De FMJD geeft wel richtlijnen, maar die zijn ruim:
Een schaakvriend van mij aan wie ik deze vraag voorlegde kwam met de volgende suggestie:3.2. The playing board
The playing board must conform to the following demands:
3.2.1. It must have a playing surface of between 35x 35 cm and 45 x 45 cm.
3.2.2. The surface must not be overly shiny.
3.2.3. The difference between the light and dark squares must be clear; the colours must not be too white and must contrast with the colours of the men.
3.4. The playing men
The playing men must satisfy the following conditions:
3.4.1. The 40 men must be identical in form and dimension;
3.4.2. Their diameter must be between 7 mm to 14 mm less than the side of a square;
otherwise, on an international draughts board of 45 x 45 cm, men can be used of a
diameter between 38 and 31 mm.
3.4.3. The thickness of the men must be between 1⁄4 and 1/5 of its diameter;
3.4.4. The 20 white men and the 20 black men must be, respectively, of the same colour;
3.4.5. Their colours should contrast with the colours of the board and not be overly shiny.
De oppervlakte van een veld moet het dubbele zijn van de oppervlakte van een schijf.
Het idee is dat daarmee een soort optimaal contrast wordt bereikt tussen veld en schijf (nog los van de verschillende kleuren). Wanneer een schijf zich op een veld bevindt, dan is immers de oppervlakte van het zichtbare gedeelte van het veld even groot als de oppervlakte van de schijf.
Als je dit wiskundig uitwerkt dan volgt hieruit dat verhouding tussen de lengte van een veld en de diameter van een schijf gelijk moet zijn aan de vierkantswortel van de helft van pi: 1.25331413732. Wat afgerond kan worden tot de praktische waarde 1.25 met inverse 0.8.
Enige voorbeelden:
Veldlengte 45 mm x 0.8 geeft een "ideale" schijfdiameter van 36 mm.
Schijfdiameter van 32 mm x 1.25 geeft een "ideale" veldlengte van 40 mm.
Op deze manier is het eenvoudig om bij een gegeven bord geschikte schijven te vinden en vice versa. Voor mijn gevoel werkt dit prima, maar het is natuurlijk ook een kwestie van smaak. Daarnaast komt het niet aan op een millimeter meer of minder. Bij handgedraaide schijven is meestal wel enige variatie in de diameter, zonder dat dit direct storend is.
Een veelgebruikte verhouding is een veldlengte van 45 mm en een schijfdiameter van 35 mm. Iets kleiner dus dan de "ideale" 36 mm, maar dat is op het oog nauwelijks te zien. Het kleinste door de FMJD toegestane bord heeft een veldlengte van 35 mm, waarbij dan schijven van 28 mm goed passen.
Ik ben benieuwd naar reacties. Heb jij een favoriet dambord met bijbehorende schijven? Wat zijn daarvan dan de maten? Of maakt het jou helemaal niet uit hoe groot of hoe dik damschijven zijn en op wat voor bord er wordt gespeeld?