Ook vandaag wilde het niet lukken om de gewenste uitslag op het bord te krijgen. Ik ga nu met 7 uit 4 geheel onbedoeld aan de leiding. Tegen Frank Teer kwam een stelling op het bord uit de partij Vermin - Luteijn voor het wereldkampioenschap correspondentiedammen. Toen Frank het verloop van Hans Vermin probeerde te verbeteren was de remise al snel ver uit zicht verdwenen.
In deze stelling (23 keer voorgekomen) heeft wit wat last van zetjes naar veld 44. Daardoor kan hij niet echt doordrukken tegen de gevaarlijk geplaatste zwart voorpost. Hij heeft twee redelijke voortzettingen t.w. 41-36 en 42-38. Na 41-36 brengt zwart met 12-17 het zetje naar 44 erin. In de partij Hoopman - Schwarzman uit de competitie volgde 37-31 (12-17) 29-24 (17-21) 42-38x27 (11-17) 47-42 (7-12) 41-36 (17-22) en wit maakte een moeilijk tijd mee, maar wist stand te houden. Op de jeugdtraining is de stand na 41-36 (12-17) 30-24 behandeld. Desgevraagd kon ik even niet vertellen, wat ik daarop gespeeld zou hebben. In sommige varianten verliest zwart zelfs schijf 28.
De meest gespeelde zet is 42-38 (7 keer). Tijdens mijn partij tegen Hans Vermin kwam ik tot de conclusie, dat de reactie (12-17) niet kansrijk is, vanwege 29-24 en er komt altijd een remise wending uit. Bijvoorbeeld (9-13) 24-20 etc. Daarom heb ik toen en nu (9-13) gespeeld. Er dreigt 18-22. Wit kan dit negeren met diverse zetten, maar hij zal dat niet graag doen (41-36? 18-22! en 12-17). Een keer is 42-38 (9-13) 38-33 gespeeld. Tijdens de partij heb ik mij ook zitten afvragen, wat ik dan zou moeten doen. Echter de damzet (12-17x28) 27-21, 37-31, 47-42x1 faalt op (8-12x44).
Deze stand is officieel vier keer op het bord geweest. Voorts was hij dertig jaar geleden onderwerp van een studie van de toptraining. De beste voortzetting voor wit is 38-32 (17-22x42) 47x38 (6-11) 38-33 (11-17). Dit is alleen gespeeld in de partij Vermin - Luteijn en op de toptraining. De bomzet 24-20 etc. is niet bijzonder kansrijk voor wit. Het toelaten van deze remiseafwikkeling is noodzakelijk, omdat wit anders via (14-20) 49-44 en 34-30x30 de zwarte lange vleugel onder de voet loopt. Aangezien de witte lange vleugel ook wat dunnetjes is, werd het daarna meestal nog wel een benauwde remise. Het deed zich onder andere voor in de partij Vrijland - Clerc op de club.
De zet van Frank 48-42 is een keer eerder gespeeld. Daar volgde (4-9) 38-33 (25-30x19) 29-24 (6x17) 29-24 en later remise. De achterloop 48-42 (4-9) 38-32 faalt natuurlijk op 18-23 en 14-20 met schijfwinst. In de partij overwoog ik op 38-33 opvangen met (6-11x28). Echter na 41-36 (11-17) 37-31 (17-22) 42-38 (12-17) 31-26x37 komt schijf 28 vervelend onder vuur te liggen. In plaats van 38-33 is de afwikkeling 27-22, 38-32x11 en 29-23 eveneens gevaarlijk. Zwart reageert met (13-18 ) 34-29 (9-13) en schijf 23 staat zodanig onder druk, dat de aanvalruil 34-30x30 een illussie is en van deze ruilactie moet wit het nu eenmaal hebben in deze stand.
Frank probeerde na 48-42 (4-9) de zet 27-21. Dat is eigenlijk alleen lastig, omdat zowel (16x27) als (17x26) in aanmerking komen. Na (16x27) 34-30, 24-19, 38-32x4 (12-18x17) staat zwart veel beter, maar wellicht is het houdbaar voor wit. Na (17x26) 38-32 moet zwart iets verzinnen om te voorkomen, dat de lange vleugel onder de voet wordt gelopen met de aanvalsruil 34-30x30. Na (18-23x23) 34-30x18x23 (14-20) 24-19 is de witte voorpost op 19 onaantastbaar. Op (14-20) 32x23 (6-11) 49-44 (11-17) 34-30x30 (20-25) 44-39x30 (9-14) 30-25 worden zowel 17-22 als 18-22 beantwoord door zetjes (flits). Echter zwart kan met het gespeelde (18-22) 32x23 (13-18 ) goed zijn stand consolideren. De ruil 34-30x30 komt niet in aanmerking, vanwege (9-13) 43-38 (16-21-27) gevolgd door 13-19x28 met schijfwinst.
De witte stelling gaat hevig gebukt onder de valse staart op de korte vleugel. Als hij niets verzint, dan gaat hij roemloos ten onder. Ik overwoog de zet (21-27). De manoeuvre 24-20x20x33 is niet erg best voor wit. Echter na (21-27) 42-38 dreigt 34-30x17, terwijl dit ook volgt na 27-31. Als zwart veld 17 eerst moet beschermen, dan kan wit hergroeperen met 38-32x42 en de partij gaat weer verder. Het oplossen van schijf 39 maakt volgens Gantwarg een wereld van verschil voor de aanvaller.
In de partij volgde daarom (14-20) 42-38 (7-11) 41-36 (11-16) 35-30. Dat dreigt met de finesse 37-31 en 38-32x4. Zwart kan dit tegenhouden met de meerslag 22-27. Echter na 37-32 dreigt de drie om drie naar 31 met een houdbare stelling voor wit. Ik speelde daarom het voor de hand liggende 8-13. Dat dreigt te hergroepern met 12-17x8 X. Frank verraste mij nu volkomen met de wanhoopscombinatie: 37-31, 38-32 en 29-23
Ik ben er eventjes rustig voor gaan zitten. Slaan met schijf 18 komt op het eerste gezicht in aanmerking, want (18x38) 39-33 (38x29) 34x3 (20x29) 3x9 (2x13) (soort coup Turc) wint een schijf voor zwart. Echter de afwikkeling (18x38 ) 36-31x3x48! (21-27) en (38-43x13) 22-17 geeft zwart een kansloos afspel. Daarom maar met (20x38) geslagen. Wit mag niet naar 3, vanwege het verschrikkelijke (22-27), (2-8 ), (38-42) en (10-14x42) X. Na (20x38) 23x5 (2-8 ) 5-37 dreigt de witte aan alle kanten met schijfverlies van het bord te gaan. Zwart moet evenwel geduldig zijn. Na direct (18-23) en (12-17x8 ) 39-33x23x29 (6-11) 29-24 (8-12) 36-31 is het vermoedelijk remise. In de partij werd daarom eerst 22-27 gespeeld. Het beste is nog wat extra materiaal te geven met 39-33. In de partij volgde 30-24?? (18-23) en 12-17x8 X.