[img]images/smilies/icon_eek.gif[/img]Kosmos wrote:Ongelofelijk, alsof de Kosmos ermee speelt!hansie wrote:ja klopt menno
De Match Sijbrands - Wiersma
Helemaal mee eens! [img]images/smilies/icon_wink.gif[/img]Urker wrote:Gewoon toeval, meer niet
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
de Volkskrant, 31 december 2005
Dodelijke omsingeling van piepjonge Wiersma
Ton Sijbrands
Vierenhalf jaar geleden besprak ik in twee achtereenvolgende rubrieken de legendarische overwinning die Jan Bom in het NK 1967 op Harm Wiersma boekte. Die terugblik sloot ik in de krant van 2 juni 2001 met de volgende woorden af:
'Een prachtige winst. En de beste reclame voor het half-open klassiek die men zich maar denken kan! Het kan dan ook nauwelijks toeval zijn dat Harm Wiersma slechts twee maanden later de door Bom gepropageerde speelwijze in zijn eigen wapenarsenaal opnam, om er vervolgens een (dam-)leven lang aan trouw te blijven!'
<center>
Harm Wiersma
Hoogezand-Sappemeer, 9 mei 1967
</center>
Hoe snel Wiersma - die destijds nog maar 13 jaar oud was! - leerde van de misschien pijnlijke maar bovenal wijze les die hij van Bom had gekregen, bleek toen hij in het Brinta-toernooi niemand minder dan Koeperman met hondsbrutaal openingsspel confronteerde.
Resultaat: al na 16 zetten (1.31-27 17-21 2.33-28 21-26 3.39-33 19-23 4.28x19 14x23 5.44-39 10-14 6.34-30 14-19 7.30-25 20-24 8.50-44 5-10 9.40-34 10-14 10.33-29!? 24x33 11.38x29 12-17 12.35-30!? 8-12 13.45-40!? 2-8 14.40-35 17-21 15.39-33 12-17 16.44-39) besloot Koeperman een principiële botsing uit de weg te gaan.
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361321338.png">
De wereldkampioen koos voor het defensief (16...18-22 17.27x18 23x12) en verklaarde na afloop blij te zijn met het ene punt dat hij aan de partij had overgehouden!
Datzelfde jaar zou Wiersma op zijn verkenningstocht in het half-open klassieke speltype twee nieuwe slachtoffers-van-naam maken. Zo versloeg hij in september 1967 Cees Varkevisser. Maar nog veel fraaier was de partij die Wiersma op de slotdag van de clubcompetitie won van Jan Metz, de zevenvoudige NK-finalist uit de jaren 1937-1952.
In dit hoogstaande duel leek de beoogde omsingeling aanvankelijk niet uit de verf te komen. Dat kwam doordat een vijandelijke actie tegen schijf 24 Wiersma noopte veld 23 te bezetten en het spel een gesloten karakter te geven. Maar toen Metz de zwarte centrumschijf net iets te vroeg afruilde, kreeg Wiersma alsnog de gelegenheid een dodelijke omsingeling in te zetten. Met behulp van een drietal tactische finesses beslechtte de piepjonge Fries het pleit in zijn voordeel.
Metz - Wiersma
Clubcompetitie 1967
1.32-28 20-24 2.34-30 18-23 3.40-34 23x32 4.37x28 12-18 5.30-25 7-12 6.41-37 17-21 7.37-32 21-26 8.44-40 26x37 9.42x31 16-21 10.31-26 12-17 11.36-31 18-22 12.31-27 22x31 13.26x37 13-18 14.50-44 1-7 15.46-41 7-12 16.47-42 8-13 17.41-36 21-27 18.32x21 17x26 19.37-32 12-17
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361323217.png">
20.34-29
Ziet af van pogingen zwarts topzware linkervleugel vast te houden. Maar daarmee is niet gezegd dat 20.42-37 (20...18-22! annex 11-16-21!) beter was geweest.
20...11-16 21.29x20 15x24 22.40-34 16-21 23.44-40 6-11 24.34-29 10-15 25.29x20 15x24 26.40-34 5-10 27.34-29 10-15 28.29x20 15x24 29.45-40 11-16 30.40-34 18-23 31.34-29 23x34 32.39x30 13-18 33.43-39 18-23 34.39-34 9-13 35.36-31 26x37 36.42x31 13-18 37.31-27 2-8 38.48-42 8-13
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361324668.png">
39.34-29?
Wit had eerst 39.42-37! moeten doen, bijvoorbeeld 39...3-9? 40.49-44! 4-10? 41.27-22!! gevolgd door 42.34-29 en 43.30x39.
39...23x34 40.30x39 3-9!!
Om 41.27-22 en 42.42-37 met het tegenoffer 42...27-31! 43.37x26 13-18 + te kunnen beantwoorden.
41.49-44 18-22!! 42.27x18 13x22
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361325863.png">
43.44-40
43.39-34? was uitgeschakeld door 43...21-27! en 9-13-18 +.
43...9-13! 44.40-34
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361326678.png">
Opnieuw geen keus: op 43.39-34 beslist 43...24-30! en na het slaan 46...14-20!, 47...4-9, 48...21-26 en 49...16x47 +.
44...14-20!
Ziedaar de derde finesse waarop ik in de inleiding doelde.
45.25x23 24-29 46.33x24 22x44
Met winnende doorbraak naar dam. Na nog vier zetten (47.23-19 13-18 48.19-14 44-49 49.34-29 21-27 50.32x23 49x5) gaf Metz het dan ook op.
Copyright: Sijbrands, T.
Dodelijke omsingeling van piepjonge Wiersma
Ton Sijbrands
Vierenhalf jaar geleden besprak ik in twee achtereenvolgende rubrieken de legendarische overwinning die Jan Bom in het NK 1967 op Harm Wiersma boekte. Die terugblik sloot ik in de krant van 2 juni 2001 met de volgende woorden af:
'Een prachtige winst. En de beste reclame voor het half-open klassiek die men zich maar denken kan! Het kan dan ook nauwelijks toeval zijn dat Harm Wiersma slechts twee maanden later de door Bom gepropageerde speelwijze in zijn eigen wapenarsenaal opnam, om er vervolgens een (dam-)leven lang aan trouw te blijven!'
<center>
Harm Wiersma
Hoogezand-Sappemeer, 9 mei 1967
</center>
Hoe snel Wiersma - die destijds nog maar 13 jaar oud was! - leerde van de misschien pijnlijke maar bovenal wijze les die hij van Bom had gekregen, bleek toen hij in het Brinta-toernooi niemand minder dan Koeperman met hondsbrutaal openingsspel confronteerde.
Resultaat: al na 16 zetten (1.31-27 17-21 2.33-28 21-26 3.39-33 19-23 4.28x19 14x23 5.44-39 10-14 6.34-30 14-19 7.30-25 20-24 8.50-44 5-10 9.40-34 10-14 10.33-29!? 24x33 11.38x29 12-17 12.35-30!? 8-12 13.45-40!? 2-8 14.40-35 17-21 15.39-33 12-17 16.44-39) besloot Koeperman een principiële botsing uit de weg te gaan.
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361321338.png">
De wereldkampioen koos voor het defensief (16...18-22 17.27x18 23x12) en verklaarde na afloop blij te zijn met het ene punt dat hij aan de partij had overgehouden!
Datzelfde jaar zou Wiersma op zijn verkenningstocht in het half-open klassieke speltype twee nieuwe slachtoffers-van-naam maken. Zo versloeg hij in september 1967 Cees Varkevisser. Maar nog veel fraaier was de partij die Wiersma op de slotdag van de clubcompetitie won van Jan Metz, de zevenvoudige NK-finalist uit de jaren 1937-1952.
In dit hoogstaande duel leek de beoogde omsingeling aanvankelijk niet uit de verf te komen. Dat kwam doordat een vijandelijke actie tegen schijf 24 Wiersma noopte veld 23 te bezetten en het spel een gesloten karakter te geven. Maar toen Metz de zwarte centrumschijf net iets te vroeg afruilde, kreeg Wiersma alsnog de gelegenheid een dodelijke omsingeling in te zetten. Met behulp van een drietal tactische finesses beslechtte de piepjonge Fries het pleit in zijn voordeel.
Metz - Wiersma
Clubcompetitie 1967
1.32-28 20-24 2.34-30 18-23 3.40-34 23x32 4.37x28 12-18 5.30-25 7-12 6.41-37 17-21 7.37-32 21-26 8.44-40 26x37 9.42x31 16-21 10.31-26 12-17 11.36-31 18-22 12.31-27 22x31 13.26x37 13-18 14.50-44 1-7 15.46-41 7-12 16.47-42 8-13 17.41-36 21-27 18.32x21 17x26 19.37-32 12-17
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361323217.png">
20.34-29
Ziet af van pogingen zwarts topzware linkervleugel vast te houden. Maar daarmee is niet gezegd dat 20.42-37 (20...18-22! annex 11-16-21!) beter was geweest.
20...11-16 21.29x20 15x24 22.40-34 16-21 23.44-40 6-11 24.34-29 10-15 25.29x20 15x24 26.40-34 5-10 27.34-29 10-15 28.29x20 15x24 29.45-40 11-16 30.40-34 18-23 31.34-29 23x34 32.39x30 13-18 33.43-39 18-23 34.39-34 9-13 35.36-31 26x37 36.42x31 13-18 37.31-27 2-8 38.48-42 8-13
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361324668.png">
39.34-29?
Wit had eerst 39.42-37! moeten doen, bijvoorbeeld 39...3-9? 40.49-44! 4-10? 41.27-22!! gevolgd door 42.34-29 en 43.30x39.
39...23x34 40.30x39 3-9!!
Om 41.27-22 en 42.42-37 met het tegenoffer 42...27-31! 43.37x26 13-18 + te kunnen beantwoorden.
41.49-44 18-22!! 42.27x18 13x22
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361325863.png">
43.44-40
43.39-34? was uitgeschakeld door 43...21-27! en 9-13-18 +.
43...9-13! 44.40-34
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361326678.png">
Opnieuw geen keus: op 43.39-34 beslist 43...24-30! en na het slaan 46...14-20!, 47...4-9, 48...21-26 en 49...16x47 +.
44...14-20!
Ziedaar de derde finesse waarop ik in de inleiding doelde.
45.25x23 24-29 46.33x24 22x44
Met winnende doorbraak naar dam. Na nog vier zetten (47.23-19 13-18 48.19-14 44-49 49.34-29 21-27 50.32x23 49x5) gaf Metz het dan ook op.
Copyright: Sijbrands, T.
de Volkskrant, Denksport, 26 mei 2001
Ongeëvenaarde winstvoering
Ton Sijbrands
Ooit werd internationaal meester Jan Bom, de onlangs op 86-jarige leeftijd overleden oud-kampioen van Nederland (1941), door de redactie van een vaktijdschrift gevraagd een bijdrage te leveren in de serie 'Mijn meest gedenkwaardige partij'. Bom, die graag aan het verzoek voldeed, koos als onderwerp van zijn artikel een partij die hij in het seizoen 1939/1940 tegen Jac. Druijf jr. gespeeld had; de Volkskrant-lezers hebben dit duel vorige week kunnen bewonderen.
Toch is het niet de partij tegen Druijf waarmee Jan Bom in de damgeschiedenis zal voortleven. Nee - zijn meest aansprekende prestatie leverde Bom pas zo'n 27 jaar later, toen hij in de vijfde ronde van het Nederlands kampioenschap 1967 niemand minder dan Harm Wiersma, die op dat moment met 8 uit 4(!!) aan de leiding ging, een nederlaag toebracht.
Elke zichzelf respecterende dammer weet onmiddellijk waar ik het over heb. Want de ronduit schitterende manier waarop Bom in zijn favoriete speltype: het half-open klassiek, de omsingeling van Wiersma's centrum bekroonde, staat menigeen op het netvlies gegrift. En dat niet alleen: zelfs heden ten dage is Boms winstvoering nog altijd uniek!
Hoewel ik Wiersma-Bom 1967 wel vaker heb besproken, is het pas de afgelopen weken dat ik mij voor het eerst werkelijk in deze historische partij verdiept heb. Dat deed ik vooral ten behoeve van de later dit jaar te verschijnen biografie Jan Bom - dammer, een uitgave die onder redactie staat van voormalig FMJD-voorzitter Wouter van Beek (die óók Boms schoonzoon is) en ondergetekende, maar waaraan onder meer ook door Boms generatiegenoot Piet Roozenburg wordt meegewerkt.
Bij die grondige revisie stuitte ik op veel, vaak mooie varianten, die mij soms tot geheel nieuwe inzichten brachten. In deze èn de volgende rubriek zal ik een tipje van de sluier trachten op te lichten.
Wiersma - Bom
(NK 1967)
1.32-28 20-24 2.34-30 18-23 3.30-25 23x32 4.37x28 13-18 5.41-37 17-21 6.37-32 21-26 7.40-34 26x37 8.42x31 11-17 9.46-41 17-22?! 10.28x17 12x21
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361329384.png">
Het afruilen van 28 lijkt contra-productief (zwart verzwakt zijn rechter vleugel, zonder dat de witte linker vleugel aan kracht inboet) en is derhalve aanvechtbaar. Desondanks zal Bom, die overigens in vrijwel al zijn andere half-open klassieke partijen wel degelijk om het vijandelijke centrum heen speelde (9...17-21 of 8...16-21 enz.), glansrijk in zijn strategische opzet slagen.
11.41-37 21-26 12.47-42 7-12 13.31-27 1-7 14.44-40 7-11 15.33-28 11-17 16.39-33 17-22?! 17.28x17 12x21
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361330335.png">
Gaat verder op het eenmaal ingeslagen pad.
18.33-28 8-12 19.43-39 12-17 20.37-31?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361331839.png">
Deze fout doet de kansen keren. Na gewoon 20.39-33 9-13 21.34-30 enz. had wit voortreffelijk gestaan.
20...26x37 21.42x31 9-13 22.27-22
Dit zal niet Wiersma's bedoeling zijn geweest toen hij 20.37-31 speelde, anders had hij natuurlijk wel meteen 20.27-22 en 21.37-31 gedaan. Maar het is waar dat wit ook na 22.34-30 3-9(!!) tot 23.27-22 enz. had moeten overgaan, waarna hetzelfde soort spel als in de partij zou zijn ontstaan.
22...18x27 23.31x11 6x17! 24.36-31 13-18 25.31-27 2-8 26.39-33 8-13 27.34-30 4-9 28.50-44 18-22!
Zet de omsingeling van het witte centrum in.
29.27x18 13x22 30.44-39 3-8(?)
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361333222.png">
In eerdere publicaties gaf ik deze zet een uitroepteken, maar dat blijkt bij nadere beschouwing onterecht. Ofschoon 30...3-8 er veelbelovend uitziet (zwart rukt met 3 naar 12 op om de opstoot 21-27x27 te plaatsen), is de tekstzet niet de allersterkste. Waar het namelijk om gaat, is dat wit 21-27x27 kan verhinderen. En wanneer zwart dan verplicht wordt een opstelling met 12-18 in te nemen, blijkt - in veel varianten althans - dat schijf 9 beter op veld 3 had kunnen staan!
Daarom moest Bom mijns inziens 30...21-26! 31.48-42 9-13! doen. Waarom zwart dan in alle varianten gewonnen had gestaan, zal ik volgende week laten zien.
31.48-42 8-12 32.42-37(?)
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361334074.png">
Maar hierna staat wit opnieuw verloren, en een herkansing zal hij ditmaal niet krijgen. Wiersma hàd 32.39-34(!) moeten spelen. Besluit zwart ook dan tot 32...21-27 33.32x21 16x27, dan komt er na 34.25-20! 14x25 35.38-32 27x47 36.49-44!! (maar in plaats hiervan niet 36.49-43?; men ga dit na) 36...47x29 37.34x3 22x33 38.30x19 33-39 39.44x33 10-14 40.19x10 5x14 41.3x20 25x14 (41...15x24 42.33-29! enz. =) 42.33-28 17-21 43.28-22 21-26 44.40-34 een 4x4 eindspel op het bord dat niet meer te winnen is.
Dit betekent dus dat zwart uitsluitend met 32...12-18 of 32...21-26 voluit op winst kan blijven spelen. Maar in beide gevallen zou de stand nog (net) in evenwicht zijn geweest, zoals ik volgende week aannemelijk hoop te maken.
32...21-27! 33.32x21 16x27
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361335003.png">
De beslissende overval. De manoeuvre 21-27x27 wordt primair gerechtvaardigd door de tactische wending 34.37-32 27-31 35.32-27 19-23!! +. Maar dat is nog lang niet de giftigste pijl die Bom op zijn boog heeft...
34.49-43
Wiersma, die inmiddels begrepen moet hebben dat hij verloren stond (anders had hij wel 34.39-34 gedaan om het na de tekstzet eveneens winnende 34...12-18 uit te schakelen), probeert er nog het beste van te maken. Maar Bom negeert de extra-mogelijkheid die hij door 34.49-43 in de schoot geworpen krijgt en besluit de werkelijke pointe van het zwarte spel uit te serveren:
34...24-29!! 35.33x4 22x31
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361336511.png">
Schitterend gespeeld: de opgesloten witte dam wordt altijd uitgevangen, waarna zwart zèlf doorbreekt naar dam! De manier waarop Bom naar de winst afwikkelt, dwingt des te meer bewondering af wanneer men bedenkt dat een dergelijke wending noch eerder, noch later in de wedstrijdpraktijk was en is voorgekomen!
36.4-18!?
Alleen zo kan wit nog vechten, zij het tevergeefs. Kennelijk zag Wiersma zoëven (nog) minder heil in de wanhoopsactie 34.39-34 24-29!! 35.33x4 22x31 36.25-20!? 14x25 37.34-29!? 25x23 38.4-18. Inderdaad kan zwart dan op meerdere manieren door overmacht winnen, maar de stand bevat óók een scherpe eindspelwinst die hier niet onvermeld mag blijven:
38...15-20!! 39.18x4 17-21!! (nog sterker dan 39...31-36 enz.) 40.4-15 5-10 41.15x4 12-18 42.4x22 27x18 43.35-30 31-37 44.30-24 37-41 45.24-20 41-46 46.40-34 21-27 47.49-43 27-31 48.43-38 31-36 49.20-15 (op 49.34-29 kan zowel 49...36-41 + als 49...46-37 50.20-15 36-41 51.38-32 37x40!! +) 49...46-5 50.34-29 36-41 51.29-23 5x43! (maar niet 51...5x49? wegens 52.45-40! 49x35 53.15-10 =) 52.15-10 43-27! en wit kan het opgeven!
36...12x23 37.25-20 14x34 38.40x18 10-14!
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361337643.png">
Om de partij op 39.18-13 middels het tegenoffer 39...14-19! 40.13x24 5-10! te beslissen.
39.35-30 31-36 40.30-24 36-41 41.18-13 41-47
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361338355.png">
Nog efficiënter (èn fraaier!) was 41...15-20(!!) 42.24x15 41-47!, waarna wit de dreiging 43...47-24 + niet met 43.13-8 kan pareren wegens 43...5-10!! +. Maar veel doet het er niet meer toe, daar zwart inmiddels huizenhoog gewonnen staat.
42.24-19 14x23 43.13-8 23-28 44.8-2 28-32 45.39-34 32-37
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361339314.png">
Zonder vrees voor de damvangst 46.43-38.
46.2-8 17-22 47.8-2 22-28
Idem.
48.2-11 28-32
In hevige tijdnood overzien beiden dat zwart de partij met 48...47-24 direct kon uitmaken.
49.11-2 27-31
Behalve met een substantiële materiële achterstand ziet de witspeler zich nu ook met de dreiging van drie of zelfs vier vijandelijke dammen geconfronteerd. Wiersma gaf het dan ook op.
Copyright: Sijbrands, T.
de Volkskrant, 2 juni 2001
Wiersma - Bom '67 bron van inspiratie
Ton Sijbrands
Vorige week kondigde ik al aan dat ik de kritieke fase van het legendarische duel dat wijlen Jan Bom in het Nederlands kampioenschap 1967 van Harm Wiersma won, nog eenmaal met u wou doornemen. Daarbij dient de eerste diagramstand als vertrekpunt.
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361342516.png">
Zo stond het na Wiersma's 30ste zet 44-39. Bom speelde 30...3-8 en zou slechts twee zetten later opnieuw, en ditmaal definitief, gewonnen komen te staan. Maar juist in die kortstondige fase tussen zwarts 30e en wits 32e zet, een fase die dus eigenlijk niet meer dan drie ply behelst, stond het heel even remise. Dat was althans wat ik vorige week beweerde en waarvoor ik hieronder de nodige bewijzen hoop aan te dragen.
Zoals gezegd had Bom, die mijns inziens wel degelijk een winnende centrumomsingeling in handen had, eerst 30...21-26! moeten spelen, om op 31.48-42 te vervolgen met 31...9-13!
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361344358.png">
Ziehier wat er in dat geval onder (veel) meer had kunnen gebeuren:
1) 32.39-34(?) 14-20! gevolgd door 33...24-29! en 35...13-18 enz. met ruimschoots winnende dam op 47.
2) 32.49-43 13-18! 33.39-34 16-21! en nu een eerste vertakking:
2.1) 34.42-37(?) 21-27! 35.32x23 15-20/3-9 enz. met dam annex vernietigende rondslag.
2.2) 34.34-29 21-27!! (ook nu) 35.32x23 15-20! (een even chique als efficiënte tempozet) 36.28x17 19x37 37.30x19 14x34 38.40x29 37-41 39.25x14 10x19 en zwart wint moeiteloos door overmacht.
3) 32.40-34 13-18 33.34-29 3-9 34.29x20 15x24 en nu:
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361345491.png">
3.1) 35.49-43(?) 18-23! 36.42-37 14-20!! 37.25x3 24-29! 38.33x13 22x31 39.3x21 16x49 +.
3.2) 35.42-37 18-23 36.39-34 16-21! (het is waar dat zwart hier meerdere mogelijkheden heeft, waaronder de afwikkeling 36...14-20 en 37...24-29 enz.) 37.49-43 (37.34-29 23x34 38.30x39 9-13 +) 37...26-31!! 38.37x26 9-13 +.
3.3) 35.39-34 16-21 (deze positie heeft zich, maar dan met verwisselde kleuren en zònder stukken op 49 en 5, voorgedaan in de fraaie sneldampartij Tsjizjov-Koifman 1992; zie ook de Volkskrant van 17 oktober 1992) 36.34-29 10-15 37.29x20 15x24.
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361346253.png">
Met de stand van het tweede diagram dient zich de laatste splitsing aan:
3.3.1) 38.42-37 18-23 39.49-43 26-31!! (weer deze offerwending) 40.37x26 9-13! 41.45-40 (de tactische tegenstoot 41.33-29 24x42 42.30-24, bekend van een competitiepartij Kuyken-Hooijberg 1975, faalt hier op 42...19x30! 43.28x8 42-48 +) 41...5-10! 42.40-34 10-15! en wit kan het opnieuw opgeven.
3.3.2) 38.49-43 (om op 26-31 terug te kunnen ruilen met 42-37x47) 38...5-10!! (subtiele temporisering) 39.45-40 22-27! (nu pas) 40.40-34 (40.42-37 18-23! 41.43-39* 27-31! enz. +) 40...26-31! 41.34-29 10-15 42.29x20 15x24 43.43-39 18-23 44.39-34 9-13! (het nauwkeurigst) 45.34-29 23x34 46.30x39 13-18! 47.39-34 18-23 48.34-30 (48.35-30 24x35 49.33-29 35-40 +) 48...31-36 49.42-37 27-31 50.37x26 36-41 en na bijvoorbeeld nog 51.28-22 17x37 52.26x17 41-47 kan wit zijn verzet staken.
3.3.3) 38.45-40 26-31! (zwart begeeft zich andermaal op weg naar het randveld 36) 39.40-34 31-36! (zonder vrees voor 40.34-29 36-41 41.29x20 9-13! 42.20x9 13x4 +) 40.42-37 5-10! (met de tactische pointe 41.34-29 10-15 42.29x20 15x24 43.28-23 19x39 44.30x10 9-14 45.10x19 18-23 46.19x28 22x31 +) 41.49-44 (op 41.49-43? volgt 41...21-27! met zowaar keuze tussen enerzijds 42...9-13 enz. + en anderzijds 42...10-15, 43...19x48 en 44...48x40!! enz. +) 41...10-15/21-26! 42.34-29 21-26/10-15! 43.29x20 15x24 44.44-39/40 18-23 45.39/40-34 9-13 46.32-27 (nog het beste) 46...23x43!! 47.27x29 43-48!
Ondanks een achterstand van twee schijven geeft het resterende eindspel nu geen problemen meer. Na 48.37-32 (want ook 48.25-20 48x31 49.33-28 verliest kansloos door 49...36-41 50.20-15 31-4 51.30-25 19-24! 52.29x20 41-46 +) 48...36-41 zou er immers nog kunnen volgen 49.33-28 41-46!! + (met als denkbare rondslagen 50.32-27 46x23 51.29x18 19-24 + dan wel 50.25-20 46-37! en 51...19-24 +; in plaats van damhalen op 46 echter onder geen beding 49...41-47? wegens 50.25-20!! en 51.30-25 =), of ook 49.32-27 41-47! (zonder vrees voor 50.33-28 47x15! 51.25-20 15x31/36 +) 50.27-21 19-23!! 51.21x12 23-28! 52.33x22 47x24!! 53.30x19 48x33 +.
Vanzelfsprekend zijn er nog veel meer mogelijkheden, maar de ruimte ontbreekt om die hier te behandelen. Ik neem echter aan dat de lezer zich inmiddels moeiteloos kan voorstellen dat zwart ook in alle andere varianten aan het langste eind trekt.
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11361342516.png">
In de partij werd dus met 30...3-8(?) 31.48-42 8-12 vervolgd. Toen Wiersma daarop 32.42-37(?) speelde, stond Bom opnieuw - en ditmaal definitief - gewonnen. Wit hàd echter, zo schreef ik vorige week, 32.39-34(!) moeten doen. De inval 32...21-27 33.32x21 16x27 geeft dan slechts remise (34.25-20!, 35.38-32 en 36.49-44!! enz. =). Maar de resterende alternatieven lijken evenmin tot winst te leiden. Twee voorbeeldjes:
1) 32...12-18 33.42-37! 21-26 34.49-43! (wit stelt 34-29 net zo lang uit tot het zwarte stuk op 22 uit zijn sterke positie verdreven wordt) 34...16-21 35.34-29 (nu pas) 35...22-27 36.29x20 15x24 37.43-39 27-31 (ook 37...17-22 enz. levert niet meer dan een dynamisch evenwicht op) 38.39-34 31x42 39.38x47 en zwart heeft geen werkelijk voordeel meer, onder meer omdat 39...10-15?? uitgeschakeld is door 40.25-20! en 41.28-22 +.
2) 32...21-26 33.42-37! 16-21 34.49-44! (maar ditmaal niet 34.49-43? wegens 34...21-27!, 35...12-18 en 36...15-20 enz. +) 34...22-27 35.44-39 27-31 36.34-29 31x42 37.38x47 26-31 38.29x20 15x24.
Nu zou zwart na 39.39-34(?) 10-15! 40.34-29 15-20!! nog ongekend mooie winstkansen krijgen. (Voor een verdere uitwerking van deze en diverse andere spelgangen verwijs ik bij voorbaat naar de vorige week aangekondigde biografie Jan Bom - dammer.) Maar wit kan zich nog bijtijds in veiligheid brengen door met 39.28-23!!, 40.30x19, 41.47-42, 42.35-30 en 43.40x7 naar een 6x5 eindspel af te wikkelen.
Ter afsluiting van de twee rubrieken gewijd aan Wiersma-Bom 1967, geef ik nog eenmaal het indrukwekkende slot van deze partij:
32...21-27! 33.32x21 16x27 34.49-43 24-29!! 35.33x4 22x3136.4-18 12x23 37.25-20 14x34 38.40x18 10-14! 39.35-30 31-36 40.30-24 36-41 41.18-13 41-47 42.24-19 14x23 43.13-8 23-28 44.8-2 28-32
En na nog vijf zetten gaf wit het op.
Een prachtige winst. - ik kan het niet vaak genoeg herhalen.En de beste reclame voor het half-open klassiek die men zich maar denken kan! Het kan dan ook nauwelijks toeval zijn dat Harm Wiersma, Boms 'slachtoffer' in bovenstaand duel, slechts twee maanden later de door Bom gepropageerde speelwijze in zijn eigen wapenarsenaal opnam (zie Wiersma's partij tegen Koeperman uit het Brinta-toernooi 1967), om er vervolgens een (dam-)leven lang aan trouw te blijven!
Copyright: Sijbrands, T.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
de Volkskrant, Sport, 7 januari 2006
Wijze lessen Bom komen Wiersma vaak van pas
Ton Sijbrands
Vorige week liet ik zien hoe de destijds 14-jarige Harm Wiersma op de slotdag van de clubcompetitie in 1967 Jan Metz versloeg. In dat fraaie, gestroomlijnde duel bediende Wiersma zich van het zogeheten half-open klassiek, de verraderlijke speelwijze waarvan hij acht maanden tevoren, bij zijn debuut in het nationale kampioenstoernooi, zelf het slachtoffer was geworden; ik doel uiteraard op zijn legendarische treffen met Jan Bom.
Boms wijze lessen zouden Wiersma nog menigmaal van pas komen. Zo boekte hij er in het Suikertoernooi 1970 een zwaar bevochten zege mee op Georges Mostovoy.
Dat er ruim zeventig zetten en twee eindspelfouten van Mostovoy voor nodig waren om de vis op het droge te krijgen, had Wiersma overigens aan zichzelf te danken. Immers: al na een zet of dertig had hij zijn tegenstander strategisch overspeeld. Maar onnauwkeurig afwerken bood Mostovoy de gelegenheid het evenwicht weer te herstellen. Totdat de Fransman zich op de implicaties van een meerdammen-eindspel verkeek en de punten alsnog bij de speler terechtkwamen die er het meeste recht op had.
<center>
Georges Mostovoy,
Suikertoernooi 1972 en 1973</center>
Mostovoy-Wiersma
Suikertoernooi 1970
1.32-28 18-23 2.38-32 17-21 3.42-38 21-26 4.47-42 11-17 5.34-30 20-24 6.30-25 6-11 7.40-34 12-18 8.34-30 7-12 9.44-40 17-21 10.49-44 21-27 11.31x22 18x27 12.32x21 23x32 13.37x28 26x17 14.41-37 13-18
Ondanks een Hollandse Opening is er nu een half-open klassiek spelbeeld ontstaan dat ook heel goed (inclusief het verschil-in-ontwikkeling van 6 tempi!) uit de variant 1.32-28 20-24 2.34-30 18-23 3.30-25 23x32 4.37x28 13-18 had kunnen voortvloeien.
15.37-32 16-21 16.46-41 21-27 17.32x21 17x26 18.41-37 11-16 19.39-34 12-17 20.44-39 17-21 21.38-32 8-12 22.42-38 2-8 23.36-31 9-13 24.31-27 4-9 25.28-22?
Deze Ghestem-doorstoot speelt zwart in de kaart. Na 25.34-29 12-17 26.29x20 15x24 27.40-34 was 18-22x22? taboe geweest (29.34-29!).
25...1-6! 26.33-28 12-17! 27.22x11 6x17 28.39-33 18-22! 29.27x18 13x22
Nu komt Wiersma wél tot deze karakteristieke omsingelingsmanoeuvre.
30.37-31 26x37 31.32x41 21-27! 32.34-29 8-12 33.29x20 15x24 34.50-44 12-18 35.44-39
Houdt 35...18-23 nog even tegen met 36.25-20!, 37.40x18 en 38.28-23. Er valt echter nauwelijks nog iets te redden.
35...10-15 36.48-42
36...3-8?
Maar de opmars van de kroonschijf naar veld 12 en - uiteindelijk- 23 kost veel tijd en verzwakt bovendien de eigen defensie. Het lijdt geen twijfel dat Wiersma na 36...16-21! spoedig had gewonnen.
37.39-34 18-23 38.42-37 23x32 39.37x28 8-12 40.43-39! 27-31 41.41-37 31x42 42.38x47 16-21 43.34-29 12-18 44.29x20 15x24 45.39-34 18-23 46.34-29 23x32 47.29x20 19-23 48.33-29 23x34 49.30x39 21-27 50.20-15 27-31 51.15-10 31-36 52.10x19 9-14 53.19x10 5x14 54.35-30 32-37 55.30-24 37-41 56.25-20?
56.24-20(?) 14-19 57.20-15 41-46 was inderdaad nog onduidelijk. Maar eerst 56.39-33! 41-46 57.40-34! (met de dreiging 58.24-20 14-19 59.33-28 >) had een snelle puntendeling opgeleverd.
56...14x25 57.24-19 41-46 58.19-13 17-21 59.13-8 21-26 60.8-2 22-27
61.39-34?
Werkt toe naar een 4x4-eindspel dat niet meer te houden is. Mostovoy had het moeten hebben van een opstelling met - alweer! - 61.39-33! 27-31 62.40-34! 46-5 63.2-8/35. Omdat 31-37?? in dat geval steeds faalt op 33-28! en 47-42!! +, is niet te zien hoe zwart ooit nog moet winnen.
61...46-5 62.34-30 25x34 63.40x29 27-31 64.29-24 31-37 65.45-40 37-41 66.40-35 5-14(!) 67.2-8 41-46 68.8-3 14-28 69.24-20(??)
Een blunder die het einde versnelt. Maar ook na 69.3-25 46-32! gevolgd door 70...32-21! en 71...26-31 enz. had wit het ten slotte moeten afleggen tegen de drie zwarte dammen.
69...28-17! 70.3x21 26x17 71.20-15 17-22 72.35-30 36-41 73.47x36 22-27
Wit geeft het op.
Copyright: Sijbrands, T.
Wijze lessen Bom komen Wiersma vaak van pas
Ton Sijbrands
Vorige week liet ik zien hoe de destijds 14-jarige Harm Wiersma op de slotdag van de clubcompetitie in 1967 Jan Metz versloeg. In dat fraaie, gestroomlijnde duel bediende Wiersma zich van het zogeheten half-open klassiek, de verraderlijke speelwijze waarvan hij acht maanden tevoren, bij zijn debuut in het nationale kampioenstoernooi, zelf het slachtoffer was geworden; ik doel uiteraard op zijn legendarische treffen met Jan Bom.
Boms wijze lessen zouden Wiersma nog menigmaal van pas komen. Zo boekte hij er in het Suikertoernooi 1970 een zwaar bevochten zege mee op Georges Mostovoy.
Dat er ruim zeventig zetten en twee eindspelfouten van Mostovoy voor nodig waren om de vis op het droge te krijgen, had Wiersma overigens aan zichzelf te danken. Immers: al na een zet of dertig had hij zijn tegenstander strategisch overspeeld. Maar onnauwkeurig afwerken bood Mostovoy de gelegenheid het evenwicht weer te herstellen. Totdat de Fransman zich op de implicaties van een meerdammen-eindspel verkeek en de punten alsnog bij de speler terechtkwamen die er het meeste recht op had.
<center>
Georges Mostovoy,
Suikertoernooi 1972 en 1973</center>
Mostovoy-Wiersma
Suikertoernooi 1970
1.32-28 18-23 2.38-32 17-21 3.42-38 21-26 4.47-42 11-17 5.34-30 20-24 6.30-25 6-11 7.40-34 12-18 8.34-30 7-12 9.44-40 17-21 10.49-44 21-27 11.31x22 18x27 12.32x21 23x32 13.37x28 26x17 14.41-37 13-18
Ondanks een Hollandse Opening is er nu een half-open klassiek spelbeeld ontstaan dat ook heel goed (inclusief het verschil-in-ontwikkeling van 6 tempi!) uit de variant 1.32-28 20-24 2.34-30 18-23 3.30-25 23x32 4.37x28 13-18 had kunnen voortvloeien.
15.37-32 16-21 16.46-41 21-27 17.32x21 17x26 18.41-37 11-16 19.39-34 12-17 20.44-39 17-21 21.38-32 8-12 22.42-38 2-8 23.36-31 9-13 24.31-27 4-9 25.28-22?
Deze Ghestem-doorstoot speelt zwart in de kaart. Na 25.34-29 12-17 26.29x20 15x24 27.40-34 was 18-22x22? taboe geweest (29.34-29!).
25...1-6! 26.33-28 12-17! 27.22x11 6x17 28.39-33 18-22! 29.27x18 13x22
Nu komt Wiersma wél tot deze karakteristieke omsingelingsmanoeuvre.
30.37-31 26x37 31.32x41 21-27! 32.34-29 8-12 33.29x20 15x24 34.50-44 12-18 35.44-39
Houdt 35...18-23 nog even tegen met 36.25-20!, 37.40x18 en 38.28-23. Er valt echter nauwelijks nog iets te redden.
35...10-15 36.48-42
36...3-8?
Maar de opmars van de kroonschijf naar veld 12 en - uiteindelijk- 23 kost veel tijd en verzwakt bovendien de eigen defensie. Het lijdt geen twijfel dat Wiersma na 36...16-21! spoedig had gewonnen.
37.39-34 18-23 38.42-37 23x32 39.37x28 8-12 40.43-39! 27-31 41.41-37 31x42 42.38x47 16-21 43.34-29 12-18 44.29x20 15x24 45.39-34 18-23 46.34-29 23x32 47.29x20 19-23 48.33-29 23x34 49.30x39 21-27 50.20-15 27-31 51.15-10 31-36 52.10x19 9-14 53.19x10 5x14 54.35-30 32-37 55.30-24 37-41 56.25-20?
56.24-20(?) 14-19 57.20-15 41-46 was inderdaad nog onduidelijk. Maar eerst 56.39-33! 41-46 57.40-34! (met de dreiging 58.24-20 14-19 59.33-28 >) had een snelle puntendeling opgeleverd.
56...14x25 57.24-19 41-46 58.19-13 17-21 59.13-8 21-26 60.8-2 22-27
61.39-34?
Werkt toe naar een 4x4-eindspel dat niet meer te houden is. Mostovoy had het moeten hebben van een opstelling met - alweer! - 61.39-33! 27-31 62.40-34! 46-5 63.2-8/35. Omdat 31-37?? in dat geval steeds faalt op 33-28! en 47-42!! +, is niet te zien hoe zwart ooit nog moet winnen.
61...46-5 62.34-30 25x34 63.40x29 27-31 64.29-24 31-37 65.45-40 37-41 66.40-35 5-14(!) 67.2-8 41-46 68.8-3 14-28 69.24-20(??)
Een blunder die het einde versnelt. Maar ook na 69.3-25 46-32! gevolgd door 70...32-21! en 71...26-31 enz. had wit het ten slotte moeten afleggen tegen de drie zwarte dammen.
69...28-17! 70.3x21 26x17 71.20-15 17-22 72.35-30 36-41 73.47x36 22-27
Wit geeft het op.
Copyright: Sijbrands, T.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
<center> </center>Algemeen Dagblad Magazine, zaterdag 8 mei 2004
Dammen
door Rob Clerc
Vroeger was alles beter, mooier en leuker. In een dergelijke bui word ik soms bevangen door een soort heimwee naar het damspel zoals dat vroeger werd gespeeld. De intrede van de nieuwe zakelijkheid (Tsjizjov) heeft de factor amusementswaarde bepaald geen goed gedaan. Ter illustratie van het feit hoe mooi er destijds werd gespeeld een partij van precies vijfentwintig jaar geleden. De schitterende half open-klassieke partij is afkomstig uit het Alukon-toernooi (1979) in Groningen. Die sponsor had iets van doen met aluminiumconstructies, maar omdat het toernooi een eenmalige actie van de geldschieter was werd het evenement later onbedoeld verbasterd tot Akulon-toernooi. De historische partij werd gespeeld twee maanden nadat Wiersma zijn wereldtitel in een herkamp verloren had aan Gantwarg. Later in dat jaar zou hij de titel in een gedenkwaardige tweekamp op de Wit-Rus heroveren. Jannes van der Wal moest nog drie jaar wachten op de wereldtitel.
Harm Wiersma - Jannes van der Wal, Alukontoernooi Groningen 1979
<APPLET CODEBASE = "http://www.damweb.nl/" CODE = "webdam.Viewer.class" NAME = "webdam" ARCHIVE ="webdam/Viewer.jar" WIDTH = 360 HEIGHT = 240 HSPACE = 0 VSPACE = 0 ALIGN = middle><PARAM NAME="options" VALUE="bgcolor: b0c0a0; notation:right]312719233328172128191423383321263430101430251419251409203530051043381014494304094035111745400711393420254439142033290914504501073833030942381722474222313627202429201524332811173933142041361722281712213329243338292024292025144339081230241930342523283223214136471829423813193933091333241930352412184034071234300611242002082009130425200813302411172014172214092227383312173328182209182213282327322319131824202631191431374742172142312126312732212015212714102631100518224540313605141621142022284034273246413647[/damweb_position]
H. Wiersma - J. van der Wal (Alukon, 1979)
1. 31-27 19-23 2. 33-28 17-21 3. 28x19 14x23 4. 38-33 21-26 5. 34-30 10-14 6. 30-25 14-19 7. 25x14 9x20 8. 35-30 5-10 9. 43-38 10-14 10. 49-43 4-9 11. 40-35 11-17 12. 45-40 7-11 13. 39-34 20-25 14. 44-39 14-20 15. 33-29 9-14 16. 50-45 1-7 17. 38-33 3-9 18. 42-38 17-22 19. 47-42 22x31 20. 36x27 20-24 21. 29x20 15x24 22. 33-28 11-17 23. 39-33 14-20 24. 41-36 17-22 25. 28x17 12x21 26. 33-29 24x33 27. 38x29 20-24 28. 29x20 25x14 29. 43-39 8-12 30. 30-24 19x30 31. 34x25 23-28 32. 32x23 21x41 33. 36x47 18x29 34. 42-38 13-19 35. 39-33 9-13 36. 33x24 19x30 37. 35x24 12-18 38. 40-34 7-12 39. 34-30 6-11 40. 24-20 2-8 41. 20x9 13x4 42. 25-20 8-13 43. 30-24 11-17 44. 20-14 17-22 45. 14-9 22-27 46. 38-33 12-17 47. 33-28 18-22 48. 9x18 22x13 49. 28-23 27-32 50. 23-19 13-18 51. 24-20 26-31 52. 19-14 31-37 53. 47-42 17-21 54. 42x31 21-26 55. 31-27 32x21 56. 20-15 21-27 57. 14-10 26-31 58. 10-5 18-22 59. 45-40 31-36 60. 5-14 16-21 61. 14-20 22-28 62. 40-34 27-32 63. 46-41 36x47 en zwart gaf het op.
Copyright: Clerc, R.J.
de Volkskrant, Sport, 14 januari 2006
Fraai omsingelingsspel in zes uur durende strijd
Ton Sijbrands
In maart 1967 verloor de toen 13-jarige Harm Wiersma van Jan Bom. Het was een prachtige partij in het half-open klassieke spelgenre, waarin Wiersma voor 'aangever' moest spelen en zijn tegenstander de hoofdrol vervulde.
Dat liet Wiersma zich geen tweede keer gebeuren. Hij zette het half-open klassiek ook op zijn eigen repertoire en zou daar in de loop van zijn carrière menige modeloverwinning mee boeken. Zoals op Jan Metz (clubcompetitie 1967; zie de rubriek van 31-12) of op Mostovoy (Suikertoernooi 1970; zie de rubriek van vorige week).
Of zoals op de betreurde Jannes van der Wal. Die zou zijn (Friese) provinciegenoot in 1982 als wereldkampioen opvolgen, maar had in het Alukon-toernooi van Bedum 1979 nog geen antwoord op Wiersma's geraffineerde omsingelings- c.q. aanvalsspel.
De bijna zes uur durende strijd, waarvan de openingsfase van groot belang is geweest voor de theorie, behoort naar mijn smaak tot Wiersma's hoogtepunten.
<center></center>
Wiersma-Van der Wal
Bedum 1979
1.31-27 19-23 2.33-28 17-21 3.28x19 14x23 4.38-33 21-26 5.34-30 10-14 6.30-25 14-19 7.25x14 9x20 8.35-30 5-10 9.43-38 10-14 10.49-43 4-9 11.40-35 11-17 12.45-40 7-11 13.39-34 20-25 14.44-39 14-20 15.33-29 9-14 16.50-45 1-7 17.38-33 3-9 18.42-38 17-22 19.47-42 22x31 20.36x27 20-24 21.29x20 15x24 22.33-28 11-17 23.39-33 14-20 24.41-36 17-22 25.28x17 12x21 26.33-29! 24x33 27.38x29 20-24 28.29x20 25x14 29.43-39! 8-12? 30.30-24!! 19x30 31.34x25
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372681835.png">
Fraai gespeeld: door zijn tegenstander - uiteraard tijdelijk - materiaalwinst aan te bieden, houdt Wiersma de omsingeling gaande. Zwart had, zeker nu deze met zijn 29ste zet de formatie 2/8/13 heeft prijsgegeven, het aanbod misschien beter kunnen afslaan. Al is het waar dat zijn stand ook na 31...2-8 32.39-33 13-19 33.35-30 weinig betrouwbaar oogt...
31...23-28 32.32x23 21x41 33.36x47! 18x29 34.42-38 13-19 35.39-33! 9-13
Niet beter is 35...19-24 36.40-34! 29x40 37.45x34 gevolgd door 38.34-29.
36.33x24 19x30 37.35x24 12-18 38.40-34 7-12 39.34-30 6-11 40.24-20!
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372683101.png">
Met 45-40-35 kon wit het thematische offer 42.24-19 14x23 43.25-20 voorbereiden. Maar wie rekening houdt met de mogelijkheid dat ook zijn tegenstander ooit naar dam zal doorbreken, doet er inderdaad verstandiger aan de portemonnee gesloten te houden.
40...2-8 41.20x9 13x4 42.25-20 8-13!!?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372683908.png">
Deze zet vormt de opmaat tot een even stoutmoedig als inventief verdedigingsplan, waarmee Van der Wal het zijn tegenstander zo lastig mogelijk weet te maken.
43.30-24! 11-17 44.20-14! 17-22 45.14-9 22-27!?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372684534.png">
46.38-33!
Wits beste kans. Het verleidelijke 46.45-40 12-17 47.38-32 27x38 48.40-34 valt tegen na 48...26-31! 49.9-3 38-42!! 50.48x26 18-23 51.3x21 16x27.
46...12-17 47.33-28! 18-22 48.9x18 22x13 49.28-23! 27-32 50.23-19 13-18 51.24-20 26-31 52.19-14 31-37(?)
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372685391.png">
Te snel. Zwart had 52...16-21! 53.20-15 31-37! moeten doen, bijvoorbeeld 54.14-10 21-26! 55.10-5(?) 17-21! met damvangst. De door mij geraadpleegde computerprogramma's zijn er nog niet uit of wit na 53...31-37 had kunnen winnen.
53.47-42! 17-21 54.42x31 21-26 55.31-27! 32x21 56.20-15
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372686001.png">
Zo boekt Wiersma belangrijke tempowinst bij zijn hernieuwde poging de damlijn te bereiken.
56...21-27 57.14-10 26-31 58.10-5 18-22 59.45-40 31-36 60.5-14! 16-21 61.14-20! 22-28 62.40-34! 27-32
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11372686896.png">
Van der Wal, die voor de tweede maal in deze partij in tijdnood verkeert, overziet de dreiging die Wiersma in de stand gevlochten heeft. Maar het maakte niets meer uit: ook na 62...28-32 had wit gewonnen, bijvoorbeeld met 63.20-3! 21-26 64.3-20! (dreigt weer 65.46-41! +) 64...32-37 65.48-42! (maar zo kan het ook) 65...37x48 66.20-25 48x30 67.25x16 26-31 68.16-21!! 31-37 69.21-26!! 36-41 70.26x42! 41-47 71.42-24 +.
63.46-41!
Zwart geeft het op.
www.volkskrant.nl/denksport
Copyright: Sijbrands, T.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
de Volkskrant, Sport, 21 januari 2006
Na gevecht van 94 zetten blijft het einde onbeslist
Ton Sijbrands
www.volkskrant.nl/denksport
Ter afsluiting van de serie over Wiersma's avonturen met het half-open klassiek behandel ik vandaag een competitiepartij uit 1993. In dat duel slaagde de oud-wereldkampioen er niet helemaal in zijn doelstellingen te verwezenlijken. Want vlak voordat de omsingeling van het vijandelijke middenbord een feit zou zijn geworden, wendde zijn tegenstander: de Groninger Siep Buurke, het gevaar af door het centrumveld 23 te ontruimen.
Wiersma kreeg echter wél een duurzaam initiatief. En toen Buurke in de tijdnoodfase een kleine doch giftige finesse te laat onderkende, nam Wiersma's aanval plotseling dreigende vormen aan. In arren moede berustte de zwartspeler in de overgang naar een 4x4-eindspel waarin zijn twee dammen Wiersma de winst hadden moeten brengen.
Maar Wiersma miste op de 69ste zet het winnende plan dat na afloop door zijn vader (!) werd aangegeven. Zijn poging een derde dam te halen liep schipbreuk op Buurke's koelbloedige verdediging, met als gevolg dat het gevecht na 94(!!) zetten onbeslist eindigde.
Wiersma-Buurke
Clubcompetitie 1993
1.33-28 17-21 2.39-33 21-26 3.44-39 19-23 4.28x19 14x23 5.31-27 10-14 6.34-30 11-17 7.50-44 6-11 8.30-25 14-19 9.25x14 19x10 10.35-30 10-14 11.40-35 14-19 12.39-34 5-10 13.43-39 10-14 14.30-24 19x30 15.34x25 14-19 16.39-34 9-14 17.34-30 4-9 18.44-39 14-20 19.25x14 19x10 20.30-25 10-14 21.35-30 14-20
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380552974.png">
Buurke trekt terecht aan de noodrem. Hernieuwde bezetting van veld 19 (21...14-19?) had wit na 22.39-34! en 23/24.33-29! een prachtige omsingeling in handen gespeeld.
22.25x14 9x20 23.30-25
Wiersma zal goede redenen hebben gehad het scherpe vervolg 23.45-40 20-25 24.39-34 uit de weg te gaan.
23...13-19 24.25x14 19x10 25.39-34 10-14 26.49-44 14-20 27.45-40 8-13 28.44-39 20-25 29.40-35
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380553979.png">
29...23-28
Vlak voordat wit tot (30.)33-29! komt, heft zwart de spanningen op.
30.32x23 18x40 31.35x44 17-21 32.48-43(!) 21x32 33.37x28(!)
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380554988.png">
Vanaf dit moment zal Wiersma zijn pijlen met ijzeren consequentie tegen de zwarte linker vleugel richten.
33...13-19 34.33-29 19-24 35.29x20 15x24 36.39-34 2-8 37.38-33 8-13 38.34-29 12-18 39.29x20 25x14 40.33-29 3-9 41.42-38 11-17 42.38-33 16-21 43.43-39 17-22 44.28x17 21x12 45.33-28 14-19?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380556149.png">
Een tijdnoodfout. Na het correcte 45...13-19! (46.28-23 19x28 47.36-31 26x37 48.41x23 18-22! en 12-18x18 =) had Buurke zijn missie als geslaagd kunnen beschouwen.
46.28-23!! 19x28 47.36-31 26x37 48.41x23
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380556751.png">
Ziedaar het verschil: nu is 48...18-22?? uitgeschakeld door 49.23-19! +.
48...9-14 49.39-34!!
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380557263.png">
Blijft 49...18-22 tegengaan. Met het offer dat de tekstzet impliceert, serveert Wiersma de tweede pointe van zijn 46ste zet uit.
49...13-19 50.34-30 19x28 51.29-24 28-33 52.30-25 18-23 53.24-19 23-29 54.19x10 29-34 55.10-4 34-39 56.4-15! 39x50 57.15x42 7-11 58.25-20 50-22 59.20-14! 22-4 60.42-15! 11-17 61.14-10 17-21 62.10-5 21-26 63.15-42! 4-9 64.42-48 9-3 65.48-25 12-17 66.5-19 3-12 67.25-9! 12-3 68.9-4 3-12 69.46-41?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380558813.png">
Maar dit is niet de juiste aanpak. Zoals na afloop van de partij door Harms vader Chris Wiersma werd aangegeven, kon wit het karwei afmaken door 47 naar 37 te dirigeren en zijn 'losse' dam op de diagonaal 47/15 te posteren. Zwart zal zich dan, om aan de dreigende vangst van zijn dam te ontkomen, achter het stuk op 17 moeten verschuilen, maar een permanente bescherming kan zo'n verdediging hem nooit bieden. Een enkel voorbeeldje: 69.47-41! 12-7 70.41-37! 7-45 71.19-24! 45-7 72.24-47 7-11 (het enige veld dat de zwarte dam nog rest) 73.47-15 1-6 74.15-47 en zwart kan het opgeven.
De tekstzet vormde de inleiding tot een opmars van 46 naar 28, maar verder dan dat zou Wiersma niet meer komen. Na nog 25 zetten berustte hij in een puntendeling.
<center>
Chris en Harm Wiersma op 26 oktober 1979
</center>
Copyright: Sijbrands, T.
Na gevecht van 94 zetten blijft het einde onbeslist
Ton Sijbrands
www.volkskrant.nl/denksport
Ter afsluiting van de serie over Wiersma's avonturen met het half-open klassiek behandel ik vandaag een competitiepartij uit 1993. In dat duel slaagde de oud-wereldkampioen er niet helemaal in zijn doelstellingen te verwezenlijken. Want vlak voordat de omsingeling van het vijandelijke middenbord een feit zou zijn geworden, wendde zijn tegenstander: de Groninger Siep Buurke, het gevaar af door het centrumveld 23 te ontruimen.
Wiersma kreeg echter wél een duurzaam initiatief. En toen Buurke in de tijdnoodfase een kleine doch giftige finesse te laat onderkende, nam Wiersma's aanval plotseling dreigende vormen aan. In arren moede berustte de zwartspeler in de overgang naar een 4x4-eindspel waarin zijn twee dammen Wiersma de winst hadden moeten brengen.
Maar Wiersma miste op de 69ste zet het winnende plan dat na afloop door zijn vader (!) werd aangegeven. Zijn poging een derde dam te halen liep schipbreuk op Buurke's koelbloedige verdediging, met als gevolg dat het gevecht na 94(!!) zetten onbeslist eindigde.
Wiersma-Buurke
Clubcompetitie 1993
1.33-28 17-21 2.39-33 21-26 3.44-39 19-23 4.28x19 14x23 5.31-27 10-14 6.34-30 11-17 7.50-44 6-11 8.30-25 14-19 9.25x14 19x10 10.35-30 10-14 11.40-35 14-19 12.39-34 5-10 13.43-39 10-14 14.30-24 19x30 15.34x25 14-19 16.39-34 9-14 17.34-30 4-9 18.44-39 14-20 19.25x14 19x10 20.30-25 10-14 21.35-30 14-20
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380552974.png">
Buurke trekt terecht aan de noodrem. Hernieuwde bezetting van veld 19 (21...14-19?) had wit na 22.39-34! en 23/24.33-29! een prachtige omsingeling in handen gespeeld.
22.25x14 9x20 23.30-25
Wiersma zal goede redenen hebben gehad het scherpe vervolg 23.45-40 20-25 24.39-34 uit de weg te gaan.
23...13-19 24.25x14 19x10 25.39-34 10-14 26.49-44 14-20 27.45-40 8-13 28.44-39 20-25 29.40-35
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380553979.png">
29...23-28
Vlak voordat wit tot (30.)33-29! komt, heft zwart de spanningen op.
30.32x23 18x40 31.35x44 17-21 32.48-43(!) 21x32 33.37x28(!)
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380554988.png">
Vanaf dit moment zal Wiersma zijn pijlen met ijzeren consequentie tegen de zwarte linker vleugel richten.
33...13-19 34.33-29 19-24 35.29x20 15x24 36.39-34 2-8 37.38-33 8-13 38.34-29 12-18 39.29x20 25x14 40.33-29 3-9 41.42-38 11-17 42.38-33 16-21 43.43-39 17-22 44.28x17 21x12 45.33-28 14-19?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380556149.png">
Een tijdnoodfout. Na het correcte 45...13-19! (46.28-23 19x28 47.36-31 26x37 48.41x23 18-22! en 12-18x18 =) had Buurke zijn missie als geslaagd kunnen beschouwen.
46.28-23!! 19x28 47.36-31 26x37 48.41x23
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380556751.png">
Ziedaar het verschil: nu is 48...18-22?? uitgeschakeld door 49.23-19! +.
48...9-14 49.39-34!!
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380557263.png">
Blijft 49...18-22 tegengaan. Met het offer dat de tekstzet impliceert, serveert Wiersma de tweede pointe van zijn 46ste zet uit.
49...13-19 50.34-30 19x28 51.29-24 28-33 52.30-25 18-23 53.24-19 23-29 54.19x10 29-34 55.10-4 34-39 56.4-15! 39x50 57.15x42 7-11 58.25-20 50-22 59.20-14! 22-4 60.42-15! 11-17 61.14-10 17-21 62.10-5 21-26 63.15-42! 4-9 64.42-48 9-3 65.48-25 12-17 66.5-19 3-12 67.25-9! 12-3 68.9-4 3-12 69.46-41?
<img src="http://fmjd.org/dias2/save/11380558813.png">
Maar dit is niet de juiste aanpak. Zoals na afloop van de partij door Harms vader Chris Wiersma werd aangegeven, kon wit het karwei afmaken door 47 naar 37 te dirigeren en zijn 'losse' dam op de diagonaal 47/15 te posteren. Zwart zal zich dan, om aan de dreigende vangst van zijn dam te ontkomen, achter het stuk op 17 moeten verschuilen, maar een permanente bescherming kan zo'n verdediging hem nooit bieden. Een enkel voorbeeldje: 69.47-41! 12-7 70.41-37! 7-45 71.19-24! 45-7 72.24-47 7-11 (het enige veld dat de zwarte dam nog rest) 73.47-15 1-6 74.15-47 en zwart kan het opgeven.
De tekstzet vormde de inleiding tot een opmars van 46 naar 28, maar verder dan dat zou Wiersma niet meer komen. Na nog 25 zetten berustte hij in een puntendeling.
<center>
Chris en Harm Wiersma op 26 oktober 1979
</center>
Copyright: Sijbrands, T.
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
<center>
Harm Wiersma vs Ton Sijbrands 1-1
EK 12 september 1999
Wiersma - Gantwarg 2-0
EK 14de ronde, 22 september 1999
Harm Wiersma en Raoul Bubbi
na hun remisepartij in de laatste ronde
van het EK op 23 september 1999
</center>
Code: Select all
Eindstand Kampioenschap van Europa 1999 in Hoogezand-Sappemeer
W S V B G G G K C C B S A C S L AW-Tot
01 Wiersma (NL) * 1 1 1 2 2 2 2 1 2 1 1 2 1 2 2 15-23
02 Sijbrands (NL) 1 * 1 2 1 1 2 2 1 2 1 2 1 2 2 1 15-22
02 Valneris (Let) 1 1 * 1 1 1 2 2 1 1 1 2 2 2 2 2 15-22
04 Boezjinski (Lit) 1 0 1 * 1 1 2 2 1 1 2 2 2 1 2 2 15-21
04 Gantwarg (W-R) 0 1 1 1 * 1 1 1 2 2 2 1 2 2 2 2 15-21
06 Getmanski (Rus) 0 1 1 1 1 * 1 0 1 2 0 1 2 2 1 2 15-16
07 Georgiev (Rus) 0 0 0 0 1 1 * 1 2 1 2 2 1 1 2 1 15-15
07 Kirzner (Ukr) 0 0 0 0 1 2 1 * 1 0 2 1 1 2 2 2 15-15
07 Clerc (NL) 1 1 1 1 0 1 0 1 * 1 1 2 1 2 1 1 15-15
10 Cordier (Fra) 0 0 1 1 0 0 1 2 1 * 1 2 0 1 1 2 15-13
10 Bubbi (Ita) 1 1 1 0 0 2 0 0 1 1 * 1 1 1 1 2 15-13
12 Schalley (Bel) 1 0 0 0 1 1 0 1 0 0 1 * 1 1 2 2 15-11
13 Aliev (Azb) 0 1 0 0 0 0 1 1 1 2 1 1 * 1 0 1 15-10
14 Chmiel (Pol) 1 0 0 1 0 0 1 0 0 1 1 1 1 * 1 1 15-09
15 Sjawel (Isr) 0 0 0 0 0 1 0 0 1 1 1 0 2 1 * 1 15-08
16 Leesmann (Est) 0 1 0 0 0 0 1 0 1 0 0 0 1 1 1 * 15-06
Harm Wiersma vs Ton Sijbrands 1-1
EK 12 september 1999
Wiersma - Gantwarg 2-0
EK 14de ronde, 22 september 1999
Harm Wiersma en Raoul Bubbi
na hun remisepartij in de laatste ronde
van het EK op 23 september 1999
</center>
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
<center>
ANP:
"Haarlem 4 juli 1997, Harm Wiersma loopt over een reusachtig dambord,
waarbij de banden als damstenen fungeren. Op de Grote Markt in
Haarlem werd vrijdag op deze manier het internationale Willem Jurg
toernooi geopend. Op een bord van 10 bij 10 meter nam Wiersma het op
tegen de (voormalig) Sterkste Man van Nederland Tjalling van den Bosch,
en.... won! Het echte damtoernooi vindt plaats in het zalencomplex
Brinkman van 4 t/m 10 juli."
</center>
ANP:
"Haarlem 4 juli 1997, Harm Wiersma loopt over een reusachtig dambord,
waarbij de banden als damstenen fungeren. Op de Grote Markt in
Haarlem werd vrijdag op deze manier het internationale Willem Jurg
toernooi geopend. Op een bord van 10 bij 10 meter nam Wiersma het op
tegen de (voormalig) Sterkste Man van Nederland Tjalling van den Bosch,
en.... won! Het echte damtoernooi vindt plaats in het zalencomplex
Brinkman van 4 t/m 10 juli."
</center>
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Op het forum van de Franse dambond FFJD een bericht uit Kongo van Ntalou Berté, die ons komt mededelen dat Ton Sijbrands onverslaanbaar en onaantastbaar is.
Sijbrands est inattaquable
par bertalou, Le 13/04/2006 23:20:44
je ne suis pas un fan de sijbrands; je suis plutôt pro tchizov et je connais par coeur toutes les parties de tchizov au cours de tous les mondiaux;
pour moi c'est indécent de s'en prendre à sijbrands; il a fait des énormes choses pour le damier; il a commenté bcp de matchs et il continue à le faire; c'est un maître toujours dispo; il a ses caprices comme toute star digne de ce nom; mais ce qu'il a fait pour le damier et ce qu'il laissera aux damistes après sa mort n'a pas de prix;
si sijbrands dit que faire deux matchs par jour est difficile pour les nerfs, il peut dire vrai; déjà une partie par jour est difficile si on joue avec sérieux;
c'est vrai que sijbrands demande parfois trop; mais d'un autre côté si on accepte n'importe quoi au damier surtout à l'internationale, ça deviendra de la foire; les nicault, les cordier, les delmotte, les logons, les kouamé, les keita, tous ces grands joueurs francais qui jouent regulièrement à l'internationale savent surement que les damistes ne gagnent pas à l'internationale l'argent que leur talent demande;
moi j'ai bcp parlé l'été dernier avec thijssen et jean marc ndjofang et ils m'ont dit que parfois les damistes ne sont pas respectés comme il se doit;
quant à savoir qui de sijbrands et de tchizov est le plus fort, personne ne peut dire rien; le russe a ses titres mais le hollandais est aussi un grand balaise; moi j'ai en memoire leur match de 20 parties et là on a vu que ton sijbrands est trop fort; le hollandais n'a pas gagné ( 20 à 20) mais souvent il a dominé ; et puis il a raté la vitoire dans la 20ème où il a pris des risques énormes; s'il n'a pas gagné c'est que tchizov est lui aussi un grand;
mais si on me demande mon avis, je dirais que j'aime plus le jeu de sijbrands qui est un jeu fermé où on évite si possible les pionnages avant de lancer parfois succesivement bcp d'échanges qui te donnent un avantagge de terrrain; et si l'adversaire de sijbrands commet la betise de se gourrer parce qu'il a loupé le meilleur temps de detruire tout le bloc de jeu, il doit ensuite subir tout le jeu et jouer que pour la nulle;
tchizov lui est le spécialiste des fins de parties; il ne refuse pas les échanges pourvu que ça ne lui fasse pas perdre le terrain; petit à petit il accroit le plus petit avantage et le transforme en victoire si le joueur en face se gourre surtout en fin de partie;
sijbrands et tchizov sont pareils selon moi;
mais chez nous au congo, nous préférons sijbrands pour le jeu vu que nous pensons que tchizov ne surprend jamais dans son jeu qui est pourtant très calculé; bon il faut dire que les joueurs ici ne travaillent pas vraiment les fins de partie vu que louzolo kimmbembé qui les a tous entrainé quand ils étaient jeunes leur a appris à bien se servir de la pendule pour qu'ils puissent leur rester en finale bcp de temps pour trouver la victoire ou la remise; nous travaillons donc bcp les débuts et pour les débuts et les milieux de partie nous pensons à tort ou à raison que le jeu de sijbrands est meilleur que celui de tchizov;
mais sincèrement j'aime plus tchizov que sijbrands; mais là c'est le coeur qui parle.
berté ntalou
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
In Het Damspel van juni/juli 1963 schrijft redacteur binnenland C.J. Blokland:
De ter gelegenheid van het eerste lustrum van de jeugdclub van "Gezellig Samenzijn" Amsterdam gehouden jeugdwedstrijden werden gewonnen door Tonny Sijbrands, Amsterdam. Op de tweede plaats eindigde F. Ivens, zoon van de bondssecretaris, en de derde plaats was weer voor een Amsterdammer, n.l. H. van Westerloo.
De tientallenwedstrijd werd gewonnen door R.D.G. Den Haag voorr G.S.
Over wat de 13-jarige Tonny op het dambord presteert kunt u lezen in de rubriek van R.C. Keller in "Het Vrije Volk" van 22 juni, die wij wegens het uitzonderlijke van het geval hier overnemen:
Tonnie Sijbrands (13) zeer sterk voor zijn leeftijd
"Tonnie (zo schrijft hij het zelf) Sijbrands, de dertienjarige Amsterdamse jeugdkampioen, nam als invaller deel aan het jubileumtoernooi van G.S. Ter gelegenheid van het eerste lustrum van de door wijlen voorzitter Schröder opgerichte jeugdafdeling wilde men een toernooi organiseren voor de wat oudere jeugd, vier eigen leden en vier spelers uit verschillende provincies.
Achteraf gezien verwondert het niemand dat Tonnie alle anderen, vijf of meer jaar ouder dan hij, achter zich liet. Voor zijn leeftijd is hij ongekend sterk. Hij speelt onbevangen, weet veel, ziet snel en scherp en weet ook met sobere middelen spanningen te scheppen. Natuurlijk heeft hij ook nog zijn tekortkomingen. De ergste ziet men meer bij de huidige jeugd: het zich niet volledig geven wanneer hij dit niet nodig vindt. De zwakkere tegenstanders geven hem daardoor vaak nog de meeste moeite. Zullen de teleurstellingen, die deze opvatting met zich meebrengt, hem hiervan kunnen genezen?
In de beide volgende fragmenten, tegen twee van zijn naaste concurrenten, zien we Tonnie op zijn best.
Herman van Westerloo (21 jaar)
Tonnie Sijbrands (13 jaar)
Zo te zien is er nog weinig aan de hand. Het is opvallend hoe in weinig zetten het beeld verandert.
24.34-29 19-23 25.28x19 14x34 26.39x30 10-15
Dit is zwak. Zwart wil 21-27 voorbereiden. Deze zet is nu verhinderd door 38-32 27x29 30-24 29x20 25x5 8-13 26-21 17x26 36-31 26x37 5x46 en de dam is in veiligheid.
Zwart had echter 9-14 kunnen spelen. Het stuk op 15 zal hem nog veel last bezorgen.
27.44-40 21-27 28.33-29 8-13 29.40-35
Wit gaf aan, dat hij nu op 22-28 zou hebben gespeeld 29-24. Op 2-8 of 3-8 volgt dan 24-20 15x24 30x19 13x24 38-32 en 42x4. Zwart heeft dan niet beter dan 18-22.
29...2-8?
Dit geeft verlies. Nodig was hier 9-14.
30.29-24!
Een krachtzet, 9-14 of 18-23 zijn verhinderd door 24-20. Op 22-28 volgt weer dam door 24-20 en 38-32.
30...11-16 (gedwongen) 31.38-33 (omdat op 43-39 zwart 18-23 kan spelen) 27-32
Moet wel. Op 6-11, 43-38, 16-21, 42-37, 11-16, 37-32 loopt zwart vast.
32.47-41 6-11
Op 22-27 42-37 17-21 37x28 heeft zwart geen geschikt tempo.
33.42-38!
Beslissend. Op 22-27 kan nu bijvoorbeeld volgen 49-44 16-21 (op 18-22 kan ook 24-20 26-21 33-29 en 48x6) 44-39 11-16 39-34 18-22 34-29 13-18 48-42 9-13 24-19 13x24 29x20 15x24 30x19, enz.
33...32-37
Ook dit brengt geen redding.
34.41x32 22-28 35.32x23 18x20 36.25x14 9x20 37.30-25 20-24 38.25-20 met schijfwinst. Na enkele zetten staakte zwart de strijd.
Anton Schotanus (20 jaar)
Tonnie Sijbrands (13 jaar)
Zwart had zojuist 2-7 gespeeld, omdat op 20-24 en 15x24 zou volgen 34-29.
31.49-44 20-24? 32.29x20 15x24
Nu is 34-29 en 39x30 verhinderd door 16-21, 22-27 en 17x46. Zwart had echter beter gedaan zijn oorspronkelijk plan op te geven en 17-21 of ook 23-28 te spelen met ongeveer gelijk spel.
33.33-29! 24x33 34.38x29 23-28
Gedwongen. Op 17-21 volgt nu 29-24, 19x30 (op 21x32, 42-37) 35x24 24-19 34-29 en 39x10. Op 7-12, 44-40 heeft zwart geen goede zet.
35.44-40 19-23 36.29-24 17-21 37.42-38 21x32 38.38x27 11-17 39.31-26 22x31 40.26x37 17-22.
Iets beter is 14-19 24-20 9-14 om wits doorbraak te vertragen.
41.24-20 7-12 42.20-15 22-27 43.25-20 (beslissend) 14x25 44.15-10 16-21 45.43-38 6-11 (ook 27-31 verliest) 46.10-5 11-16 47.37-31 27-32 48.36x27 21x32 49.39-33 28x30 50.5x37 16-21 51.35x24 21-26 52.31-27 12-17 53.24-20 en zwart gaf op."
Ton Sijbrands en R.C. Keller in 1966
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Begin 1964 won Ton Sijbrands de Jeugdgroep van het Brinta-toernooi in Hoogezand-Sappemeer. Sensationeel tweede, op 4 punten achterstand, werd Harm Wiersma, toen nog maar 10 jaar(!!!). B. Holt (18] werd derde, Andreas Kuyken (15) vierde, Henk de Witt(!) (17) vijfde en de jeugdkampioen van 1963, Govert Westerveld (16) zesde, gevolgd door H. Kolk (14), E. Braam (17), B. Dekens (15) en N. Kerstholt (14).
Uit Het Damspel van mei 1964, een stukje van Henk Smit:
Henk de Witt (17 jaar)
<img src="http://fmjd.org/dias/save/10887750269.png">
Tonnie Sijbrands (14 jaar)
"Zwart speelde foutief 20...11-17?
Dit verliest een stuk; zoals de witspeler aangaf had zijn tegenstander met 9-13 moeten vervolgen. een leuke variant is dan 26-21 11-16 (op 11-17 speelt Sijbrands 27-22, 35-30, 38x20 en 32x14) 38-33 (de combinatie 21-17 35-30 38x29 32x1 47x36 levert slechts nadeel op) 7-11 33x22 11-17 22x11 6x26 39-33 met uitmuntend spel voor wit gezien de gunstige tempoverhoudingen)
21.38-33! 17-22 22.26-21 22x31 23.33x13 9x18 24.37x26 7-11 25.21-16 11-17 26.49-43
Het schijnt alsof De Witt enige compensatie heeft voor zijn verloren schijf. Sijbrands toont binnen 10 zetten het tegendeel aan.
26...4-9 27.43-38 9-13 28.39-33 6-11 29.16x7 12x1
Beter is 2x11. Op 33-29 24x33 40x29 19-23 en wit moet voorlopig retireren. Op 32-27 (dreigt 26-21, 27-22 en 33-29) kan De Witt voortzetten met 17-22.
30.47-41 3-8 31.41-36 8-12 32.33-28! 2-8 33.36-31 17-21 34.26x17 12x21 35.31-27 21-26 36.50-44 1-6 37.44-39!
Een fraai slot. Op 6-11 of 8-12 wint 27-22, 32x21 en 40x en op 24-29 wint 39-33, 29-34 23x34 35-30! Na 37.15-20 wint 39-33 en De Witt loopt vast.
37...23-29 38.28-23! 19x37 39.42x31 26x37 40.48-42 37x48 41.39-34 48x30 42.25x3 en De Witt gaf op."
Harm Wiersma, de sensatie van het Brinta-toernooi,
mocht een demonstratiepartij spelen met Baba Sy,
die de Eregroep had gewonnen.
Het succes van Ton Sijbrands werd overschaduwd door het "damwonder in Hoogezand", de tienjarige Harm Wiersma uit Leeuwarden.
In het dagblad Trouw verscheen het volgende stukje:
"Op een grauwe winteravond, een jaar geleden, was vader Wiersma uit Leeuwarden het televisiekijken beu. Hij nam een besluit dat misschien nog eens historisch zal worden: hij stuurde zijn negenjarige zoon Harm een uur later naar bed om hem in die tijd de meest elementaire begrippen van het damspel bij te brengen en zo een tegenstander 'te kweken' in zijn geliefde sport.
Moeder Wiersma zag glimlachend toe hoe Harm ras met vuurrode wangen van enthousiasme naar vaders uiteenzettingen luisterde. Ze lachte ongelovig toen Wiersma sr. later opgewonden door de kamer liep en voorspelde: "Vrouw, Harm heeft aanleg, je zult zien, hij brengt het nog eens ver."
Enkele maanden later verloor vader Wiersma, een puike hoofdklassespeler, de eerste wedstrijd van zijn zoon. Nog een paar maanden later zou Harm, inmiddels tien geworden, als jongste deelnemer van het Brinta jeugdtoernooi successen oogsten die slechts voor weinigen zijn weggelegd. Vrijdag hebben we Harm bezig gezien. Een klein, zwart ventje, dat onafgebroken met zijn benen zit te zwaaien op een stoel die voor hem eigenlijk te hoog is.
Er mag zich dan nog zulk een grote kring van belangstellenden rond zijn tafel scharen, er mogen dan nog zo veel heimelijke lachjes van bewonderaars voor hem bestemd zijn, niets en niemand kan Harms koolzwarte ogen van het dambord aftrekken.
Zo nu en dan lijkt hij zich even te ontspannen, maar zodra hij al die mensen ziet, wordt hij verlegen en met nog meer aandacht beziet hij de stukken. Toen hij na een dapper gevecht van drie uur zijn tegenstander Dekens met een hoog stemmetje remise aanbood, kon deze hierop alleen maar gretig ingaan.
Dat was dan de zesde remisepartij voor de jonge Fries; hij won drie wedstrijden en bleef ongeslagen. Vader Wiersma's voorspelling was niet lukraak, maar Harm is niet zo maar een "damfenomeen" geworden.
Avond aan avond heeft hij met zijn vader partijen gespeeld. Een doos vol boekjes met damproblemen heeft Harm doorgenomen.
"Mijn vader is 'n reuze goede dammer", zegt vol trots de kleine knaap. "Wie wint er als jullie samenspelen", vragen we. Het bescheiden manneke haalt zijn schouders wat op en komt er heus niet voor uit dat zijn vader de mindere is.
Ten slotte speelt hij zelf nog maar in de eerste klasse, terwijl vader in de hoofdklasse van de damclub Leeuwarden uitkomt. Volgend seizoen zal hij als één van Neerlands jongste spelers echter eveneens naar de hoofdklasse verhuizen, omdat hij een ieder in zijn klasse de baas blijft.
Het eerste internationale toernooi is voor de beste leerling uit de vijfde klasse van de lagere school een hele ervaring.
Vooral de partij tegen Sijbrands kan hij niet vergeten of die tegen Holt. Harm Wiersma was immers de eerste die Holt verlies toebracht. De jonge Fries -ik heb al vier bekers- zal het ver brengen in de damwereld, zo is de algemene verwachting van hen die het kunnen weten."
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Piet Roozenburg in Het Damspel van mei 1967:
1 APRIL 1967: EEN KEERPUNT
Daar zaten ze dan bij de prijsuitreiking van de kampioenschappen van Nederland 1967 voor senioren en junioren: aan mijn linkerhand Ton Sijbrands, 17 jaar, de jongste nationale kampioen, die Nederland ooit heeft voortgebracht, Harm Wiersma 13 jaar met een derde plaats aan mijn rechterzijde.
Of zat ik verkeerd? Nee, toch niet, naast Harm troonden de winnaars van de jeugdgroep: Frank Drost 13 jaar, gelijk geëindigd op de eerste plaats met de zeventienjarige Huët. Nog eens: dus links Ton Sijbrands, internationaal meester, nationaal grootmeester, winnaar van het zwaarst en sterkst bezette toernooiveld sinds vele jaren met een score van 22 uit 26 punten, 5 punten meer dan de tweede aankomende. Rechts van me, Harm Wiersma, jeugdkampioen 1966, kandidaat-meester, de jongste deelnemer ooit in de geschiedenis van de nationale kampioenschappen opgetreden. Ja, ja, het was me de wedstrijd wel!
Tevergeefs werd in hotel Nieland op die gedenkwaardige 1 april 1967 naar stoelen gezocht. De zaal was eivol, alle zetels waren bezet. Glunderende gezichten van de bondsbestuurderen: hier waren dan de tastbare resultaten van vele jaren zwoegen en ploeteren om van binnenuit tot verjonging te komen. Hoewel al van 1951 af de nationale jeugdkampioenschappen als instituut werden gevestigd moeten we tot 1943 teruggaan om een nationaal kampioen beneden de 20 jaar te vinden. Maar nu was het dan toch zover. Na twee vergeefse pogingen in de voorgaande jaren had Sijbrands zich van top tot teen bewapend om ditmaal door te breken. Hij heeft dit gedaan op een wijze die hem stempelt tot een wereldtitelpretendent die de Russen heel ernstig moeten nemen.
Vergelijkenderwijs gesproken is de derde plaats welke Harm Wiersma voor zich veroverde, nauwelijks minder opzienbarend. Ik althans heb een dergelijk feit nooit voor mogelijk gehouden.
Het kampioenschap van Nederland 1967 zal dan ook niet de geschiedenis ingaan als één van de vele in een reeks, maar als het grote jaar van de vernieuwing, de verjonging, de doorbraak of welk predikaat dan ook, om aan te geven dat hier in dit jaar in Utrecht en Apeldoorn furore werd gemaakt. Ik moet daar meer over zeggen. Wat zich afspeelde is niet alleen de botsing der generaties maar grijpt verder en dieper. Na 1950, maar vooral na 1958 en opnieuw in de 60er jaren, heeft ons spel zich ontwikkeld op een wijze die we gerust revolutionair mogen noemen.
[Interessant in dit verband is wat R.C. Keller in Het Damspel van juni-juli 1959 blz 67 in een artikel getiteld "Dammende Jeugd" schreef:
"Sinds een paar jaar heeft Nederland weer damjeugd. Vergeleken met de periode na de oorlog, waarin een jeugdig beoefenaar van het spel op de honderd ruiten een grote zeldzaamheid was, is het aantal jeugdige dammers in sterk stijgende lijn. In verschillende provincies zijn spelers die niet of nauwelijks onderdoen voor hen die het tot de finale van het jeugdkampioenschap van Nederland wisten te brengen. Vooral onder de zeer jonge spelers zijn er verscheidenen die blijk geven van veel aanleg. Er is weer in ons land een arsenaal van spelers waaruit meesters van de toekomst kunnen voortkomen. Misschien moet ons land nog door een dieptepunt heen. Maar onlangs heb ik voorspeld dat we over vijf tot acht jaar weer een Nederlandse kampioen jonger dan 25 jaar zullen hebben.
Maar om deze ontwikkeling mogelijk te maken is het van vitaal belang wedstrijden te organiseren waarin de talenten der jongeren tot ontwikkeling kunnen komen."
Dit schreef Keller in 1959, acht jaar geleden, en hij gaf hiermee blijk van een merkwaardig juiste visie van de toekomst.]
Het aantal belangrijke wedstrijden dat nu in een jaar wordt gespeeld is onvergelijkbaar veel groter dan vóór 1950. Daarnaast wordt het spel niet zomaar gespeeld, maar vastgelegd in partij-uitgaven en dergelijke publikaties. Alleen hierdoor al onderscheiden de jongeren zich van de ouderen dat zij meer kennis, meer inzicht hebben dan waarmede de oudere generatie is grootgebracht. Onder hen is Sijbrands de primus inter pares, maar ook spelers als Wiersma, Varkevisser, Weerheijm en al die anderen weten hun weetje. Hun spel getuigt hiervan.
Deze ontwikkeling brengt met zich mee dat ook het spel zelf ingrijpender, sneller verandert. Wie deze ontwikkeling niet bijhoudt of bijsloft raakt onherroepelijk in de hoek waar de klappen vallen. En er werden deze keer harde slagen uitgedeeld, veel harder dan in vorige jaren. Het aantal winstpartijen bedroeg over 1963/1966 46% en dit jaar 57%. Een statistisch bewijs van een veranderde mentaliteit; een hardere wedstrijdmentaliteit dan in één van de voorgaande jaren. Tijdens de prijsuitreiking maakte ik onwillekeurig een vergelijking tussen nu en 1943, mijn eerste nationale kampioenschap. Daarbij kwam ik tot de slotsom dat er sindsdien heel veel ten gunste is veranderd. Het stemde mij dan ook blijmoedig de titel te kunnen overdragen aan een jongen die met hart en ziel ons spel is toegewijd. Begaafd met een zeldzame aanleg heeft hij daarnaast hard gewerkt, gewoon geblokt om zich tot topspeler te ontwikkelen. Daarmede is hij de eerste Nederlandse speler die in staat is een evenwaardig duel met de Russische spelers aan te gaan, zoals hij trouwens ook al in Alès bewees.
Na bovenstaande uitvoerige beschouwing thans iets over de individuele verrichtingen van de overige spelers. De door mij behaalde tweede plaats was in overeenstemming met mijn eigen verwachtingen. Rust roest. Er was te veel vastgeroest om soepel te spelen, hetgeen zich op verschillende manieren in mijn nadeel uitte. Het kwaad straft zichzelf! Desondanks ben ik niet geheel onvoldaan en heb weer eens heerlijk gevrijbuiterd zonder me erom te bekommeren of het nu allemaal wel even verantwoord was.
De grote verrassing was het spel van Harm Wiersma. Enerzijds weloverwogen van opzet, was zijn spel anderzijds zo heerlijk fris en pril dat we van al zijn partijen hebben genoten. Hem bleven moeilijke ogenblikken zoals tegen Bom, Sijbrands en mij niet bespaard, maar zoals het een stoere Fries betaamt heeft hij zich "man"moedig door het zware middendeel van de wedstrijd heengeslagen om tegen het einde van het toernooi te tonen dat hij nog voldoende reserves had om één van de ereplaatsen voor zich op te eisen.
Op de vierde plaats eindigde de Leidenaar Van Leeuwen. Een markante speler met scherp gemarkeerde resultaten: drie nederlagen tegen Sijbrands, mij en Wiersma, vijf overwinningen, waarvan drie op Van der Sluis (no. 5), Van Dijk (no. 7), Bom (no. 8]. Zo'n scherp getekend beeld bewijst dat hij een speler is die bereid is om elk duel aan te gaan en uit te vechten. Het is te hopen dat hij voldoende tijd weet te vinden om zich ook in de komende jaren in deze wedstrijd te plaatsen.
Op de zesde plaats de debutant Weerheijm; een taaie, onverstoorbare, geconcentreerde speler, die echter nog meer toernooi-ervaring zal moeten opdoen. Een speler die ik na voltooiing van zijn militaire dienst weer in deze regioen terugverwacht.
Op de tiende plaats Varkevisser, en opnieuw op de laatste Hoekstra om de galerij der jongeren volledig te maken. Zoals ik al een vorig jaar signaleerde werd het spel van Varkevisser te veel dat van de habitué. Waarschijnlijk ziet hij zelf ook wel in dat dit onvoldoende is. Hij is nog jong genoeg om zijn speeltrant te herzien. Hoekstra heeft deze keer veel meer partij gegeven dan vorig jaar, hoewel dit niet altijd in een scoreverbetering werd omgezet. Stug doorzetten Oebele!
En dan nu de routiniers. W. de Jong sloot zijn terugkeer af met een 13de plaats; Van der Staay, vorig jaar no. 3, nu een 12de plaats, D. de Jong een 11de, Okrogelnik een 9de, Bom 8ste, Van Dijk 7de, Van der Sluis 5de. Zij allen hebben terrein moeten prijsgeven, de een meer, de ander minder. Zij hebben zich niet voetstoots overgegeven maar telkens vechtend om elke centimeter terrein. De oudste onder hen, Bom, bracht zelfs de jongste een gedecideerde nederlaag toe.
Speltechnisch viel er zoveel te beleven dat ik hierover afzonderlijk nog verslag zal uitbrengen.
Drs. P. Roozenburg
- Hanco Elenbaas
- Posts: 18872
- Joined: Tue Apr 22, 2003 14:49
Interview met Ton Sijbrands uit het stripweekblad PEP, februari 1970
TON SIJBRANDS
DAMMER-REVOLUTIONAIR
tekst: Karel Kersten
foto: Rinus Wilms
Trouwe PEP-lezers zullen zich hem nog herinneren: Ton Sijbrands, een van 's werelds sterkste en jongste dammers, met wie we een gesprek hadden in PEP 47 1967. We schreven toen: "Hij is besluitvaardig, evenwichtig, bedaard. Erg volwassen."
Nu, ruim twee jaar later, kunnen we na een halve dag met Sijbrands gepraat te hebben precies hetzelfde zeggen: besluitvaardig, evenwichtig. Zeer volwassen voor een 20-jarige. Ton Sijbrands vindt twee dingen in zijn leven belangrijk. Het eerste is een bijdrage leveren aan de revolutie die hem voor ogen staat. Het tweede: wereldkampioen dammen worden. Met dat eerste streven heeft hij het duidelijk moeilijk, maar daarover zometeen. Wat dat wereldkampioenschap betreft: Sijbrands behaalt de titel. Zeer beslist. Hoe moeilijk de weg ernaar ook is.
"Op 21 maart beginnen de Nederlandse kampioenschappen. De winnaar gaat naar het kandidatentoernooi dat in juli wordt gehouden. De winnaar daarvan mag in 1971 de wereldkampioen uitdagen. Om wereldkampioen te worden moet ik dus a) Nederlands kampioen worden, b) het kandidatentoernooi winnen en c) Andreiko verslaan.
Er zit een kansje in dat ook numero twee van het Nederlands kampioenschap aan het kandidatentoernooi mag meedoen en dat is maar goed ook, want Harm Wiersma heeft evenveel kans op de titel als ik."
Sijbrands kent zijn kansen en mogelijkheden. Hij kent ook Wiersma, het Friese supertalent.
"In interviews zeg ik altijd dat we op hetzelfde niveau spelen. Maar in feite wijzen de resultaten uit dat ik iets sterker ben. Als ik tegen Harm speel, wordt het altijd remise, we kennen elkaars spel te goed om op winst te spelen. Het zijn altijd mooie partijen, we hebben er geen behoefte aan elkaar iets te gunnen of elkaar te kraken. Daarvoor zijn we ook buiten het dammen te goede vrienden."
Sijbrands of Wiersma, misschien allebei, naar het kandidatentoernooi, misschien naar Andreiko, misschien de wereldkampioen '72. Maar... één verloren partij kan uitschakeling betekenen. Ton Sijbrands is zich dat terdege bewust. In dat geval begint hij het spel met onverflauwde moed van voren af aan. De strijd om het wereldkampioenschap dammen verloopt in een vierjarige cyclus: "In ieder Olympisch jaar is er een titeltoernooi. De winnaar daarvan is wereldkampioen en speelt het jaar daarop tegen de oud-wereldkampioen. Het jaar daarna is er het kandidatentoernnoi zoals dit jaar. Wie dat wint mag in het daaropvolgende jaar tegen de wereldkampioen uitkomen."
En de Europese kampioen? Wordt die niet rechtstreeks geplaatst voor het kandidatentoernooi? "Welnee", legt Sijbrands uit, "ik ben Europees kampioen, maar dat stelt niks voor. Dat toernooi wordt in Italië gespeeld en ging eigenlijk om de Coupe d'Europe. De Italianen hebben er later het Europees kampioenschap aan verbonden, maar ze hadden het evengoed 't Schoensmeertoernooi of zo kunnen noemen." Wél vindt Ton Sijbrands het belachelijk dat hij zich via het Nederlands kampioenschap, in feite niet meer dan een voorronde, voor het kandidatentoernooi moet plaatsen. Hij is met recht en reden van mening dat hij nu al zo vaak overduidelijk heeft getoond tot 's werelds beste dammers te behoren dat dit eigenlijk een beetje belachelijk aandoet. "Maar ja", geeft hij toe, "als ik inderdaad zo goed ben, moet ik ook het Nederlands kampioenschap kunnen behalen." Kort en goed: Ton Sijbrands wordt naar zijn en onze mening wereldkampioen. De vraag is niet hoe of waar, de vraag is alleen wanneer.
Maar genoeg over de dammer Sijbrands. Er bestaat namelijk nóg een Sijbrands, een jongen van 20 jaar, geboren op 15 december 1949 in Amsterdam. Heeft vele landen gezien, vele mensen ontmoet, vele meningen horen verkondigen. Hij blijft bij de zijne: "De wereld moet veranderen. De mensen moeten veranderen. Ze zijn te materialistisch, ze hechten te veel aan status en geld. Ik vind dat niet fijn en ik wil er zo consequent mogelijk iets aan doen. Als ik oud genoeg was, zou ik bij de Amsterdamse gemeenteraadsverkiezingen stemmen op Amsterdam Kabouterstad van Roel van Duyn. Die heeft me ook ambassadeur van Oranje Vrijstaat gemaakt. Dat heeft mijn leven niet ingrijpend veranderd, maar ik ben wel blij dat Van Duyn uitgerekend mij daarvoor gekozen heeft."
Sijbrands vertelt in simpele bewoordingen wat Oranje Vrijstaat nu eigenlijk wil zijn: "Het is gewoon een verzetsactie die zich manifesteert onder het mom van een alternatieve maatschappij. Schelden op de huidige samenleving is terecht, natuurlijk, maar met schelden alleen zijn we er niet. De mensen vragen zich af wat die progressieve jongeren nou precies willen. Onze Oranje Vrijstaat wil laten zien wat ze, wij bedoelen. We willen het aan de hand van duidelijke voorbeelden tonen. We willen af van het autoritaire systeem, we willen niet dat een paar mensen verantwoordelijk zijn voor de massa. We willen dat de macht niet gecentraliseerd wordt, zoals momenteel steeds meer gebeurt, maar integendeel de macht moet gedecentraliseerd worden. We willen vooral, en dat is in mijn ogen misschien het belangrijkste, dat we loskomen van die militaristische greep, waarin zowel het Westen als het Osten zich gevangen voelen. De wereld is er voor de mensen, voor alle mensen, niet alleen voor de machthebbers en de uitverkorenen.
Dit is Ton Sijbrands ten voeten uit: een revolutionair, een oproerkraaier die het verschrikkelijk goed met iedereen voorheeft. Zijn geloof is het anarchisme, waarbij Sijbrands denkt aan een systeem ter bevrijding van de onderdrukten. De mensen die zich in zijn bewondering mogen verheugen komen uit hetzelfde straatje: de onlangs overleden dichter Ed Hoornik ("Ed Hoornik is in Dachau en Buchenwald gestorven. Na de oorlog heeft hij alleen nog lichamelijk voortgeleefd"), Harry Mulisch en natuurlijk Roel van Duyn.
Ton Sijbrands zegt het allemaal zo even, zonder emotie, beheerst. Als uitsluitend revolutionair zal hij weinig met zijn ideeën kunnen doen. Als wereldkampioen/revolutionair zal hij een belangrijke spreekbuis voor de politiek bewuste jeugd kunnen zijn.
Last edited by Hanco Elenbaas on Sun Apr 30, 2006 05:13, edited 1 time in total.