initatief killer
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
initatief killer
De afgelopen tijd is er op dit forum veel geschreven over killer. Er zijn heel wat aanhangers, daarnaast ook veel mensen die killer geheel niet zien zitten, en al met al lijkt er onvoldoende draagvlak om killer daadwerkelijk in te voeren in toernooien e.d. KNDB en/of FMJD lijken op dit moment ook niet de mogelijkheid te onderzoeken om meer ervaring met killer op te doen.
Groot voordeel van killer is dat er op zich geen besluit van enig bestuur voor nodig is. Er zijn bij killer géén nieuwe uitslagen (de uitslag blijft 2-0, 0-2 of 1-1), en wanneer een dam stilhoudt op het veld achter de geslagen dam, is dat iets wat óók in het huidige dammen is toegestaan. Kortom: er hoeft geen nieuwe regel of telling te worden ingevoerd, het is voldoende als twee spelers met elkaar afspreken dat ze zullen spelen volgens de killerregels. Killer is wat dat betreft onafhankelijk van bestuur of beleid. Of er met killer wordt gespeeld of niet, kan door de spelers zélf worden bepaald!
Ik vraag me af of er geen draagvlak is voor een 'Initiatief Killer'. Uitgangspunt hierbij zou moeten zijn dat er alleen wordt gekillerd wanneer beide spelers dat willen. Eén speler stelt het voor, de andere speler kan killer accepteren of niet. In dat geval lijkt het me wel nodig om een soort cursus samen te stellen, want ik kan me voorstellen dat een speler er weinig voor voelt om het aanbod aan te nemen als hij niet vertrouwd is met de regels en niet op de hoogte is van de (eindspel)theorie.
Er zijn voor een dergelijk 'Initiatief Killer' m.i. vooral twee dingen nodig:
1) de bereidheid (het lef) om de tegenstander bij aanvang van de partij uit te nodigen om te killeren;
2) cursus- en oefenmateriaal, zodat jij en je tegenstander zich op killer kunnen voorbereiden.
Dat cursus- en oefenmateriaal valt te regelen - ik zou daar zelf graag aan meewerken. Maar: zijn er voldoende spelers die hun tegenstander zullen uitdagen voor killer? Het brengt beslist leven in de brouwerij, je krijgt partijen op het scherpst van de snede die eindigen in een beslissing... Blijkbaar durft niemand de eerste of enige te zijn. Een dergelijk initiatief vergt wellicht de nodige organisatie. Of?
Groot voordeel van killer is dat er op zich geen besluit van enig bestuur voor nodig is. Er zijn bij killer géén nieuwe uitslagen (de uitslag blijft 2-0, 0-2 of 1-1), en wanneer een dam stilhoudt op het veld achter de geslagen dam, is dat iets wat óók in het huidige dammen is toegestaan. Kortom: er hoeft geen nieuwe regel of telling te worden ingevoerd, het is voldoende als twee spelers met elkaar afspreken dat ze zullen spelen volgens de killerregels. Killer is wat dat betreft onafhankelijk van bestuur of beleid. Of er met killer wordt gespeeld of niet, kan door de spelers zélf worden bepaald!
Ik vraag me af of er geen draagvlak is voor een 'Initiatief Killer'. Uitgangspunt hierbij zou moeten zijn dat er alleen wordt gekillerd wanneer beide spelers dat willen. Eén speler stelt het voor, de andere speler kan killer accepteren of niet. In dat geval lijkt het me wel nodig om een soort cursus samen te stellen, want ik kan me voorstellen dat een speler er weinig voor voelt om het aanbod aan te nemen als hij niet vertrouwd is met de regels en niet op de hoogte is van de (eindspel)theorie.
Er zijn voor een dergelijk 'Initiatief Killer' m.i. vooral twee dingen nodig:
1) de bereidheid (het lef) om de tegenstander bij aanvang van de partij uit te nodigen om te killeren;
2) cursus- en oefenmateriaal, zodat jij en je tegenstander zich op killer kunnen voorbereiden.
Dat cursus- en oefenmateriaal valt te regelen - ik zou daar zelf graag aan meewerken. Maar: zijn er voldoende spelers die hun tegenstander zullen uitdagen voor killer? Het brengt beslist leven in de brouwerij, je krijgt partijen op het scherpst van de snede die eindigen in een beslissing... Blijkbaar durft niemand de eerste of enige te zijn. Een dergelijk initiatief vergt wellicht de nodige organisatie. Of?
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Als eerste bijdrage, en als idee hoe cursusmateriaal eruit zou kunnen zien, het volgende:
CURSUS KILLER
Hoofdstuk 1
Killer is een spelvorm die in één regel afwijkt van het huidige dammen: als je met een dam slaat en het laatst geslagen stuk een dam is, moet de dam stoppen op het veld achter de geslagen dam. Voorbeeld:
Wit wint door 48-31! 36x27 47x22
Merk op dat het alleen gaat om de situatie waarbij een dam een dam slaat! De volgende stand:
is ook bij killer remise. Als zwart hier 31-37?? zou spelen verliest hij zelfs, omdat wit dan naar 46 slaat.
Bij killer is een dam in één opzicht minder machtig: hij kan niet doorslaan nadat hij een andere dam heeft geslagen. In een ander opzicht is een dam machtiger: hij kan een vijandelijke dam dwingen om bij een slag over een dam op het veld achter die dam te stoppen. Hierdoor is een eindspel van twee dammen tegen één dam gewonnen!
Wit wint door 6-28! 46x23 1x29
Zelfs een eindspel van dam + schijf vs. dam is gewonnen:
Wit speelt bijv. 50-6 en nu moet zwart de diagonaal opgeven, want op 35-49 volgt 6-44! 49x40 45x34.
Dit betekent dat een voorsprong van één schijf in het eindspel vaak al beslissend is!
Tot slot van dit eerste hoofdstukje vier opgaven. Voor iedere opgave geldt: wit speelt en wint.
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
Opgave 4:
CURSUS KILLER
Hoofdstuk 1
Killer is een spelvorm die in één regel afwijkt van het huidige dammen: als je met een dam slaat en het laatst geslagen stuk een dam is, moet de dam stoppen op het veld achter de geslagen dam. Voorbeeld:
Wit wint door 48-31! 36x27 47x22
Merk op dat het alleen gaat om de situatie waarbij een dam een dam slaat! De volgende stand:
is ook bij killer remise. Als zwart hier 31-37?? zou spelen verliest hij zelfs, omdat wit dan naar 46 slaat.
Bij killer is een dam in één opzicht minder machtig: hij kan niet doorslaan nadat hij een andere dam heeft geslagen. In een ander opzicht is een dam machtiger: hij kan een vijandelijke dam dwingen om bij een slag over een dam op het veld achter die dam te stoppen. Hierdoor is een eindspel van twee dammen tegen één dam gewonnen!
Wit wint door 6-28! 46x23 1x29
Zelfs een eindspel van dam + schijf vs. dam is gewonnen:
Wit speelt bijv. 50-6 en nu moet zwart de diagonaal opgeven, want op 35-49 volgt 6-44! 49x40 45x34.
Dit betekent dat een voorsprong van één schijf in het eindspel vaak al beslissend is!
Tot slot van dit eerste hoofdstukje vier opgaven. Voor iedere opgave geldt: wit speelt en wint.
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
Opgave 4:
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Nu ik toch bezig ben, meteen maar een tweede hoofdstukje. (Opgaven aan het slot ontbreken, die mag iemand anders bedenken...)
Hoofdstuk 2
Killer komt niet helemaal uit de lucht vallen. De mogelijkheden van de dam doen sterk denken aan die van de Thaise dam. Een belangrijk verschil is dat in het Thaise dammen de dam halt moet houden achter het laatst geslagen stuk (schijf of dam) terwijl de dam bij killer alleen halt moet houden als het laatst geslagen stuk een dam is!
Omdat killer alleen afwijkt in situaties waarin beide spelers een dam hebben, heeft het met name consequenties voor het eindspel. De gevolgen voor opening en middenspel blijven erg beperkt. Wel is opgemerkt dat het Zetje van Van Bergen bij killer niet meer werkt:
1. 31-26 19-23 2. 36-31 14-19 3. 41-36 10-14 4. 46-41 5-10 5. 33-29 20-25 6. 39-33 14-20?! En nu is 7. 26-21?? enz. niet goed.
Veel eindspelen die in het huidige dammen remise zijn, zijn met killer gewonnen – vooral eindspelen waarbij één van de spelers óf een schijf meer heeft óf veel eerder een (tweede) dam haalt. In principe is het ook mogelijk dat een stand die remise (of zelfs verloren!) is in het huidige dammen, gewonnen is met killer. Zo gaf ildjarn het volgende diagram:
Wit aan zet staat hier met de huidige regels verloren. Met killer is 46-37! gewonnen.
Belangrijk is uiteraard dat men een eindspel kan berekenen en kan taxeren. Hierbij dient men voor ogen te houden dat in een eindspel bij killer een voorsprong van één schijf doorgaans voldoende is voor de winst. In de volgende stand
staat wit aan zet verloren. Hij komt immers een schijf achter, en zwart voert het eindspel met één schijf meer gemakkelijk tot winst. Oppositie is dus belangrijk!
Ook kan het van belang zijn wanneer men eerder op dam is. In de volgende stand
wint wit na bijv. 19-14 gemakkelijk.
Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam gewonnen is. Hoe zit het nu met het eindspel twee dammen vs. dam + schijf? De speler met twee dammen kan de ene dam vangen; met zijn overgebleven dam houdt hij vervolgens de schijf tegen. Dat lukt echter niet als de witte schijf is opgerukt tot veld 6 of 15 of de zwarte schijf tot veld 36 of 45.
Wit kan hier niet meer winnen. Zwart moet natuurlijk wel aan de goede kant van de lange lijn blijven. Als zwart aan zet hier bijv. 6-50?? zou spelen, wint wit immers nog!
In een dergelijk eindspel is veld 15 (36) is dus van groot belang! In de volgende stand
is de vraag of wit de zwarte schijf nog van veld 36 kan afhouden. 9-3 is op slag remise wegens 49-35. Dus: 13-8 21-26 en omdat 9-4 gevolgd wordt door 49-27! bereikt de zwarte schijf veld 36. Remise dus. (Zwart kan na 13-8 overigens ook 21-27 spelen, ook dan brengt hij zijn schijf naar 36 en is het remise.)
Hoofdstuk 2
Killer komt niet helemaal uit de lucht vallen. De mogelijkheden van de dam doen sterk denken aan die van de Thaise dam. Een belangrijk verschil is dat in het Thaise dammen de dam halt moet houden achter het laatst geslagen stuk (schijf of dam) terwijl de dam bij killer alleen halt moet houden als het laatst geslagen stuk een dam is!
Omdat killer alleen afwijkt in situaties waarin beide spelers een dam hebben, heeft het met name consequenties voor het eindspel. De gevolgen voor opening en middenspel blijven erg beperkt. Wel is opgemerkt dat het Zetje van Van Bergen bij killer niet meer werkt:
1. 31-26 19-23 2. 36-31 14-19 3. 41-36 10-14 4. 46-41 5-10 5. 33-29 20-25 6. 39-33 14-20?! En nu is 7. 26-21?? enz. niet goed.
Veel eindspelen die in het huidige dammen remise zijn, zijn met killer gewonnen – vooral eindspelen waarbij één van de spelers óf een schijf meer heeft óf veel eerder een (tweede) dam haalt. In principe is het ook mogelijk dat een stand die remise (of zelfs verloren!) is in het huidige dammen, gewonnen is met killer. Zo gaf ildjarn het volgende diagram:
Wit aan zet staat hier met de huidige regels verloren. Met killer is 46-37! gewonnen.
Belangrijk is uiteraard dat men een eindspel kan berekenen en kan taxeren. Hierbij dient men voor ogen te houden dat in een eindspel bij killer een voorsprong van één schijf doorgaans voldoende is voor de winst. In de volgende stand
staat wit aan zet verloren. Hij komt immers een schijf achter, en zwart voert het eindspel met één schijf meer gemakkelijk tot winst. Oppositie is dus belangrijk!
Ook kan het van belang zijn wanneer men eerder op dam is. In de volgende stand
wint wit na bijv. 19-14 gemakkelijk.
Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam gewonnen is. Hoe zit het nu met het eindspel twee dammen vs. dam + schijf? De speler met twee dammen kan de ene dam vangen; met zijn overgebleven dam houdt hij vervolgens de schijf tegen. Dat lukt echter niet als de witte schijf is opgerukt tot veld 6 of 15 of de zwarte schijf tot veld 36 of 45.
Wit kan hier niet meer winnen. Zwart moet natuurlijk wel aan de goede kant van de lange lijn blijven. Als zwart aan zet hier bijv. 6-50?? zou spelen, wint wit immers nog!
In een dergelijk eindspel is veld 15 (36) is dus van groot belang! In de volgende stand
is de vraag of wit de zwarte schijf nog van veld 36 kan afhouden. 9-3 is op slag remise wegens 49-35. Dus: 13-8 21-26 en omdat 9-4 gevolgd wordt door 49-27! bereikt de zwarte schijf veld 36. Remise dus. (Zwart kan na 13-8 overigens ook 21-27 spelen, ook dan brengt hij zijn schijf naar 36 en is het remise.)
-
- Posts: 1780
- Joined: Sun Nov 02, 2003 17:13
Re: initatief killer
Toch wel geinig dat killer, leuker dan plusjes. Ik hou van nostalgie dus ik moet er even aan wennen. Maar voor de gein een toernooitje proberen kan geen kwaad natuurlijk. Het kan toch prima bestaan naast onze 144 en 64 velden varianten?
Re: initatief killer
Niet zo positief, Fred, man!Fred van Amersfoort wrote:Toch wel geinig dat killer, leuker dan plusjes. Ik hou van nostalgie dus ik moet er even aan wennen. Maar voor de gein een toernooitje proberen kan geen kwaad natuurlijk. Het kan toch prima bestaan naast onze 144 en 64 velden varianten?
Ik speel killer op de site van het Noorden en op de Mindsports Arena (tegen Gerard de Groot).
Wie durft daar ook een stevig robbertje killer tegen mij te spelen? Ik heb nog plenty enerzjie!
Heaven is no location, but a state of mind
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Opgaven bij hoofdstuk 2
Voor alle opgaven geldt: wit speelt en wint!
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
Opgave 4:
Voor alle opgaven geldt: wit speelt en wint!
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
Opgave 4:
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Hoofdstuk 3
Laten we eerst de lessen uit het eerste en tweede hoofdstuk samenvatten:
1) Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam wint. Een schijf voorsprong is dus vaak beslissend!
2) Ook zagen we dat twee dammen vs. dam + schijf wint, mits de zwarte schijf niet is opgerukt tot veld 36 of 45. Ofwel: twee dammen zijn erg sterk!
Nu aandacht voor de situatie van dam + schijf vs. dam + schijf. Een dergelijk eindspel is heel vaak remise. Immers, als beide schijven aan dezelfde kant van het bord staan, zal één van de spelers doorgaans kunnen aansturen op een afruil. En wanneer de schijven verspreid zijn over de beide vleugels, gaat het om het bezit van diagonalen. Wanneer elke speler een diagonaal bezit en zo verhindert dat de schijf van de tegenstander doorloopt, is het vaak (maar niet altijd!) remise. Een voorbeeld:
Deze stand is remise. Beide dammen beheersen een diagonaal: zwart de diagonaal 5-46, wit de diagonaal 3-26. Wit aan zet kan hier bijv. 26-3 spelen, waarop zwart in verband met de dreiging 3-14 slechts één zet heeft die niet verliest, namelijk 46-5! Wanneer wit vervolgens 3-26 speelt, verliest 11-16?? wegens 26-3! Het is eenvoudig te zien dat de zet 11-16?? bepaald onhandig is. Bij killer is het tempo belangrijk, en met 11-16?? geef je je vrije tempo zomaar op. Bovendien heeft zwart, wanneer de witte dam naar de diagonaal 3-25 beweegt, slecht één goed veld voor de dam, namelijk veld 5. Ook om die reden is het logisch voor zwart om zijn dam te bewegen tussen bijv. de velden 41 en 46, zodat hij altijd de mogelijkheid openhoudt om naar 5 te kunnen ‘ontsnappen’.
Vergelijk ook de volgende stand:
Zwart aan zet staat hier verloren. De zwarte dam kan immers niet op de diagonaal 6-50 blijven (wegens 3-17!) en na 6-1 loopt de witte schijf door. Met wit aan zet is dit eindspel remise. Om te verhinderen dat de zwarte schijf doorloopt, moet de witte dam op de diagonaal 3-25 blijven, en zodra de witte dam op 3 staat, kan de zwarte dam naar 6.
Het eindspel dam + schijf vs. dam + schijf is dus in veel gevallen remise. In het volgende hoofdstuk een aantal uitzonderingen, waarbij een speler een diagonaal in bezit heeft en toch verliest. Verder is het zo dat een speler soms kan winnen wanneer de schijf kan ontsnappen aan de diagonalen en doorloopt naar dam. Zie bijv. de volgende stand:
Wit aan zet kan hier 36-27! spelen met winst, want de witte schijf loopt door. En zoals we eerder zagen, heeft zwart alleen remise in handen wanneer zijn schijf veld 36 bereikt, en dat lukt hier niet meer.
Merk overigens op dat in het volgende eindspel:
wit aan zet niet kan winnen! Op bijv. 36-4 (of 36-27) volgt immers 2-16! De dreiging 16-27 dwingt wit terug te keren naar 36, waarna zwart 16-2 kan spelen met herhaling van zetten.
Inmiddels wordt het tijd om eens een ‘gewone’, partijachtige 3-om-3 te bekijken:
In het huidige dammen zijn hier zowel 27-22 als 37-31 remise. Die laatste zet verliest met killer. Immers, na 37-31 (21-26) 32-28 (26x37) staat wit een schijf achter, en ook de schijf op 27 gaat nog sneuvelen. Dat eindspel is uiteraard volstrekt kansloos. Dus:
1. 27-22 17x28 2. 32x23 21-27 3. 23-19 16-21 4. 19-14 21-26 5. 14-10 (of 14-9) 27-31 6. 37-32 31-36 en nu is bijv. 7. 10-4 26-31 onmiddellijk remise. Ook damhalen op 5 of 3 is gemakkelijk remise.
Bij het taxeren van een stand als in het laatste diagram gaat het om twee vragen:
1) kan één van de spelers nog een schijf winnen?
2) Kan wit of zwart (veel eerder) een tweede dam halen?
Het is niet al te moeilijk om te zien dat dit hier allebei niet kan. Een dergelijke 3-om-3 is dus ook bij killer ‘gewoon’ remise.
Laten we eerst de lessen uit het eerste en tweede hoofdstuk samenvatten:
1) Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam wint. Een schijf voorsprong is dus vaak beslissend!
2) Ook zagen we dat twee dammen vs. dam + schijf wint, mits de zwarte schijf niet is opgerukt tot veld 36 of 45. Ofwel: twee dammen zijn erg sterk!
Nu aandacht voor de situatie van dam + schijf vs. dam + schijf. Een dergelijk eindspel is heel vaak remise. Immers, als beide schijven aan dezelfde kant van het bord staan, zal één van de spelers doorgaans kunnen aansturen op een afruil. En wanneer de schijven verspreid zijn over de beide vleugels, gaat het om het bezit van diagonalen. Wanneer elke speler een diagonaal bezit en zo verhindert dat de schijf van de tegenstander doorloopt, is het vaak (maar niet altijd!) remise. Een voorbeeld:
Deze stand is remise. Beide dammen beheersen een diagonaal: zwart de diagonaal 5-46, wit de diagonaal 3-26. Wit aan zet kan hier bijv. 26-3 spelen, waarop zwart in verband met de dreiging 3-14 slechts één zet heeft die niet verliest, namelijk 46-5! Wanneer wit vervolgens 3-26 speelt, verliest 11-16?? wegens 26-3! Het is eenvoudig te zien dat de zet 11-16?? bepaald onhandig is. Bij killer is het tempo belangrijk, en met 11-16?? geef je je vrije tempo zomaar op. Bovendien heeft zwart, wanneer de witte dam naar de diagonaal 3-25 beweegt, slecht één goed veld voor de dam, namelijk veld 5. Ook om die reden is het logisch voor zwart om zijn dam te bewegen tussen bijv. de velden 41 en 46, zodat hij altijd de mogelijkheid openhoudt om naar 5 te kunnen ‘ontsnappen’.
Vergelijk ook de volgende stand:
Zwart aan zet staat hier verloren. De zwarte dam kan immers niet op de diagonaal 6-50 blijven (wegens 3-17!) en na 6-1 loopt de witte schijf door. Met wit aan zet is dit eindspel remise. Om te verhinderen dat de zwarte schijf doorloopt, moet de witte dam op de diagonaal 3-25 blijven, en zodra de witte dam op 3 staat, kan de zwarte dam naar 6.
Het eindspel dam + schijf vs. dam + schijf is dus in veel gevallen remise. In het volgende hoofdstuk een aantal uitzonderingen, waarbij een speler een diagonaal in bezit heeft en toch verliest. Verder is het zo dat een speler soms kan winnen wanneer de schijf kan ontsnappen aan de diagonalen en doorloopt naar dam. Zie bijv. de volgende stand:
Wit aan zet kan hier 36-27! spelen met winst, want de witte schijf loopt door. En zoals we eerder zagen, heeft zwart alleen remise in handen wanneer zijn schijf veld 36 bereikt, en dat lukt hier niet meer.
Merk overigens op dat in het volgende eindspel:
wit aan zet niet kan winnen! Op bijv. 36-4 (of 36-27) volgt immers 2-16! De dreiging 16-27 dwingt wit terug te keren naar 36, waarna zwart 16-2 kan spelen met herhaling van zetten.
Inmiddels wordt het tijd om eens een ‘gewone’, partijachtige 3-om-3 te bekijken:
In het huidige dammen zijn hier zowel 27-22 als 37-31 remise. Die laatste zet verliest met killer. Immers, na 37-31 (21-26) 32-28 (26x37) staat wit een schijf achter, en ook de schijf op 27 gaat nog sneuvelen. Dat eindspel is uiteraard volstrekt kansloos. Dus:
1. 27-22 17x28 2. 32x23 21-27 3. 23-19 16-21 4. 19-14 21-26 5. 14-10 (of 14-9) 27-31 6. 37-32 31-36 en nu is bijv. 7. 10-4 26-31 onmiddellijk remise. Ook damhalen op 5 of 3 is gemakkelijk remise.
Bij het taxeren van een stand als in het laatste diagram gaat het om twee vragen:
1) kan één van de spelers nog een schijf winnen?
2) Kan wit of zwart (veel eerder) een tweede dam halen?
Het is niet al te moeilijk om te zien dat dit hier allebei niet kan. Een dergelijke 3-om-3 is dus ook bij killer ‘gewoon’ remise.
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Hoofdstuk 3 (vervolg)
Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam + schijf meestal remise is, als elke speler door het bezit van een diagonaal de vijandelijke schijf kan verhinderen om door te lopen. Bijvoorbeeld in het volgende diagram:
Dit eindspel is remise. Probleem voor wit is dat hij na 26-3 (46-5 gedw.) niet mag passen. Als het tempoverschil tussen de twee schijven nóg groter is dan hier, wint wit echter wel! Wit kan dan, door een route ‘achterom’ te kiezen, ervoor zorgen dat het tempo precies goed zit.
Wit wint met 1. 16-43! 6-11 2. 43-39! 11-16 3. 39-25! 46-5 4. 25-3!
Ook als zwart na 16-43 een zet doet met zijn dam, kan wit 6-11-16 afdwingen en zijn dam naar 3 brengen op zo’n manier dat het tempo precies goed zit. Bijvoorbeeld: 1. 16-43 46-37 2. 43-25 37-5 3. 25-9 6-11 4. 9-22 11-16 5. 22-27 5-14 6. 27-38 14-5 7. 38-43 en op de volgende zet altijd 43-25. Een manoeuvre om te onthouden!
Hetzelfde principe zien we ook in het volgende diagram.
De database geeft als snelste winst voor wit:
1. 33-28 27-16 2. 28-41 16-38 3. 41-36 38-33 4. 36-4 33-17 5. 4-15 17-22 6. 26-21 22-28 7. 15-29 5-10 8. 29-1 28-6 9. 1-23 10-15 10. 23-29 6-11 11. 21-16 11-17 12. 29-24 17-6 13. 24-42 6-17 14. 42-26 17-6 15. 26-3 6-1 16. 16-11 en de witte schijf loopt door.
Vooral dit laatste diagram laat zien dat zelfs een 2-om-2 met killer behoorlijk complex kan zijn! Anderzijds: de strategie is helder, en met een beetje oefening en ervaring is dit ook zonder database nog wel te vinden.
Na deze nogal zware kost drie luchtige opgaven, om nog eens te wennen aan de beweging van de dam. Uiteraard geldt in alle gevallen: wit speelt en wint.
Opgaven bij hoofdstuk 3
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
Eerder zagen we dat een eindspel van dam + schijf vs. dam + schijf meestal remise is, als elke speler door het bezit van een diagonaal de vijandelijke schijf kan verhinderen om door te lopen. Bijvoorbeeld in het volgende diagram:
Dit eindspel is remise. Probleem voor wit is dat hij na 26-3 (46-5 gedw.) niet mag passen. Als het tempoverschil tussen de twee schijven nóg groter is dan hier, wint wit echter wel! Wit kan dan, door een route ‘achterom’ te kiezen, ervoor zorgen dat het tempo precies goed zit.
Wit wint met 1. 16-43! 6-11 2. 43-39! 11-16 3. 39-25! 46-5 4. 25-3!
Ook als zwart na 16-43 een zet doet met zijn dam, kan wit 6-11-16 afdwingen en zijn dam naar 3 brengen op zo’n manier dat het tempo precies goed zit. Bijvoorbeeld: 1. 16-43 46-37 2. 43-25 37-5 3. 25-9 6-11 4. 9-22 11-16 5. 22-27 5-14 6. 27-38 14-5 7. 38-43 en op de volgende zet altijd 43-25. Een manoeuvre om te onthouden!
Hetzelfde principe zien we ook in het volgende diagram.
De database geeft als snelste winst voor wit:
1. 33-28 27-16 2. 28-41 16-38 3. 41-36 38-33 4. 36-4 33-17 5. 4-15 17-22 6. 26-21 22-28 7. 15-29 5-10 8. 29-1 28-6 9. 1-23 10-15 10. 23-29 6-11 11. 21-16 11-17 12. 29-24 17-6 13. 24-42 6-17 14. 42-26 17-6 15. 26-3 6-1 16. 16-11 en de witte schijf loopt door.
Vooral dit laatste diagram laat zien dat zelfs een 2-om-2 met killer behoorlijk complex kan zijn! Anderzijds: de strategie is helder, en met een beetje oefening en ervaring is dit ook zonder database nog wel te vinden.
Na deze nogal zware kost drie luchtige opgaven, om nog eens te wennen aan de beweging van de dam. Uiteraard geldt in alle gevallen: wit speelt en wint.
Opgaven bij hoofdstuk 3
Opgave 1:
Opgave 2:
Opgave 3:
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Hoofdstuk 4
De 2-om-2-eindspelen wil ik langzaamaan afsluiten om over te stappen op het thema ‘oppositie’. Dit thema introduceer ik aan de hand van twee 2-om-2’s. Met dank aan Rein Halbersma en Kosmos – in deze en volgende diagrammen maak ik gebruik van standen en ideeën die zij hebben aangegeven.
Deze stand is remise. Na 1. 32-28 14-19 2. 27-22 19-23! ontstaat een eindspel van dam tegen dam.
Vergelijk dit met de volgende stand:
Hier staat wit aan zet gewonnen! Na 1. 32-28 19-24 2. 28-23 haalt wit dam op 3, en de zwarte schijf op 17 gaat verloren.
In het eerste diagram staat wit twee tempi voor, in het tweede diagram slechts één, en toch is de eerste diagramstand remise, de tweede gewonnen. De verklaring ligt in de oppositie, die je bij killer vaak ook ‘schuin’ moet zien. In het eerste diagram is de oppositie (de zwarte schijf op 19, de witte op 28) in het voordeel van zwart. En daardoor kan hij zich redden, ondanks een achterstand van twee tempi.
Rein Halbersma keek eerder naar een aantal partijen van Shchegolev. De volgende stand komt uit een partij tussen Buzinskij (wit) en Shchegolev (zwart) (Tallin, 1995).
In het huidige dammen is dit uiteraard remise, ongeacht wie er aan zet is. Bij killer geldt hier: wie aan zet is wint! De verklaring hiervoor is eenvoudig: oppositie! Met wit aan zet kan volgen: 1. 32-28 8-13 2. 28-22 13-19 3. 22-18 en nu moet zwart met 25-30 een schijf offeren; vervolgens is de winst voor wit niet moeilijk meer.
Ook in het volgende diagram gaat het om oppositie:
Deze stand komt uit de partij Shchegolev – Korenievski (Russisch Kampioenschap, 1978). Met wit aan zet werd hier remise overeen gekomen. Bij killer wint wit met 1. 33-29 7-12 2. 27-21! en wit komt een schijf voor en wint. Ook in deze stand geldt overigens: met zwart aan zet zou zwart winnen!
Zo’n twee jaar geleden reikte Jan Pieter Drost op dit forum een stelling aan uit een partij Raichenbach – Fabre (1932), waarin Tjalling vervolgens de schijf van 14 naar 15 verplaatste. Toen stond het zo:
In deze stand zijn met wit aan zet alle zetten remise. Met zwart aan zet is alleen 15-20! remise. En ook hier gaat het om oppositie. Op zich heeft zwart (aan zet) de oppositie tegen, en na bijv. 1... 9-13? 2. 37-32 13-19 3. 32-27 15-20 4. 44-40 is het drievoudige oppositie, en zwart moet een schijf offeren om door te breken. Alleen met 1... 15-20! kan zwart de oppositie ontlopen. Na bijv. 2. 39-34 20-24 staan 7 en 37 in oppositie en met schijf 44 weet wit niet goed naar welke kant hij moet. Op 44-39 ontloopt zwart de oppositie met 9-14! en op 44-40 met 9-13!
Tot slot een recent praktijkvoorbeeld: de partij Ndjofang – Domchev van het WK 2011. Na de 46e zet van wit stond het daarin zo:
Domchev blonk bij het WK niet uit door een scherpe partijopzet. In veel partijen speelde hij ‘op safe’, met nogal wat ruiltjes, wat hem soms licht nadeel opleverde. Dat was niet erg. Het nadeel bracht de remise nooit in gevaar, en Domchev beëindigde het toernooi zelfs zonder minnetje. Ook in zijn partij tegen Ndjofang kreeg Domchev wat nadeel. Maar de remise is hier niet moeilijk meer en vanuit de diagramstand deed Domchev het zo:
46... 12-18 47. 23x12 11-17 48. 12x21 16x27 49. 48-42 22-28
Zwart heeft een schijf geofferd, maar wit kan onmogelijk winnen. Er zit niet eens een plusje in. Met killer is deze stand echter gewonnen. Wit speelt dan:
50. 42-38! 27-31 51. 37-32! 28x37 52. 38-32 37x28 53. 26x37 28-33 54. 37-32 met een fraaie slotstand:
Deze stand maakt nog eens duidelijk hoe belangrijk de oppositie bij killer is. Als wit aan zet was, stond zwart gewonnen. Maar zwart is aan zet, en de doorbraak kost hem een schijf. Zwart verliest.
Dit laatste laat nog eens zien dat killer, meer dan het huidige dammen (althans op topniveau), een strategisch spel is. In het huidige dammen komt een strategische overwinning in een partij tussen twee grootmeesters bijna niet meer voor. Als er al een beslissing valt,is dit vaak terug te voeren op een blunder, al dan niet in tijdnood. Met een principiële klassieke partij, of bijv. een halve hekstelling, is het vrijwel onmogelijk zoveel voordeel te behalen dat een collega-grootmeester onder de druk bezwijkt. Bij killer is dit anders. Een partijopzet als die van Domchev (veel ruiltjes, waarbij licht nadeel voor lief wordt genomen) wordt bij killer genadeloos afgestraft. Misschien is dit wel een wezenlijker verschil tussen killer en het huidige dammen dan alle veranderingen in het eindspel: bij killer gaat het om strategie (en reken- en taxatievermogen, dat ook!), en een relatief klein nadeel in een uitgedunde stand kan al funest zijn. Wat dat betreft kan ook bijv. klassiek (mits goed gespeeld uiteraard) bij killer een machtig wapen zijn in een poging een collega-grootmeester te verslaan.
Tot slot twee opgaven. Dit keer (tamelijk pittige!) standen om te taxeren / door te rekenen, wederom met dank aan Tjalling en Rein.
Opgave 1:
Wit aan zet. Uitslag?
Opgave 2:
Koeperman – Shchegolev (WK, 1965)
Wit aan zet. Uitslag?
De 2-om-2-eindspelen wil ik langzaamaan afsluiten om over te stappen op het thema ‘oppositie’. Dit thema introduceer ik aan de hand van twee 2-om-2’s. Met dank aan Rein Halbersma en Kosmos – in deze en volgende diagrammen maak ik gebruik van standen en ideeën die zij hebben aangegeven.
Deze stand is remise. Na 1. 32-28 14-19 2. 27-22 19-23! ontstaat een eindspel van dam tegen dam.
Vergelijk dit met de volgende stand:
Hier staat wit aan zet gewonnen! Na 1. 32-28 19-24 2. 28-23 haalt wit dam op 3, en de zwarte schijf op 17 gaat verloren.
In het eerste diagram staat wit twee tempi voor, in het tweede diagram slechts één, en toch is de eerste diagramstand remise, de tweede gewonnen. De verklaring ligt in de oppositie, die je bij killer vaak ook ‘schuin’ moet zien. In het eerste diagram is de oppositie (de zwarte schijf op 19, de witte op 28) in het voordeel van zwart. En daardoor kan hij zich redden, ondanks een achterstand van twee tempi.
Rein Halbersma keek eerder naar een aantal partijen van Shchegolev. De volgende stand komt uit een partij tussen Buzinskij (wit) en Shchegolev (zwart) (Tallin, 1995).
In het huidige dammen is dit uiteraard remise, ongeacht wie er aan zet is. Bij killer geldt hier: wie aan zet is wint! De verklaring hiervoor is eenvoudig: oppositie! Met wit aan zet kan volgen: 1. 32-28 8-13 2. 28-22 13-19 3. 22-18 en nu moet zwart met 25-30 een schijf offeren; vervolgens is de winst voor wit niet moeilijk meer.
Ook in het volgende diagram gaat het om oppositie:
Deze stand komt uit de partij Shchegolev – Korenievski (Russisch Kampioenschap, 1978). Met wit aan zet werd hier remise overeen gekomen. Bij killer wint wit met 1. 33-29 7-12 2. 27-21! en wit komt een schijf voor en wint. Ook in deze stand geldt overigens: met zwart aan zet zou zwart winnen!
Zo’n twee jaar geleden reikte Jan Pieter Drost op dit forum een stelling aan uit een partij Raichenbach – Fabre (1932), waarin Tjalling vervolgens de schijf van 14 naar 15 verplaatste. Toen stond het zo:
In deze stand zijn met wit aan zet alle zetten remise. Met zwart aan zet is alleen 15-20! remise. En ook hier gaat het om oppositie. Op zich heeft zwart (aan zet) de oppositie tegen, en na bijv. 1... 9-13? 2. 37-32 13-19 3. 32-27 15-20 4. 44-40 is het drievoudige oppositie, en zwart moet een schijf offeren om door te breken. Alleen met 1... 15-20! kan zwart de oppositie ontlopen. Na bijv. 2. 39-34 20-24 staan 7 en 37 in oppositie en met schijf 44 weet wit niet goed naar welke kant hij moet. Op 44-39 ontloopt zwart de oppositie met 9-14! en op 44-40 met 9-13!
Tot slot een recent praktijkvoorbeeld: de partij Ndjofang – Domchev van het WK 2011. Na de 46e zet van wit stond het daarin zo:
Domchev blonk bij het WK niet uit door een scherpe partijopzet. In veel partijen speelde hij ‘op safe’, met nogal wat ruiltjes, wat hem soms licht nadeel opleverde. Dat was niet erg. Het nadeel bracht de remise nooit in gevaar, en Domchev beëindigde het toernooi zelfs zonder minnetje. Ook in zijn partij tegen Ndjofang kreeg Domchev wat nadeel. Maar de remise is hier niet moeilijk meer en vanuit de diagramstand deed Domchev het zo:
46... 12-18 47. 23x12 11-17 48. 12x21 16x27 49. 48-42 22-28
Zwart heeft een schijf geofferd, maar wit kan onmogelijk winnen. Er zit niet eens een plusje in. Met killer is deze stand echter gewonnen. Wit speelt dan:
50. 42-38! 27-31 51. 37-32! 28x37 52. 38-32 37x28 53. 26x37 28-33 54. 37-32 met een fraaie slotstand:
Deze stand maakt nog eens duidelijk hoe belangrijk de oppositie bij killer is. Als wit aan zet was, stond zwart gewonnen. Maar zwart is aan zet, en de doorbraak kost hem een schijf. Zwart verliest.
Dit laatste laat nog eens zien dat killer, meer dan het huidige dammen (althans op topniveau), een strategisch spel is. In het huidige dammen komt een strategische overwinning in een partij tussen twee grootmeesters bijna niet meer voor. Als er al een beslissing valt,is dit vaak terug te voeren op een blunder, al dan niet in tijdnood. Met een principiële klassieke partij, of bijv. een halve hekstelling, is het vrijwel onmogelijk zoveel voordeel te behalen dat een collega-grootmeester onder de druk bezwijkt. Bij killer is dit anders. Een partijopzet als die van Domchev (veel ruiltjes, waarbij licht nadeel voor lief wordt genomen) wordt bij killer genadeloos afgestraft. Misschien is dit wel een wezenlijker verschil tussen killer en het huidige dammen dan alle veranderingen in het eindspel: bij killer gaat het om strategie (en reken- en taxatievermogen, dat ook!), en een relatief klein nadeel in een uitgedunde stand kan al funest zijn. Wat dat betreft kan ook bijv. klassiek (mits goed gespeeld uiteraard) bij killer een machtig wapen zijn in een poging een collega-grootmeester te verslaan.
Tot slot twee opgaven. Dit keer (tamelijk pittige!) standen om te taxeren / door te rekenen, wederom met dank aan Tjalling en Rein.
Opgave 1:
Wit aan zet. Uitslag?
Opgave 2:
Koeperman – Shchegolev (WK, 1965)
Wit aan zet. Uitslag?
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Hoofdstuk 5
In het vorige hoofdstuk zagen we het belang van oppositie. In dit hoofdstuk vervolgen we dit thema, en we maken het iets moeilijker. We bekijken twee standen eens nauwkeuriger. De eerste stand:
Deze stand, uit een partij Shchegolev – Sijbrands, is ook weer door Rein Halbersma aangereikt. Wit aan zet staat 2 tempi voor, met na 37-32-27 nog eens 2 tempi erbij. Dat leidt tot een 3-om-3 met 4 tempi meer en de oppositie mee. Dat is gemakkelijk gewonnen.
Spannender is het wanneer in de diagramstand zwart aan zet zou zijn. Wit heeft slechts 1 tempo meer, maar de oppositie mee. Na 22-27 kan wit de zwarte schijf op 27 eenvoudig afruilen door resp. 48-42, 37-31 en 42-37 te spelen, waarna het witte tempovoordeel voldoende is voor de winst. Het hardnekkigste verweer heeft zwart in de diagramstand met 1... 22-28. De winst voor wit is nu even simpel als verbluffend, namelijk 36-31!! En op de volgende zet 31-27! Wit houdt met 27 en 29 de geïsoleerde voorpost in bedwang en speelt de schijven 37 (naar 26) en 48 (naar 25) er mooi omheen. Zwart moet dan een schijf offeren en verliest. Een fraai staaltje van oppositie!
Nu een tweede voorbeeld van oppositie, en even fraai. Dit keer van het WK 2011, de partij uit de tweede ronde tussen Allan Silva (wit) en Mourodoullo Amrillaev (zwart). Amrillaev speelde een sterk toernooi, en hij eindigde op de tweede plaats met een score van 23 punten uit 19 partijen. Het resultaat van 15 remises en 4 overwinningen. Opmerkelijk is dat in maar liefst 11 van zijn 15 remisepartijen de remise uiterlijk op de 47ste zet overeen werd gekomen; vaak zelfs op de 40e of 41e zet. Slechts in 6 van zijn 19 partijen was hij na de tijdscontrole (de 50e zet) nog bezig. Was er volgens de killer-regels gespeeld, dan had hij ongetwijfeld meer moeten laten zien, bijv. in die partij tegen Silva. Na de 47e zet van zwart (11-17) stond het zo:
Hier kwamen de spelers remise overeen. Wie hier 3 seconden naar kijkt, vermoedt misschien dat wit aan zet (Silva dus) iets minder staat. De zwarte schijf op 33 staat daar maar lastig! Wie hier iets langer naar kijkt, bijvoorbeeld 3 minuten, bemerkt al snel dat er iets anders aan de hand is, wat veel belangrijker is: wit aan zet heeft de oppositie mee!
In deze stand kan volgen: 1. 31-26! (want na bijv. 30-24 17-21! dreigen er allerlei ruiltjes, waarmee zwart de oppositie precies zou omkeren) 15-20 2. 32-27! (consequent: 16 en 17 staan nu keurig in oppositie). En nu 2... 9-14 (sterker dan 9-13, omdat de schijf op 25 straks moet worden tegengehouden). 3. 30-25 20-24 (gedwongen) 4. 34-29 24-30 5. 29x38!! De schijfwinst is in dit geval belangrijker dan het feit dat zwart doorbreekt; wit breekt immers ook door! Zwart is eerder op dam, en kan dat verloren schijfje weer terugwinnen: 5... 30-34 6. 38-33 34-40 7. 33-29 40-44 8. 29-24 44-50 9. 24-20 14-19 10. 20-15 19-24 11. 15-10 50-45. Nu staat het zo:
Zwart heeft het goed voor elkaar, lijkt het. Wanneer wit hier 12. 10-5 speelt, is het remise: 12... 24-30 13. 25x34 45x36 14. 5-28 en nu is bijv. 17-21 gevolgd door 36-22 remise (meteen 36-22, met op 28-50 16-21 kan trouwens ook). In de diagramstand moet wit de plusschijf teruggeven, maar hij kan wel kiezen hoe hij dat doet...
12. 27-21! 16x27 13. 10-4! 27-32 14. 4-10! 32-38 15. 10-15 (zwart mag in geen geval de gelegenheid krijgen tot een ruiltje met 24-30, voorafgegaan door 17-21 en/of 38-42). En nu heeft zwart last van de losse schijven, want na 15... 45-29 16. 15-4! dreigt er van alles. Er kan bijv. nog volgen: 16... 29-45 (op 29-40 of 29-23 volgt 4-36! en ook dan verliest zwart een schijf) 17. 4-13! 24-29 18. 13-8! (niet meteen 13-27?? Wegens 17-22) 17-22 19. 8-21! en wit wint een schijf. Zwart heeft geen enkele mogelijkheid de schijf terug te winnen en kan opgeven.
De slotstand uit de partij Silva – Amrillaev laat een aantal dingen zien die belangrijk zijn bij killer:
1) oppositie! (want doordat de oppositie meezit, komt wit een schijf voor!);
2) het belang van schijfwinst! (een schijf voorsprong is bijna altijd gewonnen; de zwarte strategie na de 5e zet richt zich daarom op het terugwinnen van de schijf;
3) de kwetsbaarheid van losse schijven! (zwart verliest uiteindelijk doordat zijn ene dam niet drie schijven tegelijk kan verdedigen).
Overigens: Men hoort wel eens zeggen dat killer de zwakkere speler minder kansen geeft. Misschien zit daar wel een kern van waarheid in. Maar... in dit geval zou dus juist de zwakkere speler (Silva) de kans hebben gekregen om de sterkere speler (Amrillaev) te verslaan! (In het toernooi bleek Amrillaev niet te verslaan, niet door Silva en evenmin door iemand anders. Net als Domchev kwam Amrillaev geen enkele keer in gevaar, en hij sloot het toernooi af zonder nederlaag of zelfs maar een minnetje.)
In het vorige hoofdstuk zagen we het belang van oppositie. In dit hoofdstuk vervolgen we dit thema, en we maken het iets moeilijker. We bekijken twee standen eens nauwkeuriger. De eerste stand:
Deze stand, uit een partij Shchegolev – Sijbrands, is ook weer door Rein Halbersma aangereikt. Wit aan zet staat 2 tempi voor, met na 37-32-27 nog eens 2 tempi erbij. Dat leidt tot een 3-om-3 met 4 tempi meer en de oppositie mee. Dat is gemakkelijk gewonnen.
Spannender is het wanneer in de diagramstand zwart aan zet zou zijn. Wit heeft slechts 1 tempo meer, maar de oppositie mee. Na 22-27 kan wit de zwarte schijf op 27 eenvoudig afruilen door resp. 48-42, 37-31 en 42-37 te spelen, waarna het witte tempovoordeel voldoende is voor de winst. Het hardnekkigste verweer heeft zwart in de diagramstand met 1... 22-28. De winst voor wit is nu even simpel als verbluffend, namelijk 36-31!! En op de volgende zet 31-27! Wit houdt met 27 en 29 de geïsoleerde voorpost in bedwang en speelt de schijven 37 (naar 26) en 48 (naar 25) er mooi omheen. Zwart moet dan een schijf offeren en verliest. Een fraai staaltje van oppositie!
Nu een tweede voorbeeld van oppositie, en even fraai. Dit keer van het WK 2011, de partij uit de tweede ronde tussen Allan Silva (wit) en Mourodoullo Amrillaev (zwart). Amrillaev speelde een sterk toernooi, en hij eindigde op de tweede plaats met een score van 23 punten uit 19 partijen. Het resultaat van 15 remises en 4 overwinningen. Opmerkelijk is dat in maar liefst 11 van zijn 15 remisepartijen de remise uiterlijk op de 47ste zet overeen werd gekomen; vaak zelfs op de 40e of 41e zet. Slechts in 6 van zijn 19 partijen was hij na de tijdscontrole (de 50e zet) nog bezig. Was er volgens de killer-regels gespeeld, dan had hij ongetwijfeld meer moeten laten zien, bijv. in die partij tegen Silva. Na de 47e zet van zwart (11-17) stond het zo:
Hier kwamen de spelers remise overeen. Wie hier 3 seconden naar kijkt, vermoedt misschien dat wit aan zet (Silva dus) iets minder staat. De zwarte schijf op 33 staat daar maar lastig! Wie hier iets langer naar kijkt, bijvoorbeeld 3 minuten, bemerkt al snel dat er iets anders aan de hand is, wat veel belangrijker is: wit aan zet heeft de oppositie mee!
In deze stand kan volgen: 1. 31-26! (want na bijv. 30-24 17-21! dreigen er allerlei ruiltjes, waarmee zwart de oppositie precies zou omkeren) 15-20 2. 32-27! (consequent: 16 en 17 staan nu keurig in oppositie). En nu 2... 9-14 (sterker dan 9-13, omdat de schijf op 25 straks moet worden tegengehouden). 3. 30-25 20-24 (gedwongen) 4. 34-29 24-30 5. 29x38!! De schijfwinst is in dit geval belangrijker dan het feit dat zwart doorbreekt; wit breekt immers ook door! Zwart is eerder op dam, en kan dat verloren schijfje weer terugwinnen: 5... 30-34 6. 38-33 34-40 7. 33-29 40-44 8. 29-24 44-50 9. 24-20 14-19 10. 20-15 19-24 11. 15-10 50-45. Nu staat het zo:
Zwart heeft het goed voor elkaar, lijkt het. Wanneer wit hier 12. 10-5 speelt, is het remise: 12... 24-30 13. 25x34 45x36 14. 5-28 en nu is bijv. 17-21 gevolgd door 36-22 remise (meteen 36-22, met op 28-50 16-21 kan trouwens ook). In de diagramstand moet wit de plusschijf teruggeven, maar hij kan wel kiezen hoe hij dat doet...
12. 27-21! 16x27 13. 10-4! 27-32 14. 4-10! 32-38 15. 10-15 (zwart mag in geen geval de gelegenheid krijgen tot een ruiltje met 24-30, voorafgegaan door 17-21 en/of 38-42). En nu heeft zwart last van de losse schijven, want na 15... 45-29 16. 15-4! dreigt er van alles. Er kan bijv. nog volgen: 16... 29-45 (op 29-40 of 29-23 volgt 4-36! en ook dan verliest zwart een schijf) 17. 4-13! 24-29 18. 13-8! (niet meteen 13-27?? Wegens 17-22) 17-22 19. 8-21! en wit wint een schijf. Zwart heeft geen enkele mogelijkheid de schijf terug te winnen en kan opgeven.
De slotstand uit de partij Silva – Amrillaev laat een aantal dingen zien die belangrijk zijn bij killer:
1) oppositie! (want doordat de oppositie meezit, komt wit een schijf voor!);
2) het belang van schijfwinst! (een schijf voorsprong is bijna altijd gewonnen; de zwarte strategie na de 5e zet richt zich daarom op het terugwinnen van de schijf;
3) de kwetsbaarheid van losse schijven! (zwart verliest uiteindelijk doordat zijn ene dam niet drie schijven tegelijk kan verdedigen).
Overigens: Men hoort wel eens zeggen dat killer de zwakkere speler minder kansen geeft. Misschien zit daar wel een kern van waarheid in. Maar... in dit geval zou dus juist de zwakkere speler (Silva) de kans hebben gekregen om de sterkere speler (Amrillaev) te verslaan! (In het toernooi bleek Amrillaev niet te verslaan, niet door Silva en evenmin door iemand anders. Net als Domchev kwam Amrillaev geen enkele keer in gevaar, en hij sloot het toernooi af zonder nederlaag of zelfs maar een minnetje.)
Re: initatief killer
Mooie curus, Piet, heel goed, ga zo door!
Leuke link op de Arena
http://www.mindsports.nl/index.php/on-t ... s-variants
U kunt zelf ervaring opdoen met killer draughts op de Arena. Wie durft?
Op onderstaande site kunt u zich registreren en daarna tegenstanders uitdagen.
http://www.mindsports.nl/index.php/players-section
Leuke link op de Arena
http://www.mindsports.nl/index.php/on-t ... s-variants
U kunt zelf ervaring opdoen met killer draughts op de Arena. Wie durft?
Op onderstaande site kunt u zich registreren en daarna tegenstanders uitdagen.
http://www.mindsports.nl/index.php/players-section
Heaven is no location, but a state of mind
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
Hoofdstuk 6
Met killer kun je de vuistregel hanteren dat een voorsprong van één schijf voldoende is voor de winst. Maar dit is geen absolute wetmatigheid; uiteraard zijn er tal van uitzonderingen, al is het maar omdat je een verloren schijf soms kunt terugwinnen. Dit keer drie praktijkstanden, alledrie uit de zevende ronde van het WK 2011.
We beginnen met de partij Artykow-Silva. Na de 59e zet van zwart (43-48) stond het zo:
Artykow had nog een vage hoop op een plusje, en vanuit deze stand werd nog een paar zetten doorgespeeld. Maar een plusje zit er niet in. En... ook met killer is dit remise! Wit staat een gezonde schijf voor, maar de schijf op 4 staat daar erg sterk. De witte schijf op 15 kan niet doorlopen. En de andere witte schijf bij nader inzien ook niet, want zwart speelt als volgende zet bijv. 48-26, en zodra wit 25-20 speelt volgt altijd 26-3.
Uit diezelfde ronde de partij Mogilianski – Dul. De stand na de 51e zet van wit:
Deze stand is remise. Voor zwart aan zet valt er niets meer te halen. De doorbraak kost wit weliswaar een schijf, maar wit is eerder op dam en kan de schijf makkelijk terugwinnen. Bijvoorbeeld:
1... 2-7 2. 27-21 7-12 3. 21-16 14-20 4. 26-21 17x26 5. 16-11 26-31 6. 11-6 31-37 7. 6-1 12-17 en nu kan wit op verschillende manieren remise maken, bijv. met 8. 34-30 37-42 9. 1-45 en de dreiging 30-24 geeft een onmiddellijke remise.
We blijven bij de zevende ronde van het WK. De partij Seck-Boomstra. Hier werd remise gegeven in de volgende stand:
Met killer moet hier nog even gerekend worden. Wat is belangrijker: dat wit een schijf voor staat of dat zwart eerder op dam is? Het eerste, want ook wit haalt een dam en zwart moet die schijf eerst nog maar terug zien te winnen... Dat lukt, maar met enige moeite:
1. 37-32 31-36 2. 24-19 (moet wel, anders zet zwart die schijf vast met 10-14) 10-14 3. 19x10 15x4. En nu lukt het wit niet om zijn drie schijven te houden. Bijvoorbeeld: 4. 32-27 36-41 5. 27-22 41-46 6. 22-18 (want op 22-17 volgt 46-32-28 met remise) 46-19 7. 18-12 19-2, en doordat zwart nu met schijf 4 kan gaan lopen (en als wit 21 betreedt over de beweging 2-16-2 beschikt), kan hij altijd afwikkelen naar een 2-om-2 met remise.
De zevende ronde van het WK was de (enige) ronde die eindigde zonder overwinning en zelfs zonder plusje (al was Valneris er wel heel dichtbij, bij dat plusje). Het is natuurlijk volslagen onzin om na te gaan hoe de uitslagen met killer zouden zijn geweest, want met killer zouden de spelers wellicht gekozen hebben voor een andere partijopzet, of naar een ander eindspel hebben toegewerkt. Maar áls we de slotstanden met killer bekijken, dan resulteert het volgende:
4 overwinningen (de slotstanden zijn stuk voor stuk duidelijk)
3 remises (zie hierboven)
3 partijen (met o.a. Amrillaev, Domchev en Virny) waarin al op de 40e zet remise overeen werd gekomen, en waarin met killer nog van alles had kunnen gebeuren.
Conclusies vallen er niet uit te trekken, er werd immers niet met de killer-regels gespeeld, maar het is goed mogelijk dat met killer ongeveer de helft van de partijen zou zijn geëindigd met een overwinning.
Of toch één conclusie: met uitzondering van de drie standen waarin de remise al op de 40e zet vaststond, zijn alle andere slotstanden (dus van de zeven overige partijen) prima door te rekenen, en geen van alle leveren ze een eindeloos eindspel op. Seck - Boomstra is het enige 'moeilijke' eindspel, maar ik vermoed dat Boomstra de remise zonder problemen had gevonden.
Met killer kun je de vuistregel hanteren dat een voorsprong van één schijf voldoende is voor de winst. Maar dit is geen absolute wetmatigheid; uiteraard zijn er tal van uitzonderingen, al is het maar omdat je een verloren schijf soms kunt terugwinnen. Dit keer drie praktijkstanden, alledrie uit de zevende ronde van het WK 2011.
We beginnen met de partij Artykow-Silva. Na de 59e zet van zwart (43-48) stond het zo:
Artykow had nog een vage hoop op een plusje, en vanuit deze stand werd nog een paar zetten doorgespeeld. Maar een plusje zit er niet in. En... ook met killer is dit remise! Wit staat een gezonde schijf voor, maar de schijf op 4 staat daar erg sterk. De witte schijf op 15 kan niet doorlopen. En de andere witte schijf bij nader inzien ook niet, want zwart speelt als volgende zet bijv. 48-26, en zodra wit 25-20 speelt volgt altijd 26-3.
Uit diezelfde ronde de partij Mogilianski – Dul. De stand na de 51e zet van wit:
Deze stand is remise. Voor zwart aan zet valt er niets meer te halen. De doorbraak kost wit weliswaar een schijf, maar wit is eerder op dam en kan de schijf makkelijk terugwinnen. Bijvoorbeeld:
1... 2-7 2. 27-21 7-12 3. 21-16 14-20 4. 26-21 17x26 5. 16-11 26-31 6. 11-6 31-37 7. 6-1 12-17 en nu kan wit op verschillende manieren remise maken, bijv. met 8. 34-30 37-42 9. 1-45 en de dreiging 30-24 geeft een onmiddellijke remise.
We blijven bij de zevende ronde van het WK. De partij Seck-Boomstra. Hier werd remise gegeven in de volgende stand:
Met killer moet hier nog even gerekend worden. Wat is belangrijker: dat wit een schijf voor staat of dat zwart eerder op dam is? Het eerste, want ook wit haalt een dam en zwart moet die schijf eerst nog maar terug zien te winnen... Dat lukt, maar met enige moeite:
1. 37-32 31-36 2. 24-19 (moet wel, anders zet zwart die schijf vast met 10-14) 10-14 3. 19x10 15x4. En nu lukt het wit niet om zijn drie schijven te houden. Bijvoorbeeld: 4. 32-27 36-41 5. 27-22 41-46 6. 22-18 (want op 22-17 volgt 46-32-28 met remise) 46-19 7. 18-12 19-2, en doordat zwart nu met schijf 4 kan gaan lopen (en als wit 21 betreedt over de beweging 2-16-2 beschikt), kan hij altijd afwikkelen naar een 2-om-2 met remise.
De zevende ronde van het WK was de (enige) ronde die eindigde zonder overwinning en zelfs zonder plusje (al was Valneris er wel heel dichtbij, bij dat plusje). Het is natuurlijk volslagen onzin om na te gaan hoe de uitslagen met killer zouden zijn geweest, want met killer zouden de spelers wellicht gekozen hebben voor een andere partijopzet, of naar een ander eindspel hebben toegewerkt. Maar áls we de slotstanden met killer bekijken, dan resulteert het volgende:
4 overwinningen (de slotstanden zijn stuk voor stuk duidelijk)
3 remises (zie hierboven)
3 partijen (met o.a. Amrillaev, Domchev en Virny) waarin al op de 40e zet remise overeen werd gekomen, en waarin met killer nog van alles had kunnen gebeuren.
Conclusies vallen er niet uit te trekken, er werd immers niet met de killer-regels gespeeld, maar het is goed mogelijk dat met killer ongeveer de helft van de partijen zou zijn geëindigd met een overwinning.
Of toch één conclusie: met uitzondering van de drie standen waarin de remise al op de 40e zet vaststond, zijn alle andere slotstanden (dus van de zeven overige partijen) prima door te rekenen, en geen van alle leveren ze een eindeloos eindspel op. Seck - Boomstra is het enige 'moeilijke' eindspel, maar ik vermoed dat Boomstra de remise zonder problemen had gevonden.
-
- Posts: 331
- Joined: Sat Aug 07, 2004 19:00
Re: initatief killer
...
Last edited by pietervdvorm on Thu Jul 14, 2011 23:50, edited 1 time in total.
Re: initatief killer
Het is inderdaad beslissend. Voor zwart. Na (4-9) 27-21 (7-12) 38-32 winnen zowel 19-23 als 19-24.pietervdvorm wrote:
Stand na 47. 31-27. Zwart aan zet.
In de diagramstand speelde zwart echter 47... 4-9?. Ik vermoed dat Amrillaev de volgende truc van Seck volkomen over het hoofd heeft gezien: 48. 27-21! 7-12 49. 38-32!! Met killer zou deze fraaie manoeuvre beslissend zijn, want na 32-27 staat wit maar liefst zeven tempi voor.
Lasst die Maschinen verhungern, Ihr Narren...
Lasst sie verrecken!
Schlagt sie tot -- die Maschinen!
Lasst sie verrecken!
Schlagt sie tot -- die Maschinen!
Re: initatief killer
Correctpietervdvorm wrote:
De spelers lijken te willen laten zien hoe killer werkt, in elk geval spelen ze heel precies. Wit kan hier zo’n beetje alles spelen, maar na bijv. 42-37 31x42 38x47 heeft hij het tempo tegen. In het huidige dammen is dat een klein beetje vervelend, omdat je dan een uur langer achter het bord zit om een minnetje af te wenden. Bij killer is 42-37 niet een klein beetje vervelend maar verliezend.
En hier is 44-39 (31-36) 42-37 (19-24) 39-34 (24-30) 34x25 (35-40) veel beter, zelfs winnend. Zwart heeft alleen maar randschijven, wit een heleboel hout midden op het bord.Dus:
46. 44-39 16-21
Toch maar eens Dragon met killer databases gaan gebruiken, Pieter?
Lasst die Maschinen verhungern, Ihr Narren...
Lasst sie verrecken!
Schlagt sie tot -- die Maschinen!
Lasst sie verrecken!
Schlagt sie tot -- die Maschinen!