Kosmos wrote:
Er is ook geen zonde of schuld. Voor de film is het allemaal prima al die misdaden. Maar vertel dit laatste niet verder. Het gaat niemand wat aan.
voor Denker/Ben Anoniem:
Paul Brunton in 'De Schorpioen des Doods', een hoofdstuk uit de Vlaamse vertaling van zijn boek 'The Wisdom of The Overself':
"Toen Kee-Loo zei tot zijn leraar:"Ik zou u graag naar de dood willen vragen", antwoordde Kung-Foo-Tze: "Hoe kunt je de dood begrijpen, als je het leven niet begrijpt?"
Zo is ook de filosofische houding ten opzichte van dit onderwerp en daarom heb ik in mijn vorige geschriften nagelaten al te vrij over dit droevigste van alle onderwerpen te spreken.
Waarom zou iemand zich bekommeren wat er met de mens gebeurt in de duistere sferen voorbij de dood, indien hij niet heeft begrepen wat reeds met hem is geschied voordat hij daar aankomt?"
[volgt lange verhandeling over de eerste fasen van het stervensproces]
"Dan gebeurt het volgende,
een levend wezen dat zonder dat hij het weet reeds onverstoorbaar de dood van zijn lichamelijk wezen heeft waargenomen, een verborgen "ik" dat het oppervlakte "ik" steeds heeft waargenomen, iets binnen in hem dat hij tot nog toe echter niet als zichzelf heeft herkend, zal nu zijn bewustzijn raken. Dit wezen is niets minder dan zijn eigen majestueuze Super-Ego. Met de hulp daarvan zal hij een andere kijk krijgen meer op de totale indruk dan op het détail van zijn aardse leven. Door de ogen van zijn Super-Ego wordt hij zijn eigen onomkoopbare rechter. De zuiver zelfzuchtige, persoonlijke zienswijze verlaat hem plotseling. Voor de eerste maal misschien ziet hij zich niet zoals anderen hem zien, maar zoals de onpersoonlijke macht van het karma hem ziet. Gedurende deze tijd staat hij van aangezicht tot aangezicht tegenover de
gevolgen die zijn daden op aarde voor anderen hebben gehad, gevolgen waarvan hij dikwijls geheel onbewust was of waarin hij egoïstisch weinig belang stelde. Dan bemerkt hij dat vele van zijn tegenspoeden - in dit wonderbaarlijke panorama zo levendig opnieuw gezien - beslist door hemzelf veroorzaakt en welverdiend waren. Door dit goddelijker licht van een duizendvoudig vergroot geweten,
voelt hij dat wat hem overkwam, een rechtvaardiger gevolg was en terug kon worden gebracht tot zijn eigen aard en eigen daden. Een groot berouw komt over hem. Hij stelt hartstocht terzijde en ziet zijn oppervlakte-ego zoals de verborgen waarnemer het ziet, zonder het mooier te maken en zonder onbewust zelfbedrog. Hij ziet onrecht, zonde en kwaad in sommige zijner daden waar hij die eerst nauwelijks vermoedde. Ook ziet hij anderen waarmee hij in nauwe betrekking stond, zoals zij wezenlijk zijn en niet zoals zij zich voordeden of zoals hij dacht dat ze zijn. En ontdekt aldus dat hij in een schijnwereld heeft geleefd. Tenslotte moet hij zich afvragen: Wat heb ik met deze gave des levens gedaan?
De tweede ervaring is kortstondig en wordt gevolgd door een derde, waarin het afnemend getij van bewustzijn alle bestaan verandert tot dat, wat hij nu kan begrijpen als zijnde het weefsel van een droom. Al deze episoden en personen van zijn vroegere aardse bestaan lijken nu merkwaardig ver weg en onwezenlijk. Het universele bestaan wordt geheimzinnig en schimmig. Hij krijgt de kans waar te nemen dat de stoffelijkheid van de wereld werkelijk een zinsbedrog was. Indien hij dit kan inzien - hetgeen bij weinigen het geval is omdat dit een terzijde stellen eist van persoonlijke verlangens en hechte banden - en indien hij dit inzicht tot het einde kan volhouden, dan zal hij beslist een geestelijke winst behalen, wat in de volgende incarnatie zal blijken."
...
In de geesteswereld
"De pessimisten die geloven of leren dat de dood voor de mens het einde van alles is, hebben hun volle aandacht geconcentreerd op het lichaam en bewijzen slechts hun onkunde inzake de geest, hoe deze tot activiteit komt en welke natuurlijke gang zijn evolutionaire lot moet zijn."
...
"De meeste verhalen over een heerlijke hemel en een smartelijke hel moet men niet letterlijk nemen, echter evenmin versmaden. gewoonlijk kan men hen symbolisch als waar aanvaarden, mits zij eerst worden gezuiverd van de fanatieke overdrijvingen die bedoeld zijn om indruk op de massa te maken. Welke waarheid ligt daarachter?
Het antwoord is dat in de lagere stadia de geesten het slachtoffer worden van hun eigen uiterste zelfzuchtigheid en hun uiterste ondeugden."
...
"De waarheid is dat hemel en hel geen werkelijke plaatsen zijn, doch slechts toestanden van de menselijke geest, dat zij nergens kunnen worden gelocaliseerd en dat alle bestaan na de dood mentaal is, in de zin waarin dromen mentaal zijn.
Bijvoorbeeld: de vele jonge en overtuigde Nazi's die in de oorlog werden gedood - fanatiek bezeten van de hartstochten van hebzucht, wreedheid, afgunst, haat en eigendunk - werd wel zeer effectief de les gelezen. Zij werden gedoemd een ware nachtmerrie mee te maken, waarin zij als in een vertraagde film de levende
beelden van de kwellingen, die zij anderen hadden aangedaan, ondergingen. Zij werden gekwelde slachtoffers van hun eigen lage gedachten.
De afschilderingen van de hel als het satanische schimmenrijk hadden daarom hun nut en hielden onverlichte massa's binnen de grenzen van de moraal."