COMMENTAAR: Eeuwige onrust
10/09/2018 12:00

PARAMARIBO - HET ROMMELT VERSCHRIKKELIJK bij diverse sportbonden in het land. Bij de taekwondo-associatie botert het niet, bij pencak silat heb je een associatie en een federatie die beide zeggen hetzelfde doel na te streven, bij de judofederatie zijn coaches en vechters boos nadat door gebrek aan financiën een afvaardiging werd afgeblazen, terwijl ook bij het Surinaams Olympisch Comité niet alle neuzen dezelfde kant op staan. Maar de Surinaamse Dambond spant de kroon.
Op 29 augustus werd er een motie van wantrouwen aangeboden die met vrij grote zekerheid zou worden aangenomen. Nog voordat die in stemming werd gebracht, is het bestuur onder leiding van Henry Sjoerwamo opgestapt. Daarmee is voor de derde keer in vier jaar het bestuur opgestapt/gevallen. Een opmerkelijke uitspraak van de ex-voorzitter was dat hij "opgelucht" is dat hij geen leiding meer geeft aan de bond. En dat heeft zijn reden.
Door de jaren heen, en er lijkt geen einde aan te komen, wordt elk bestuur geplaagd door 'muiterij'. Geen jaar gaat voorbij of de Surinaamse Dambond komt negatief in het nieuws. Er zijn altijd spanningen en ruzies bij deze bond. Wat niet verandert zijn de 'onruststokers'. Bij elk bestuur van de dambond dat valt of voortijdig afhaakt, wordt de actie geleid door dezelfde opposanten. Alsof dat hen een kick geeft. Maar zelf in het bestuur gaan, doen ze nooit. Als je pretendeert het zo goed te kunnen of dat de mensen die er zitten zo slecht zijn, toon ballen en ga het bestuur leiden.
Nee, ze wippen een bestuur, zorgen ervoor dat er een andere in de plaats komt en op het moment dat de nieuwe groep spreekwoordelijk niet naar hun pijpen danst, moet ze plaatsmaken. Nu is er een commissie van vijf man die de lopende zaken moet afhandelen en zo spoedig mogelijk voorstellen moet doen voor het kiezen van een nieuw bestuur. Positief, zou je zeggen, was het niet dat zeker twee personen in de commissie een 'bevlekt' (dam)verleden hebben.
Sommige leden hebben elkaar ooit zelfs beschuldigd van praktijken die het daglicht niet kunnen verdragen. Het is dus de vraag of er binnen de commissie consensus zal worden bereikt over de aanpak. Maar gezien de historie vraag je je ook af wie zich nu nog gaat lenen voor een bestuursfunctie bij deze bond, wetende dat met de wispelturige, geboren opposanten je constant op de wipstoel zit. De grote verliezer in dit geheel zal de damsport zijn.