Dagblad van 02-09-2002
Damtitel voor Dolfing
Maandag 2 september 2002 - TILBURG - Een groot damtalent, dat is Martin Dolfing al jaren. De pas vierentwintig-jarige Drent wist - na twee keer op de gedeelde vierde plaats te zijn geëindigd - in zijn derde finale de titel te grijpen. Daarmee bereikte hij de 'dubbel', want eerder dit jaar veroverde hij met groot machtsvertoon de sneldamtitel. Tilburger Alex Mathijsen, de enige Brabantse vertegenwoordiger, speelde een ronduit belabberd toernooi.
Mathijsen, die inviel voor Harm Wiersma, moest maar liefst tien keer de handdoek in de ring werpen. Hij remiseerde alleen met Wesselink, Barkel en Hans Jansen. "Diverse keren heeft er meer ingezeten, maar ik heb telkens op knullige wijze mijn kansen verprutst. Mijn nederlagen kwamen onnodig tot stand."
Artikel uit BN/DeStem van 02-09-2002
Dolfing eist damtitel op
Maandag 02 september 2002 - VELP - Drie keer is scheepsrecht. Die slogan zal Groninger Martin Dolfing zeker onderschrijven. De afgelopen twee jaar werd de 24-jarige noorderling vierde in de nationale damstrijd. Dit jaar behoorde hij vanaf de eerste ronde tot de titelkandidaten en met een bekeken puntendeling tegen Hans Jansen stelde hij in de slotronde zijn tweede nationale titel veilig.
Eerder dit jaar veroverde hij met grote overmacht ook al de nationale sneldamtitel.
Artikel uit Apeldoornse Courant van 04-09-2002
Damtitel voor een verkouden buitenbeentje
door Roy Hammink
VELP - Martin Dolfing pakte in Velp de nationale damtitel. Later deze maand maakt hij zijn debuut voor DC Apeldoorn, dat dit jaar voor het eerst in de nieuwe ereklasse speelt. ‘Ik ben te lui om een beroepsdammer te zijn‘, zegt de 24-jarige Groninger.
Het was geen gevestigde naam die zondag de nationale damtitel van Harm Wiersma overnam. Routiniers als Gerard Jansen en Rob Clerc moesten Martin Dolfing voor laten gaan.
De Groninger leverde daarmee een puike prestatie. In de voorbije twee weken liet hij in Velp bij vlagen subliem spel zien. ‘Het toernooi was natuurlijk wel een beetje gedevalueerd‘, zei de nieuwe titelhouder over het ontbreken van cracks als Ton Sijbrands (heeft al jaren geen trek meer in een NK) en Wiersma (te druk met zijn leven als LPF-politicus). ‘Maar ik had het al fantastisch gevonden om bij de eerste drie te komen. Op zich is het wel logisch dat een jonger iemand hier kampioen wordt. Veel andere deelnemers boeken vanwege hun leeftijd geen vooruitgang meer.‘
Dolfing wel. In zijn eerste twee NK‘s legde hij beslag op de vierde plaats, nu kon niemand tippen aan zijn vier zeges en negen remises. ‘Vooraf werd er door sommige mensen gezegd dat ik één van de titelkandidaten was, maar dat vond ik onterecht. Ik heb hier goed gepresteerd omdat mijn spel de laatste weken een metamorfose heeft ondergaan. Ik damde veel agressiever en levendiger. In de afgelopen twee NK‘s werd ik vierde en ik had geen zin om weer een bijrol te moeten spelen. Nee, ik speel niet alles of niets. Ik wil graag op winst spelen, maar niet als mijn winstplan een lek bevat.‘
Behalve zijn spel onderging ook het hoofd van Dolfing een metamorfose. Het lange, vaak onverzorgd aandoende haar is vervangen door een ultrakort modelletje. Dolfing: ‘Twee weken voor het NK heb ik alles er af laten halen. Ik vond het flauw om er steeds in verwaarloosde staat bij te lopen. Het bevalt wel, het voelt wat opgelucht.‘
Maar ondanks het wat meer conformistische kapsel blijft Dolfing een buitenbeentje. In de wandelgangen wordt-ie wel eens de tweede Jannes van der Wal genoemd. Hij lijkt wel wat op zijn veel te vroeg overleden stadgenoot, die in de jaren tachtig wereldkampioen werd. Brilletje, iel postuur, paar nerveuze trekken achter het bord, briljant spel natuurlijk, maar ook wat vreemde nukken. Zondag verscheen hij voor de laatste ronde pas in de speelzaal nadat de klokken al een minuut of acht in werking waren gesteld.
Op sokken, want de schoenen had hij zoals nagenoeg het hele toernooi achtergelaten op zijn hotelkamer. Dolfing gruwt al bij de gedachte aan knellende voeten: ‘Ik heb altijd zo weinig mogelijk aan. Het liefst dam ik ook in een korte broek, maar ik weet niet of ze het leuk zouden vinden als ik zo rond zou lopen.‘
De Groninger ziet zichzelf ook een beetje als een buitenbeentje. Hij werkt niet, studeert niet, is nog volop bezig zijn draai te vinden in het leven. ‘Sommige mensen zeggen wel eens dat ik een beroepsdammer ben. Maar dat is onterecht. Daar ben ik veel te lui voor. Ja, ik weet dat er hier op het NK jongens zijn die op hun hotelkamer elke avond op de computer gaan analyseren. Zo ben ik niet, al heb ik elke dag wel even kort de partijen doorgenomen.‘ Dolfing zegt het sniffend, want de dertien partijen hebben hun tol geëist. ‘Ik denk dat het een erge verkoudheid is. En de spanning die er bij komt natuurlijk.‘
Desondanks werd Dolfing de eerste dammer die kampioen werd op een toernooi waar een zege werd beloond met drie punten. Nog een noviteitje: in Velp vonden voor het eerst de door NOC*NSF verplicht gestelde dopingcontroles plaats. De kampioen hoefde zijn plasje echter niet in te leveren.
‘In de eerste week zijn er drie spelers gecontroleerd‘, zegt Dolfing. ‘Die werden gewoon willekeurig geselecteerd, omdat ze die dag al snel met hun partij klaar waren. Ik zat die dag lang achter het bord. Nee, niet expres, ik vrees die controle niet. Maar het blijft natuurlijk raar dat de winnaar van een toernooi niet gecontroleerd wordt.‘
Van http://www.michael2000.nl/interviews/
een vraaggesprek uit 1991 met een nawoord uit 2002.
Het eerste 'kind' van wie hier een interview staat, is Martin Dolfing, de kersverse kampioen van Nederland!
De Pupil
Een interview met Martin Dolfing
Door: Tunnis Ter Veen. Uit het clubblad van Het Noorden van mei 1991
(Indirecte bron:
http://members.home.nl/hetnoorden)
Martin Dolfing in 1991
Een afspraak maken met Martin is geen kleinigheid. Hij heeft het druk. Hij moet veel lezen en studies maken. Want Martin wil de beste worden en wel de beste in dammen. Als ik bij Martin thuis kom, stoor ik hem wreed bij het doornemen van 'Het Prisma damboek van R.C. Keller'. Het interview kan doorgaan als ik na afloop van het interview, ter compensatie van het 'verstoren', Martin's sparring-partner wil zijn. Ik stem toe maar het angstzweet breekt me uit.
Martin is geboren op 12 november 1977 in Groningen. In 1988 kwam hij bij de club, d.m.v. een dampaspoort, die hij verdiend had door het spelen in het schoolteam.
Wie was je eerste tegenstander op de club?
'Dat. was Hugo. Ik verloor zonder dat ik kansen had. Dat is nu wel anders Hugo is de enige met wie ik nog moeite heb, dat is dus spannend en leuk. Tegen andere sterke spelers zoals Denny bijvoorbeeld is er niet zoveel meer aan, want van hun win ik altijd.'
Hoe kan het dat je zo razendsnel klimt?
'Ik besteed ongeveer 10 uur per week aan dammen. Ik lees dan veel damboeken. Bijvoorbeeld in een week 'Dammen in opbouw'. Verder spit ik de clubbladen door en speel ik regelmatig tegen mijn damcomputer.'
Heb je een favoriete stijl ontwikkeld?
'Ja ik val het liefst aan over veld 24 om daarna het centrum te nemen. Dat speelt lekker, en veel van mijn tegenstanders weten er geen raad mee'
Wat staat er allemaal in je prijzenkast?
'Nou.. dit is een prijs waar ik hardstikke trots op ben. (Hij glundert helemaal, zoals alleen hij dat kan) Ik heb hem gewonnen op het jubileumtoernooi van Fivelgo. Het is de eerste prijs en ik kreeg hem na winst op Hugo en een pracht winstpartij tegen Marc van Houten. Verder heb ik de vierde prijs P.P.K. 1991 en een groepswinnaarbeker. Ook heb ik de tiende prijs gewonnen op het intemationale toemooi.'
Houd je nog wel vrije tijd over voor andere hobby's?
'Oh, ja hoor genoeg. Ik zit op korfbal bij 'Club Brothers' in Vinkhuizen. Daar train ik eens in de week. En ik lees veel. Bijvoorbeeld Jan Terlouw, Jan de Zwager en Evert Hartman. Als ik muziek luister dan is het ned.3. Teevee kijken doe ik nooit. Maar als ik een keus moet maken wordt het wel dammen.'
Kun je je toekomstdroom schetsen?
'Ja. Ik wil architect worden en in een mooi huis wonen. Dat hoeft niet door mezelf ontworpen te zijn hoor!'
Nawoord van Henk Stroetinga (we zijn 11 jaar verder..)
Begin september 2002 was een groots moment voor Martin Dolfing. En voor het dammen in de Stad Groningen en voor Damgenootschap Het Noorden, de damclub waarvan Martin en ik (ik vanaf 1984) lid zijn. De hele club heeft intens meegeleefd. In Velp werd hij bij de senioren op 24 jarige leeftijd voor de eerste maal kampioen van Nederland. 's Werelds sterkste speler, de Rus, Alexei Tsjizjov, veelvuldige wereldkampioen, zei een tijdje geleden in een interview in het KNDB-Bondsorgaan, dat hij van de nieuwe lichting Nederlandse topspelers, Martin Dolfing de beste kansen toedichtte om een een hele grote te worden. Wat bedoelde Martin in 1991 met de beste te worden? De beste van Nederland. En dan ben je al wereldtop. Of is zijn ultieme uitdaging om wereldkampioen te worden?
De Gelderlander, 22 februari 2003:
Ontknoping clubcompetitie
Door Rob Clerc
Vandaag wordt de laatste ronde van de bondscompetitie gespeeld. Toevalligerwijs spelen de nummers één , Van Stigt Thans, en twee (Hiltex) tegen elkaar. In de vorige ronde was het opmerkelijk dat Huissen gelijk speelde tegen Amersfoort d.m.v. tien remises! In de andere wedstrijden waren grootmeesters wel succesvol. De opmerkelijkste overwinning werd behaald door Nederlands kampioen Martin Dolfing tegen Hans Jansen. Laatstgenoemde zal volgende maand niet van de partij zijn als Dolfing zijn nationale titel verdedigt.
M. Dolfing – H. Jansen (8-2-2003)
1. 31-26 19-23 2. 36-31 14-19 3. 41-36 10-14 4. 46-41 5-10 5. 34-30 20-25 6. 31-27 25x34 7. 39x30 15-20 8. 30-25 20-24 9. 44-39 17-21 10. 26x17 11x31 11. 36x27 6-11 12. 40-34 11-17 13. 50-44 1-6 14. 44-40 10-15 15. 34-30 17-22 16. 41-36 22x31 17. 36x27 6-11 18. 33-28 11-17 19. 39-33 17-22 20. 28x17 12x21 21. 33-28 7-12 22. 43-39 12-17 23. 37-31 21-26 24. 49-43 26x37 25. 42x31 23-29 26. 39-33 18-23 27. 27-22 13-18 28. 22x11 16x7 29. 31-27 7-11 30. 47-42 11-17 31. 40-34 29x40 32. 45x34
<img src="
http://fmjd.org/dias/save/10898418007.png">
In de diagramstand is na 8-12 34-29 2-7 42-37 18-22x23 28-22 enz. remise het meest waarschijnlijke resultaat. De zwartspeler kan de verleiding niet weerstaan om
32…8-13?? Te spelen. Dat lijkt leuk omdat 34-29 natuurlijk verhinderd is en op 42-37 volgt een heuse Coupe Raphael: 17-22 23-28 14-20 2-7 18x40 3x41! In werkelijkheid is het de beslissende fout.
33. 25-20!! 14x25 34. 27-22 18x27 35. 32x12 23x32 36. 38x27 2-8 37. 33-28! 8x17 38. 27-22! En omdat op 17-21 beslissend 22-17 28-23!+ volgt gaf zwart het maar op.
<img src="
http://fmjd.org/dias/save/10898419821.png">
Deze diagramstand ontstond in de laatste competitieronde in de partij J. Krajenbrink-T.Schippers.
Zwart speelt het beste 19-23! En na 34-29x39 17-22 32-28 21x34 28x6 34-40 6-1 40-45 ontstaat een remise-eindspel.
In de partij volgde:
39…17-22?? 40. 30-24!! 19x28 41. 32x12 21x43 42. 42-38 43x32 43. 37x6 en dit eindspel is ruimschoots gewonnen:
26-31 44. 6-1 16-21 45. 1-6 9-14 46. 41-36(!) 31-37 47. 36-31 37x26 48. 12-7 21-27 49. 7-2 13-19 50. 2x24 27-32 51. 24-47 26-31 52. 6-39 3-8 53. 39-17 31-37 54. 17x20 32-38 55. 20x26 en zwart gaf het op wegens gebrek aan schijven.